Turks parlement wijst toelaten van troepen VS voorlopig af

Generaal Hilmi Ozkok en Recep Erdogan (weer in het parlement verkozen), leider van de regerende AKP, willen gezamenlijk het massale verzet van de Turkse bevolking de mond snoeren.  

 

 

Door E.M.

Op zaterdag 1 maart jl., tijdens een zitting zonder de pers, wees het Turkse parlement, dat al vanaf dinsdag 25 februari in afwachting was van deze vergadering, het regeringsvoorstel af dat het kabinet in staat zou stellen om VS-troepen toe te laten op Turks grondgebied gedurende de aanval op Irak. In het voorstel was ook opgenomen dat het Turkse leger bevoegd zou worden om, samen met de VS-troepen, Noord-Irak binnen te vallen. Het voorstel was door de ministerraad al aangenomen.

De Nationale Veiligheidsraad, het leger en het kabinet waren er volledig van overtuigd dat het voorstel door het parlement zou worden aangenomen. Aan de VS was beloofd dat het voorstel het parlement probleemloos zou passeren. Verschillende oorzaken, in combinatie met het feit dat een aantal AKP-parlementariërs (99) tegen toelaten van VS-troepen stemden uit angst voor de publieke opinie, zichtbaar in massale acties, zorgden ervoor dat het regeringsvoorstel werd afgewezen. Daarmee heeft iedereen het lesje geleerd dat politiek soms tot aangename verrassingen kan leiden, evenals onaangemame.

Toen de CHP (sociaal-democraten) nog in het Turkse kabinet zaten, stonden zij volledig achter de aanwezigheid van de VS in Irak, nu ze in oppositie zijn vormen zij de belangrijkste parlementaire kracht achter de afwijzing van het regeringsvoorstel. Vanaf het moment dat de mogelijkheid van een oorlog tegen Irak zich aandiende heeft de CHP nog nooit meegedaan aan een anti-oorlog-demonstratie. Baykal, de leider van de partij, heeft geen enkel radicaal betoog gehouden tegen de VS of tegen de oorlog. Maar omdat de VS de CHP hebben uitgesloten van alle oorlogsonderhandelingen en vanwege de nauwe samenwerking van de CHP met Schröder, hebben CHP-leden besloten om volledig tegen de oorlog te stemmen.

Tegelijkertijd wil een deel van de AKP-parlementariërs niet de verantwoordelijkheid dragen dat het Turkijke in een dergelijke oorlog heeft gedreven, en zeker niet als zo'n grote meerderheid van de bevolking ertegen is. De fundamentalisten hebben lang gestreden voor zij de politieke macht konden grijpen, en nu zij die macht hebben willen ze die niet snel weer kwijt. De AKP heeft lange tijd gevraagd om concrete hulp van de VS, zij wilde dat de VS meer geld aan Turkije zouden geven en het leger de verantwoordelijkheid met haar zou delen om als excuus te dienen tegenover de Turkse bevolking.

Maar zowel de VS als het leger gaven de verwachte ondersteuning niet, waardoor de AKP-leden zich alleen voelden staan. Bovendien was, bij afwezigheid van de AKP-leider Erdogan, minister-president Gul niet in staat om volledige eenheid binnen zijn partij te creëren. Mede als gevolg daarvan hebben 99 AKP-leden tegen het voorstel gestemd, de krappe meerderheid was net genoeg om het voorstel af te wijzen.

Het is zinloos om achter deze beslissing een 'patriottisch' complot tegen de VS te zoeken. Het is het resultaat van een combinatie van een aantal onwaarschijnlijke factoren. De bewering van de Arbeiders Partij (IP), dat het leger het parlement gevraagd heeft om het regeringsvoorstel af te wijzen, wordt tenietgedaan door de verklaring van de bevelhebber van de generale staf van het leger, Hilmi Ozkok, op 5 maart jl.: "Of we nu meedoen of niet aan deze oorlog, in beide gevallen zullen we evenveel verliezen lijden. Maar als we niet meedoen aan de oorlog dan zal onze schade onherstelbaar zijn en zal het voor ons onmogelijk zijn om na de oorlog iets te zeggen te hebben (in de regio). In ons nationale belang en voor het herstel van onzeverliezen moeten we ons scharen aan de zijde van hen die vechten." Dit illustreert dat de afwijzing van het voorstel geen complot was van het leger. En deze uitspraken zijn van belang omdat het voor de eerste keer is dat de Turkse autoriteiten toegeven dat het aannemen van het voorstel deelname aan een imperialistische oorlog betekent.

Aanvankelijk was het officieel aanvaarde standpunt dat het toelaten van troepen van de VS geen deelname aan de oorlog inhield en dat de Turkse troepen die in Noord-Irak zijn gestationeerd daar zijn om humanitaire redenen. Dat bewijst nog meer dat de afwijzing van het voorstel niet is veroorzaakt door het leger, uiteindelijk heeft het leger moeten toegeven dat zij "de Iraakse oorlog steunt". Door dit te doen moest het leger de verantwoordelijkheid delen met de AKP en het opnemen tegen de publieke opinie.

De enige ondersteunng die nog ontbreekt is die van de Amerikanen. Cuneyt Zapsu, de belangrijkste raadgever van Erdogan, zei in een recent interview met de Washington Post: "De Amerikanen moeten Tayip Erdogan helpen om een tweede stemronde te rechtvaardigen. Die hulp kan van alles zijn, maar ze moeten hem iets geven waarmee hij in het parlement steun kan krijgen (voor het regeringsvoorstel)." Als die 'geringe' hulp onderweg is dan is er geen reden meer om niet voor een tweede keer over het voorstel te stemmen. Al met al heeft de afwijzing van het regeringsvoorstel de AKP versterkt, maar zeer waarschijnlijk verliest zij op langere termijn het vertrouwen van de VS, dat zij nodig acht voor haar voortbestaan in Turkije.

Directe resultaten

Het afwijzen van het voorstel is zeer belangrijk, maar niet beslissend. Het is belangrijk omdat het over de hele wereld meer tijd geeft aan de mensen die tegen de oorlog zijn. Het is niet beslissend omdat, direct na de afwijzing, de mogelijkheid van een tweede stemmingsronde opdoemde. Erdogan, die op dit moment niet meer in het parlement zit omdat hij tijdens de stemming over het voorstel nog steeds politiek verbannen was, zal waarschijnlijk terugkeren in het parlement als de verkiezingen herhaald worden in Siirt, een stad in Zuid-oost-Turkije, op 9 maart. De wereld zal op z'n minst moeten wachten tot de datum waarop de nieuwe stemming over het voorstel plaats zal vinden. Het lijkt alsof Erdogan, die volkomen pro-Amerikaans is, de enige persoon is die zijn mede-parlementariërs kan overhalen in te stemmen met het regeringsvoorstel.

Het meest merkbare directe gevolg van de afwijzing van het voorstel was de aankondiging van de AKP van economische lastenverzwaring voor de werkende klasse van Turkije: belastingverhoging, minder salaris e.d. "Vrede heeft een bepaalde prijs", verklaarde de regering, terwijl zij onderkende dat het vooral de werkende klasse van Turkije is die vrede eist en daarvoor gestraft zal worden. Nu is dus de vraag of de regering de recente economische besluiten wil terugdraaien als het parlement het regeringsvoorstel aanneemt.

Een belangrijk gevolg van de afwijzing in Turkije is het zichtbaar worden dat de VS geen alternatief plan lijken te hebben voor het gebruikmaken van Turks grondgebied voor de oorlog tegen Irak. Ondanks de 250.000 soldaten die langs de zuidelijke grens van Irak zijn opgesteld, zijn noch Koeweit en Qatar, noch de gewapende krachten van de Koerdische stammenleiders Talabani en Barzani vergelijkbaar met Turkije.

De dreigende oorlog zal omvangrijk zijn en Turkije is daarbij onmisbaar. Daarom is het argument van de imperialistische collaborateurs in Turkije dat "een oorlog in iedere geval onvermijdelijk is en dat Turkije daarom meemoet doen om controle te hebben", een verachtelijke leugen. Als Turkije de oorlog geen ruimte geeft, dan zijn de kansen groot dat er geen oorlog komt. In ieder geval geen oorlog van de omvang en zo vernietigend als Bush de wereld heeft 'beloofd'.

Een ander belangrijk resultaat is dat het zelfvertrouwen van de bevolking in Turkije is gegroeid. Toen er over het regeringsvoorstel werd gestemd demonstreerden meer dan 100.000 mensen in Ankara. Voor het eerst in vele jaren heeft de Turkse bevolking gezien dat zij inderdaad haar lot kan veranderen. Dat zou ze nog veel beter kunnen als ze goed georganiseerd is. Het grootste obstakel om de oorlog tegen te houden is de onwil van de HADEP (Partij voor Volks Democratie). Haar houding tegenover de oorlog kan min of meer worden begrepen uit de slogan die direct na de afwijzing van het voorstel in Erbil werd gebruikt door de Iraakse Koerden: "Amerika ja, Turkije nee!", wat overigens een juiste timing was, want nu heeft de AKP nog een extra excuus om mee te doen aan de oorlog tegen Irak. Tenzij de Koerden een anti-imperialistische positie innemen, zullen de VS de werkelijkheid van de Koerden continue manipuleren, om hun eigen positie te versterken, soms gericht tegen het Turkse volk en soms gericht tegen het Iraakse volk.

De titel van mijn artikel in het vorige nummer van Manifest was 'Turkije laat troepen toe'. Het zag er naar uit dat de stemming over een dergelijk regeringsvoorstel slechts een formaliteit zou zijn. De VS-troepen waren al in Turkije en gingen Iskenderun binnen, één van de grootste havens in het zuiden en de twee grootste militaire legerplaatsen in Batman en Diyarbakir. Wederom in de geschiedenis werd Turks grondgebied verboden voor Turkse burgers, inclusief de parlementariërs. En op Turkse bodem waren ik weet niet hoeveel soldaten van de VS. Het was ook vrijwel niemand in Turkije duidelijk of nucleaire raketten naar Turkije waren vervoerd of niet. En tegelijkertijd vergrootte het Turkse leger haar militaire aanwezigheid in Noord-Irak tot ongeveer 20.000 soldaten, vanaf het moment dat Bush met de oorlogsvoorbereidingen is begonnen. Nu is er dus (voorlopig?) een regeringsvoorstel afgewezen waarvan delen in de praktijk al zijn/worden uitgevoerd.

Vertaling J.Bernaven