Gedicht

Henricus Azewijn



Een luizenleven

Ik verzin afkomst, titel en naam
ontregel hoop en verwachting
op weg naar grote roem en faam
verblijvend met de meeste hoogachting.

Ik solliciteer naar wat ik ambieer
flexibel, met een geest uit de fles
al doe ik dat keer op keer op keer
in gedachte niet altijd bij de les.

Voor mij organiseert men projecten
waar wachtenden goed aan verdienen
om her en der marginaal te beslechten
wat ministers ook uit mogen kienen.

Ik ben wellicht een luis in de pels
hoewel het beest pas écht reageert
als minister Wim, Adolf, Dirty Harry of Els
mijn groep, gemakshalve, frustreert

met een wet, die er door wordt gedrukt
om het 'model' zijn glans te hergeven
waar de regering haar gang gaat gebukt
mijn graf graaft bij welzijn en leven..