Een opkomst van bijna 92 procent verleende de communisten in deze omstreden verkiezing het beste resultaat in 75 jaar. AKEL, de progressieve arbeiderspartij, kreeg 34,71 procent van de stemmen. De democratische alliantie zat dicht op de hielen met 34,1 procent. Dat levert voor AKEL 20 zetels in het Cypriotische parlement. De Democratische Partij kreeg er 9, de Beweging van sociaal-democraten 4 en de Verenigde democraten 1, elk van hen één minder dan in het vorige parlement. Drie nieuwe partijen: 'Nieuwe horizon', 'Strijdbare Democraten' en de 'Groene Partij' doen hun intrede in het parlement, elk met één van de totaal 56 zetels in de volksvertegenwoordiging.
De regerende Democratische Alliantie lag de afgelopen tijd onder vuur vanwege het instorten van de aandelenbeurs, waarbij ministers beschuldigd werden van handelen met voorkennis. Ook werden ministers beschuldigd van nepotisme, het aannemen van smeergeld speciaal in de bouwsector en het brede publiek is verontrust over de toename van de misdaad die zich uit door regelmatige nachtelijke brandstichting en bomaanslagen en in een toenemend voorkomen van drugs en prostitutie.
De eerste taak voor het nieuwe parlement op 7 juni was de voorbereidende wetgeving voor de intrede van dit verdeelde eiland in de Europese Unie. De groeiende steun voor de communisten maakt AKEL tot een concurrent voor president Glafcos Clerides, als deze zich wil laten herverkiezen in 2003.
Zoals de meeste politieke partijen ondersteunt AKEL de toelating van Cyprus tot de EU. Er is een wijdverspreid geloof dat het lidmaatschap van de EU het einde van de Turkse bezetting in het noorden dichterbij zal brengen. AKEL streeft naar een federale situatie na het heengaan van het Turkse leger; AKEL's partijvoorzitter Demetris Christofias benoemde in zijn overwinningsspeech de Turkse Cyprioten als 'compatriotten'. Dit gebaar van goede wil werd niet beantwoord door de collaborerende leider van Noord-Cyprus, Rauf Denktash, de oude Turks-Cypriotische politicus die onder dreiging van het Turkse leger de administratie over het bezette gebied voert. Deze negeert de toenadering en beweert dat de "Grieks-Cyprioten niet de bedoeling hebben naar een oplossing te zoeken". Denktash is een felle tegenstander van toetreding tot de EU zonder een garantieverdrag, omdat dit "de republiek van Noord-Cyprus verder zou isoleren". Deze republiek is alleen erkend door Turkije.
De Turkse premier Rulent Ecevit was terughoudender. Weliswaar reageerde hij niet direct op de verkiezingen, maar hij zei dat toelating van Cyprus tot de EU zonder een lange-termijnoplossing voor de verdeling van het eiland "bijzonder negatieve gevolgen zou hebben".
('New Worker', 5-7-2001, vert. Th. Janssen)