Sinds 1952, het jaar dat Griekenland lid werd van de Noord Atlantische Verdrags Organisatie, is de rol van de NAVO in het land er een geweest van antidemocratische interventies en van een onverholen inmenging in het binnenlandse politieke leven.
Het autoritaire bewind, dat na de Burgeroorlog (1946-1949) aan de macht kwam (tijd van vervolging en terreur tegen de linksgeoriënteerde massale volksbevrijdingsbeweging en vooral van tegen de communisten gerichte hetze) stond in dienst van een Amerikaanse overheersing via de NAVO, waarop het als regering steunde.
In diezelfde periode werd de paramilitaire (para-NAVO) organisatie het 'Rode Schapevel' opgericht, die nog zeker tot eind jaren '80 actief was, en een netwerk had in veel NAVO-landen, vooral daar waar sterke communistische partijen bestonden. Deze organisatie speelde ook een rol in de militaire staatsgreep van 21 april 1967 en in talloze terroristische aanslagen. NAVO en VS hebben een vooraanstaande rol gespeeld bij twee hoogst tragische gebeurtenissen in de na-oorlogse geschiedenis van Griekenland: de militaire dictatuur van 1967-74 en de bezetting (tot op heden) van het noordelijke gedeelte van Cyprus sinds de Turkse invasie in 1974.
De militaire dictatuur diende de belangen van de VS in het Middellandse-Zeegebied en het Midden-Oosten en hield tevens de volksbeweging in het binnenland onder de knoet. Dit is allang officieel toegegeven en is zeker niet ontsproten aan een anti-Amerikaanse paranoia van Griekse zijde. De archieven van het State Department laten hier geen twijfel over bestaan. De vorige president van de VS, Clinton, heeft op zijn flitsbezoek aan Griekenland in november 1999, verontschuldigingen aangeboden voor het feit, dat de VS de militaire junta zo lang in stand hadden gehouden! Immers, aldus Clinton, de VS lieten de Koude Oorlog voortbestaan en stelden hun eigen belangen boven die van de democratie, omdat het doel nou eenmaal die Koude Oorlog was.
In 1974 trok Griekenland zich terug uit de militaire arm van de NAVO (tot 1980) als reactie op de houding van het Bondgenootschap t.o.v. de Turkse invasie. Dit gebeurde tijdens de regering Karamanlis, die dit feit als "definitief en onherroepelijk" bestempelde. Het betrof echter een voorlopige afleidingsmanoeuvre voor de verontwaardigde bevolking, die tegen het Amerikaanse gekoeieneer in opstand was gekomen. Dit werd zes jaar later officieel toegegeven door premier Rallis, wiens regering (rechtse Nea Dimokratia) in oktober 1980 besloot Griekenland weer toe te laten treden tot de militaire arm van de NAVO (het Akkoord Rogers). Dit Akkoord werd door het parlement goedgekeurd zonder dat de leden van het parlement zelfs maar wisten wat de inhoud was! De NAVO had de regering verboden de tekst van het Akkoord bekend te maken en de regering had dit geaccepteerd... Hetbesluit werd uiteraard met diverse fraaie redenen omkleed (in het belang
van de verdediging van het land en zo.)
Tegenwoordig bepalen Amerikanen en NAVO niet meer openlijk kiesstelsels (zoals in 1952 de toenmalige ambassadeur van de VS in Griekenland), maar ze informeren het Griekse volk wel over het waarom en wanneer van vervroegde verkiezingen, zoals in 1993, toen Christopher (toen minister van BZ van de VS) op Griekse bodem "voorzag" dat de verkiezingen een jaar eerder zouden plaatsvinden (eigenlijk in 1994). Kissinger had in 1974 al de val van de junta twee dagen tevoren "voorzien". Nu 'bestellen' de VS antiterrorisme-wetten, kondigen van te voren arrestaties van terroristen aan en zijn hoofd van de afdeling onderzoek van de Antiterroristische Dienst.
De nieuwe doctrine van de NAVO en de nieuwe structuur van de strijdkrachten, waaraan Griekenland officieel sinds september 1999 meedoet, was het sein voor een reeks veranderingen ook binnen de Griekse strijdkrachten. Sinds 11 september 2001 komt daar nog een nieuw internationaal decor bij met de bekende verklaringen van de Amerikaanse regering bij monde van president Bush over een tienjarige krijgstocht tegen het internationale terrorisme. De nieuwe Griekse defensiedoctrine is nu niet meer nationaal van aard, maar ook gericht op de internationale veiligheid en stabiliteit en het bestrijden van terrorisme. Ook de binnenlandse veiligheid is niet meer een zaak van de politie alleen. Over wie de terrorist is, hebben we al herhaaldelijk in 'Manifest' geschreven. De officiële definities en de praktijken sindsdien spreken boekdelen. Op 29 mei jl. zijn er al speciaal opgeleide legeronderdelen afgestuurd op de stakende havenarbeiders (zie Manifest 11) in Piraeus. Dit was zeker niet het enige voorproefje van het inzetten van strijdkrachten tegen het 'volk als terrorist'. Naarmate het stelselmatige afbreken van burgerrechten en vrijheden en het achteruitgaan van de levensstandaard van het gros van de bevolkingen blijft doorgaan, is een steeds sterker, internationaal georganiseerd repressie-apparaat nodig om de groeiende klassenstrijd overal ter wereld in toom te houden.