NAVO-oorlog en
hoofdtegenstellingen van het imperialisme
Door
Klaus von Raussendorff en Oliver Wagner (*)
Manifest plaatste
in vier delen een analyse over de beestachtige
NAVO-oorlog tegen Joegoslavië en de vier
belangrijkste punten van tegenspraak in de
imperialistische wereldorde. Vandaag deel drie en
vier (slot):
III. Tegenspraak
tussen de kapitalistische transformatie en de
restanten aan verworvenheden van het reële
socialisme
Joegoslavië is het
voormalig socialistische land, waarin de
hervormingspolitiek, die door IMF en Wereldbank werd
geëist, al vroeg werd stopgezet. Het land is een
frappant voorbeeld van "dialectiek in de loop
van de geschiedenis" (aldus Kurt Gossweiler, in
zijn voorwoord bij de documentatie "Een paar
gegevens bij de rol van het Joegoslavië van Tito
tussen West en Oost", in "Offensiv",
nummer 7, 1999, blz. 33-40)
Immers Joegoslavië
was toch, door de nationaal-communistische koers die
door het revisionisme van Tito werd gevolgd,
gedurende een halve eeuw een geheime vennoot in en
een profiteur van de westerse politiek van
'ondergraven' van het 'Sovjet-blok'. In zeer korte
tijd werd het een hindernis voor westerse expansie in
oostelijke richting. De van buiten komende politiek
van verwoesting stootte op verzet van de meerderheid
van de bevolking, die meer belang had bij het
voortbestaan van de multi-etnische federale staat. De
strijd voor nationale onafhankelijkheid was
onmogelijk zonder het behoud van de staatsinvloed op
de economie. En zo bestaat de socialistische sector
van de Joegoslavische volkseconomie, ondanks zware
verminking door decentralisatie, sancties en
oorlogsschade, nog steeds uit duizenden bedrijven in
openbaar bezit. Zeer alert registreerde het Westen in
1996, dat president Milosevic blijkbaar had besloten
de staatseconomische elementen aan te houden. In de
sector van de farmaceutische industrie was de
sluiting van de nationale productieplaatsen en het
misbruik van monopolistische omzetstructuren door
een, de markt overheersend, VS-concern de aanleiding
om de privatisering stop te zetten. Feitelijk is
Joegoslavië het laatste land in Europa, dat nog
trekken van een socialistische economie vertoont,
inclusief politieke en economische rechten voor de
arbeidersklasse. (Gail Mansouri, "Economische
redenen voor de VS/NAVO-oorlog tegen
Joegoslavië" in: Onafhankelijke
Onderzoekscommissie voor onderzoek naar de
oorlogsmisdaden van VS en NAVO tegen het
Joegoslavische volk, Resultaten van het onderzoek,
hoofdstuk 15; http://www.iacenter.org
IV. Tegenspraak
tussen kapitaal en arbeid
Een politieke krachtproef met de oorlogvoerende
Duitse bondsregering is achterwege gebleven. En dit,
hoewel een Duitse regering de tweede keer in dezelfde
eeuw misdaden tegen de mensheid pleegde, hoewel de
oorlog gevoerd werd met de meest grove schendingen
van het volkenrecht in oorlogstijd, en hoewel alleen
door listig bedrog richting de bondsdag over de
zogenaamde onderhandelingen in Rambouillet de
toestemming van het parlement werd verkregen. De
oorlog overviel de vredesbeweging, de vakbonden, de
anti-oorlogspartijen, de DKP en de PDS, alsook alle
eventuele tegenstanders, geheel onvoorbereid, ondanks
dat hij voor oplettende waarnemers sinds de herfst
van 1998 duidelijk als vaststaand feit was te
herkennen. Deze fundamentele zwakte van de
vredeskrachten zou niet met al te oppervlakkige
verklaringen van de tafel geveegd moeten worden.
Vooral echter moeten we bedenken, dat de
protestbeweging ondanks alles heeft laten zien, dat
zij tot een machtige tegenstander kan uitgroeien. (In
Nederland vond een soortgelijke ontwikkeling plaats,
red. Man.)
1. Ondanks alle
huichelarij over humaniteit heeft weer de oude vraag
de kop opgestoken in wiens belang 'dergelijke
oorlogen' worden gevoerd. Niet openbaar moraliseren
op basis van gemanipuleerde desinformatie, maar allee
een serieus debat over de, met de vraag van oorlog en
vrede verbonden, tegenst ijdige belangen van kapitaal
en arbeid, vormt een gefundeerde basis, waarop
anti-imperialistische protestbewegingen tegen
verdergaande militarisering van de buitenlandse
politiek een werkelijk maatschappelijke kracht kunnen
worden. Wanneer de NAVO oorlog voert in het belang
van wereldconcerns, wier topmanagers vertegenwoordigd
waren in de commissie van de gastheren tgv. 50 jaar
oorlogsalliantie op de feestelijke bijeenkomst in
Washington op 24 en 25 April 1999, en die per persoon
voor deze symbolische daad 250.000 VS-dollar en
andere giften, tot een bedrag van acht miljoen
VS-dollar, hebben uitgegeven, dan weet ik, dat de eis
tot afschaffen van de NAVO door deze oorlog
definitief op de agenda van alle vredeskrachten,
vooral de loonafhankelijken, geplaatst is. "Wij
veroordelen de houding van het bestuur van de DGB, de
landelijke vakcentrale, dat meteen al bij het begin
van de oorlog steun aan de Duitse bondsregering
toezegde," verklaarden afgevaardigden van de
metaalbewerkersbond op de vakbondsdag in Kassel
(19-21 november 1999). "Dat wij op de
vakbondsdag van de metaalarbeiders in oktober een
thema hadden, dat zich uitgebreid bezighield met de
oorlog," zegt Horst Schmitthenner, "hebben
wij te danken aan de jeugdconferentie." (in:
Berthold Balzer e.a. (Uitg.) "Na de
Balkan-oorlog - De NAVO, de nieuwe wereldorde en de
vakbondsmensen", supplement op het blad
"Sozialismus", 1999, nummer 10, blz. 52.)
De lasten van opleiding, werkloosheidswet, pensioen-,
ziektekosten- en verpleegkostenverzekering voor het
inzetten van het Duitse leger in het buitenland, dat
alleen in 1999 op de Balkan ongeveer 1,5 miljard DM
kost, zullen binnenkort miljarden bedragen. En nog
eens 20 miljard voor de eerste tien jaar eist
Scharping, de Duitse minister van 'Defensie', om de
wapenwedloop met de VS te financieren. Immers al in
februari 1999 heeft de senaat van de VS voor een
periode van 10 jaar uitgaven goedgekeurd van 62
miljard VS-dollar en in mei, in reactie op de
luchtoorlog tegen Joegoslavië, nog eens 12,9
miljard.
2. Vakbondsmensen
hebben met een 'dialoog aan de basis' contact
opgenomen met hun collega's in het aangevallen
Joegoslavië. Ze hebben hulp, nodig om te overleven,
opgezet. Ze hebben hun stem verheven tegen de
moorddadige economische sancties en het voortzetten
van de oorlog door 'doelbewuste hulp'. (Interview met
Rolf Becker in "junge Welt" van 11 november
1999)
3. Dankzij Internet en
een paar linkse media is er een internationaal
functionerende communicatiestructuur ontstaan. Zo
ontstond een soort tegendraadse openbare mening. Wie
dat wil kan zich een beeld vormen over hoe duchtig de
leugens van de NAVO-oorlogspropaganda waren en zijn.
Dat kan niet zonder invloed op de legitimatie van de
heersende politiek blijven.
4. In Duitsland, de VS
en vele andere NAVO-lidstaten hebben tientallen
hooggeplaatste personen kopieën gekregen van tegen
hen gevoerde aanklachten wegens oorlogsmisdaden,
misdaden tegen de mensheid en misdaden tegen de
vrede. Dergelijke acties in zo grote mate zijn in
West-Europa en in de VS nog niet eerder in de
geschiedenis gevoerd. Ze zijn een teken van het
groeiende bewustzijn van het gevaar, dat de prijs
voor de 'humanitaire interventie' in Joegoslavië
door de NAVO bestaat uit de toenemende uitholling van
het internationaal recht en het democratisch
grondrecht. De centra van het imperialisme zullen ook
in de komende eeuw onvermijdelijk het uitgangspunt
van oorlog zijn, tenzij er doelgerichte
gelijkgestemde acties komen van de
anti-imperialistische tegenkrachten, in het belang
van de vrede (zoals in de tijd van 1945 tot 1990,
toen het socialistische staatssysteem houvast bood
aan alle anti-imperialistische krachten), op grond
van gezamenlijke objectieve belangen, in de landen,
die vasthouden aan de weg van socialistische
ontwikkeling, onder de meest strijdbare groepen van
de wereldwijde arbeidersbeweging en binnen de
anti-imperialistische bewegingen.
(slot)
Bron: Marxistische
Blätter 2000, nummer 1, wetenschappelijke uitgave
van de DKP, vert. Toos Plug