NCPN eist wederopbouw collectieve sector:

geen druppels op gloeiende plaat.

Door Betsy van Oortmarssen (*)

De op Prinsjesdag aangekondigde extraatjes voor onderwijs-, zorg en welzijnsvoorzieningen zijn een druppel op de gloeiende plaat. Een heel klein deel van de vele miljarden guldens die er de afgelopen jaren zijn wegbezuinigd, wordt nu - onder druk van protesten vanuit de samenleving - kruimelsgewijs teruggegeven.

Uit de reacties wordt duidelijk dat het bij lange na niet genoeg is om de tekorten weg te werken. Berekeningen laten bovendien zien dat verschillende budgetten weliswaar omhoog gaan, maar nog steeds procentueel achterblijven ten opzichte van het sterk gestegen totaalbedrag van de rijksbegroting. Dit vraagt om actie. Actie voor échte verbeteringen.

In de op volle toeren draaiende Nederlandse economie verdienen de meest rendabele bedrijven het geld met miljarden tegelijk. Onvoorstelbare kapitalen worden uitgegeven voor het overnemen van concurrenten, want wie in de kapitalistische economie te klein blijft, dreigt zelf te worden opgeslokt.

Miljarden gaan er ook om in de beurshandel, waarbij alles wat los en vast zit ten prooi valt aan speculatie: olievoorraden, de zogeheten nieuwe technologiebedrijven (ook al hebben ze nog geen cent verdiend), nog aan te leggen hoge-snelheidslijnen, internetfrequenties, noem maar op.

Deze rijkdom staat in schril contrast met de realiteit van alledag in het andere deel van de maatschappij, waar het niet gaat om winst maken, maar om scholing, hulpverlening, medische zorg, cultuur, welzijn en andere voorzieningen die mensen nodig hebben. Hier geen glitter en glamour, maar wachtlijsten, verloedering, enorme werkdruk, personeelstekorten, stijgend ziekteverzuim, verwaarloosde gebouwen, verouderde hulpmiddelen, zichtbare ellende.

Iedereen kent uit eigen ervaring voorbeelden van schrijnende situaties die hiervan het gevolg zijn: verpleeghuisbewoners die van de meest elementaire zorg verstoken blijven, hulpbehoevende mensen die zichzelf met kunst en vliegwerk moeten zien te redden, volle scholen met vieze wc's, smerige gymlokalen en achterhaalde leerboeken, mensen met kanker die weken op onderzoek en daarna nog weer op de eerste behandeling moeten wachten, lange wachtlijsten overal in de zorgsector.

Dit alles is het resultaat van zo'n twintig jaar keiharde bezuinigingspolitiek. Vanaf het kabinet Van Agt ('Bestek 81') zijn jarenlang steeds opnieuw miljarden op de collectieve sector bezuinigd. Om te voldoen aan de eisen voor de Europese Monetaire Unie moest Nederland met name de uitgaven voor de uitkeringen en de overheidsuitgaven voor de collectieve sector fors omlaag brengen. De NCPN heeft er steeds voor gewaarschuwd dat daarbij landen met de slechtste voorzieningen en de laagste uitgaven de maatstaf zouden zijn.

Ook de 'paarse' regeringen hebben bewust een neoliberale koers gevaren: de VVD/PvdA/D66-regeringen zijn onverkort doorgegaan met het uitkleden van de collectieve sector, met het zoveel mogelijk privatiseren van overheidsvoorzieningen, met het invoeren van concurrentie. Overal moesten de marktprincipes hun werk doen. Overal dreigen de kapitalistische wetten de overhand te krijgen, zelfs waar het bijvoorbeeld gaat om leven en dood, om mensen die het zonder hulp van anderen niet redden, om probleemjongeren die helemaal uit de boot dreigen te vallen.

Er is veel geprotesteerd tegen deze afbraak van voorzieningen, soms met succes. Maar acties hebben niet kunnen verhinderen dat jarenlang een waar afbraakbeleid is gevoerd.

Steeds is geschermd met de 'lastenverlichting' die de 'burgers' er voor terug zouden krijgen, maar het geld is massaal in de zakken van de grootste ondernemingen en van de toplaag van veelverdieners verdwenen.

De meeste mensen hebben weinig van belastingverlagingen geprofiteerd, integendeel. Ondanks de economische voorspoed heeft een heel grote groep te maken met een al jarenlang dalende koopkracht, met enorm gestegen vaste lasten voor wonen en energie en met steeds hogere kosten om gebruik te kunnen maken van allerlei voorzieningen: les- en collegegelden, eigen bijdragen, premies, kosten van kinderopvang en cursusgelden.

Wie bovendien zelf werkzaam is (geweest) in het onderwijs, het buurtwerk, het openbaar vervoer, de zorg of een van de andere sectoren, heeft aan den lijve ervaren wat dit beleid betekent: saneringen, enorme werkdruk, collega's die soms met pijn in het hart hun vak vaarwel zeggen om naar het bedrijfsleven over te stappen, het frustrerende gevoel de mensen niet meer kunnen bieden wat ze nodig hebben.

De media lijken de problemen te ontdekken nu de onvrede groot wordt, de protesten toenemen en bovendien ook uit internationale vergelijkingen blijkt dat Nederland ver wegzakt op de ranglijsten als het gaat om kwaliteit en toegankelijkheid van voorzieningen.

Hier is schaamte van de verantwoordelijke politici op z'n plaats, maar vooral actie! De vakbonden eisen terecht echte investeringen. Onder het motto 'Onderwijs presenteert de rekening' wordt 17,9 miljard extra geëist voor het onderwijs. Om in één keer een forse slag te maken met het inlopen van salarisachterstand wordt uitbetaling van een 13e maand geëist voor mensen in de (semi-)overheidssector. Uit de kunst- en cultuur klinken felle protesten. Personeel uit de zorg heeft rond Prinsjesdag luidruchtig kenbaar gemaakt dat de situatie onhoudbaar is geworden.

Politieke partijen die waarde hechten aan een sociaal imago sluiten zich schoorvoetend aan bij de wensen die op tafel worden gelegd. Als het maar past binnen het poldermodel van overleggen, kleine stapjes en vooral matiging van lonen!

Maar het oplossen van de geschetste problemen vergt een radicaal andere politiek. Een paar miljoen hier en daar extra zet geen zoden aan de dijk, ook bedragen van honderden miljoenen vallen in het niet bij de bestaande tekorten. Voor omvangrijke sectoren als het onderwijs en de zorg bieden zelfs de beloofde miljarden veel te weinig soelaas. De bakens zullen moeten worden verzet en hiervoor is massaal verzet nodig. De tijd is er meer dan rijp voor! Na vele jaren afbraakbeleid is het de hoogste tijd voor wederopbouwbeleid!

De NCPN moet een rol spelen in het aanjagen van het verzet en in het stellen van gerichte eisen. Veel mensen zijn overtuigd van de absurditeit van de grote tegenstellingen en zijn bereid in beweging te komen. Het besef dat het nodig en volstrekt rechtvaardig is om voor je belangen op te komen, groeit met de dag. Door heldere eisen te formuleren en een actieve rol te vervullen, kan de NCPN richting geven aan acties:

* VOOR WEDEROPBOUW VAN DE COLLECTIEVE SECTOR
* WEG MET WACHTLIJSTEN EN TOELATINGSDREMPELS
* TOEGANKELIJKE, BETAALBARE VOORZIENINGEN VOOR IEDEREEN
* WERKDRUK OMLAAG, SALARISSEN OMHOOG

(*) geschreven voor ledenvergadering van district Groningen, d.d. 7-10-2000.