Enige tijd geleden verscheen in Manifest een artikel over de GATS, 'General Agreement on Trade in Services' (Algemene Overeenkomst over Handel in Diensten). Daarin werd overtuigend aangetoond dat de golf van privatiseringen in de publieke sector geen gril zijn van liberale politici of dat hier een 'onontkoombare wet van het kapitaal' werkzaam is.
In het artikel werd duidelijk gemaakt dat geruisloze privatiseringen, maar ook die welke veel stof opwerpen, allemaal 'gewoon' de uitvoering zijn van internationale verdragen die de regeringen in het verleden hebben afgesloten. De parlementen hebben veelal het nakijken en worden overruled met de macht van het verdrag.
Maar politiek-economisch vormt deze golf de koortsachtige drang van het kapitaal om de laatste niches, de laatste uithoeken op aarde, die nog ongemoeid zijn gebleven of zich hebben weten te onttrekken, alsnog te exploiteren.
Op wereldschaal zijn dat de olie- en gasvoorraden in de nog buiten het kapitalistische netwerk gelegen landen Turkmenistan en Siberië. Grondstofbronnen die vanuit het westen te bereiken zijn via Afghanistan!
Binnen de kapitalistische maatschappijen is de publieke dienstverlening een nog te exploiteren veld, waar winst kan worden weggesleept. Dat kan door die dienstverlening uit elkaar te plukken en de rendabele delen te privatiseren en de niet-rendabele aan de overheid te laten!
De verzelfstandiging vloeit voort uit de Wet Personenvervoer (WPV). Daarin is geregeld dat openbaarvervoerlijnen openbaar zullen moeten worden aanbesteed. Om dit echter te kunnen doen zijn verzelfstandigde, geprivatiseerde openbaarvervoerbedrijven nodig, die inschrijven op openbaarvervoerlijnen. De Europese richtlijnen zijn in de maak. De conceptrichtlijnen bieden nu nog een opening voor 'grootstedelijke vervoerbedrijven' om zich hieraan te onttrekken. Bijvoorbeeld voor 'light rail-verbindingen' kan vrijstelling van openbare aanbesteding worden verkregen. Maar deze uitzondering ligt in het Europees Parlement onder vuur. Ook het grootstedelijk openbaar vervoer zal, als er niets tegen wordt ondernomen, ten prooi vallen aan de kapitalistische logica van openbare aanbesteding.
Voor het streekvervoer is dit proces al in gang gezet. In het noorden van het land is het streekvervoer reeds openbaar aanbesteed. ARRIVA heeft daar de concessie gekregen voor de komende zes jaar. Volgens de Wet Personen Vervoer (WPV) moet in 2003 een derde van het streekvervoer openbaar zijn aanbesteed. Vanaf 1 januari 2006 is het openbaar vervoer in de grote steden openbaar aan de beurt. Voordat dat gebeurt is echter in de WPV opgenomen dat eind 2004 eerst een evaluatie moet plaatsvinden van uitvoering van de wet. Maar de WPV gaat er wel van uit dat in 2006 al het openbaar vervoer openbaar moet zijn aanbesteed.
De praktijk leert dat referenda sneuvelen op geringe opkomst. De enige referenda die slaagden 'vielen samen' met verkiezingen. Alleen in die gevallen bleek de opkomst voldoende voor een geldig referendum. Aanvankelijk zou de Amsterdamse gemeenteraad eind oktober een besluit nemen over de verzelfstandiging van het GVB. Dan zou volgens het tijdpad van de referendumverordening het referendum zijn meegelopen met de Tweede Kamerverkiezingen van mei 2002. Was dat misschien wel de reden voor uitstel om pas eind november dat besluit aan de raad voor te leggen? Maar met een besluit op 28 november is het nog steeds, hoewel krap, mogelijk dat het referendum meeloopt met de verkiezingen voor de Tweede Kamer.
Een succesvol referendum voor behoud van een publiek gecontroleerd openbaar vervoer in Amsterdam is van groot belang. Maar het kan daarbij niet blijven. De strijd voor behoud van het GVB als publieke dienst mag geen achterhoedegevecht zijn. Het moet het signaal zijn aan de bevolking en aan politiek Nederland de discussie over kwaliteit en dienstverlening van openbaar vervoer in de 'Deltametropool', zoals de Vijfde Nota Ruimtelijke Ordening de Randstad noemt, op de agenda te plaatsen. Publieke controle over 'Randstadrail', 'Randstadspoor' en 'Regionet' zal de beste garantie zijn voor optimale dienstverlening binnen deze openbaar vervoersystemen die dit kabinet voorstaat.
Behoud van het GVB als publiek gecontroleerd openbaarvervoerbedrijf zal inspireren tot hernieuwde discussie en strijd voor recollectivisatie van de Nederlandse Spoorwegen, telecombedrijven, woningcorporaties. Het GVB heeft hierin een aanjaagfunctie. Daarom: Stop de verzelfstandiging van het GVB!