Al direct na de stichting van de staat in 1948 bezette Israël een groter gebied dan de Verenigde Naties in 1947 hadden bepaald. In 1967 veroverde Israël de rest van wat ooit Palestina was. Ondanks resoluties van de Verenigde Naties weigert Israël belangrijke delen van die bezette gebieden op te geven. Tegen alle internationale verdragen in annexeerde Israël zelfs gebieden (zoals Oost-Jeruzalem) en bouwde in andere gebieden permanente woonplaatsen voor Israëliërs (de nederzettingen). Eveneens tegen de uitspraken van de Verenigde Naties en tegen het internationale recht in weigert Israël voor het oorlogsgeweld gevluchte Palestijnen terug te laten keren naar hun steden en dorpen. In Israël zelf hebben de Palestijnse Israëliërs minder rechten dan de joodse, worden ze achtergesteld en gediscrimineerd.
De Intifada-opstand tegen de Israëlische bezetting en onderdrukking wordt nu in bloed gesmoord. Israël kan zich dit allemaal mede permitteren door de steun van vooral de VS en de EU: financiële steun (Israël ontvangt per inwoner verreweg het hoogste bedrag aan 'ontwikkelingshulp' van de hele wereld); economische steun (zoals door het associatieverdrag met de EU); militaire steun en politieke steun.
Maar tientallen resoluties van de Verenigde Naties en internationale conventies spreken duidelijk een andere taal: