Liebknecht-Luxemburg-herdenking

ondanks dreiging massale deelname

Door Nina Hager(*)

Onder zware bewaking van de politie, zogenaamd ter bescherming, kwamen - ondanks de dreiging van een aanslag - op 15 januari zo'n 100.000 mensen naar het monument voor de socialisten in Friedrichsfelde. Om 15.00 uur verzamelden zich op het Olof Palme-plein in het Berlijnse district Tiergarten nog eens honderden voor de demonstratie 'Van Rosa en Karl tot Mumia Abu Jamal', om samen naar het Landwehrkanaal te lopen.

Op 9 januari had de hoofdcommissaris van de Berlijnse politie, Saberschinsky, nog alle bijeenkomsten in de open lucht in geheel Groot-Berlijn verboden. Maar de gezamenlijke demonstratie ter ere van Karl en Rosa is toch op deze dag gehouden. Duizenden trokken zich niets aan van het verbod van de hoofdcommissaris en demonstreerden voor één van de grondrechten: vrijheid van demonstratie. Op het plein van de Verenigde Naties begon de politie charges uit te voeren. Er werden daar - en later ook elders - diverse arrestaties verricht. Een 18-jarige jonge vrouw uit Noord-Beieren werd door een ambtenaar behoorlijk toegetakeld.
Bijna één week later, op 15 januari, was de schrijver van dreigbrieven en potentieel pleger van aanslagen, Staps, ondanks een grootscheepse opsporing, nog steeds niet gepakt. Op deze dag ging desondanks de herdenking van Rosa Luxemburg en Karl Liebknecht, georganiseerd door de PDS, gewoon door. Er waren geen incidenten en slechts een paar arrestaties werden verricht. De politie bleef opvallend rustig. "Der Tagesspiegel" schreef de volgende dag: "Socialisten, politiemensen: ze kwamen allemaal - alleen Olaf Staps niet."
Van vertegenwoordigers van de Berlijnse politie hoorden we later, dat ze voor bepaalde veiligheidsmaatregelen de tijd tot 15 januari nodig hadden gehad. We blijven twijfelen.
Op 15 januari lagen scherpschutters van de politie op de daken van de huizen op het tracé van het S-Bahn-station en het metro-station Lichtenberg naar het monument. De politie had alle putdeksels bij en in de omgeving van het monument verzegeld. Wie naar het monument wilde, moest door politiecordons.
De andere delen van het kerkhof waren gesloten. Bij het station deelden ambtenaren van de politie biljetten uit, waarin de aandacht werd gevestigd op de potentiële terrorist Olaf Jürgen Staps. Iedere samenscholing werd geregistreerd, en er werd procesverbaal van opgemaakt, maar het werd wel geaccepteerd. Deze keer wisten de politiemensen kennelijk wie er nou eigenlijk werd gezocht. De PDS had ook nog een privé-beveiligingsdienst ingehuurd; de medewerkers hiervan patrouilleerden op het plein en op het terrein van het monument.
Ondanks deze veiligheidsmaatregelen kwamen al vroeg in de morgen duizenden naar de graven van Rosa en Karl. Om 10 uur ontmoetten bij S-Bahn-station en metro-station Lichtenberg leden van de DKP, kameraden van de PCF, de PDS, de communistische partij van Koerdistan en jonge socialisten elkaar. Een paar jonge kameraden uit Oostenrijk, die er ook al op 9 januari bij waren, kwamen nu ook weer. Jonge antifascisten van de Berlijnse antifascistische actie (AAB) kwamen hun mensen afhalen. Met rode vlaggen trokken allen op naar het monument van de socialisten.
Bij het monument werden bloemen gelegd. Vooraan op het plein waren kramen van verschillende partijen en organisaties. Men deelde kranten, zoals 'Junge Welt' en UZ en flyers uit. Socialisten, communisten, vakbondsmensen, onafhankelijken en punkers stonden in de rij bij de DKP - om 'Glühwein' te drinken, en een worstje te eten.
Vlak na twaalven kwamen er zo'n duizend, meest jonge, mensen naar het monument, die aan een demonstratie hadden meegedaan vanaf de Frankfurter Poort tot aan de Gudrunstraat.

(*) Bron: Unsere Zeit, 2000 - nummer 3, blz. 3 (ingekort), vert. Toos Plug