1 mei 2001: Internationale dag van de Arbeid, FARC-EP |
Nee tegen Plan Colombia! |
Cuba en de VS waren afzonderlijk uitgenodigd. Dit topoverleg is totstandgekomen na een bespreking met Pastrana en Manuel Marulanda, bevelhebber van FARC, op 8 februari. De liberale, conservatieve en communistische partij van Colombia hebben zich uitgesproken voor deelname aan de besprekingen.
De FARC en de Pastrana-regering hebben verleden jaar vredesonderhandelingen gevoerd, maar deze zijn afgebroken toen FARC de regering ervan beschuldigde niets te doen om de paramilitaire strijdmacht van ultra-rechtse groepen te beteugelen. De vorige onderhandelingen begonnen in juli 1998. Organisaties van mensenrechten hebben sterke aanwijzingen dat leger en politie de paramilitaire groepen ondersteunden. Deze organisaties binnen en buiten Colombia hebben de regering veroordeeld vanwege hun nalatigheid om de schendingen van mensenrechten te stoppen; deze schendingen zijn dermate brutaal dat zelfs het VS-ministerie van Buitenlandse Zaken kritiek had op de Colombiaanse regering. Op 12 februari werden generaal Uscategui en kolonel Orozco van de Colombiaanse strijdmacht schuldig bevonden, omdat zij hun steun hadden verleend aan het aanvallen door paramilitaire troepen van een stad in de provincie Meta. Bij dergelijke aanvallen doden paramilitairen mensen die zij verdenken van sympathie voor en steun aan linkse guerrillero's. Kandidaten voor partijfuncties in de Colombiaanse communistische partij (CCP) en voor de Patriottische Unie (UP), een coalitie van linkse, democratische en vredeskrachten, zijn aangevallen en gedood door paramilitaire agenten. De CCP en de UP hebben beide een onderzoek geëist naar schendingen van mensenrechten.
Toen Pastrana George W.Bush sprak, vroeg hij hem aan de vredesonderhandelingen deel te nemen en de 8 maart-top bij te wonen, maar Bush wees dit af. De communisten bekritiseerden Pastrana's uitnodiging aan de VS. In een persverklaring zei het uitvoerend comité:
"Deelname van de VS aan de onderhandelingen, zoals die van 8 maart, is één ding, maar het is wel iets anders om een vreemde mogendheid met troepen binnen de grenzen van ons land te hebben in een vredesproces dat alleen Colombianen aangaat als een oefening in vrije zelfbepaling.
Het Pentagon heeft ongeveer 300 manschappen in Colombia, die 'als adviseurs en trainers' met het Colombiaanse leger werken. Veel vredes- en mensenrechtenactivisten in Colombia, de VS en andere landen hebben hun bezorgdheid geuit dat de aanwezigheid van het militaire VS-personeel een aanloop is naar een totale militaire mobilisatie. De betrokkenheid van de VS in Vietnam begon met de aanwezigheid van 'adviseurs en trainers'.
De VS-regering pompt geld in het zo genoemde 'Plan Colombia' dat verondersteld wordt een bestrijding te zijn van het Colombiaanse drugskartel, maar waarvan critici verwachten dat dit leidt tot verdergaande militarisering van het land en tot de economische ondergang van kleine boeren. Het Plan Colombia startte onder de Clinton-regering en wordt onder Bush voortgezet. Het bevat 1,3 miljard dollar steun als militaire hulp en 7,5 miljard voor herbiciden, die gedacht worden het land te zuiveren van coca-producerende plantages. Het Pentagon leverde onlangs 14 Black Hawk helikopters aan het Colombiaanse leger.
Het Europese parlement veroordeelde het Plan Colombia in januari jl. in een stemming van 474 tegen één. Het verklaarde: "De Europese Unie dient haar eigen, niet-militaire, strategie te volgen" ten opzichte van Colombia. De EU-resolutie zei dat het gebruik van herbiciden om de cocaproductie te bestrijden "een gedwongen ontheemding van plattelandsgemeenschappen zal veroorzaken" en dat in dat gebied de "militarisering van de drugsbestrijding tot een escalatie van het conflict zal leiden". De EU-resolutie riep op tot landhervorming: "De oorsprong van veel problemen in Colombia zit in het gegeven dat veel boeren geen land bezitten" en "een blijvende vrede kan niet bereikt worden tenzij er diepgaande wijzigingen komen in het model van de welvaartverdeling."
Vertaling: Thomas Janssen.