Amsterdamse volkshuisvesting in houdgreep gemeente en projectontwikkelaars

 

Leegstand in IJburg...  

Door Toon Nagtegaal

Waarom deze beperkte historie? Omdat duidelijk is dat volkshuisvesting méér is dan het bouwen van woningen alleen. Werkelijk sociale woningbouw, zo maant ons de menselijke geschiedenis, is een voorwaarde voor een gezonde bevolking en zijn culturele betrokkenheid. Niettemin is volkshuisvesting in Amsterdam altijd het domein geweest waar het batig saldo van bouwondernemers en speculatie op allerlei gebied centraal stonden. Dat was vroeger zo en ook vandaag nog. Manifest gaat de komende weken dieper in op het woningvraagstuk. (deel 5/slot)

Engels wees er o.a. nog op dat de goedkope woningen in de buurten van de industriesteden van Engeland slecht gebouwd waren en een korte levensduur bezaten. Een verrassend actueel geschrift.

De afbraak

Om op Amsterdam terug te keren. Het landelijk en gemeentelijk beleid veroorzaakt protesten in vrijwel alle stadsdelen. Met de bananen-vocabulaire leuze "up-grading van de stad", worden hele wijken bestemd voor afbraak en wederopbouw met marktgerichte prijzen. Huizen in buurten waarvan het huizenmelkersdom denkt dat ze sneller te verkopen zijn door renovatie en splitsing van etages, hebben de voorkeur. Ook oude woningspeculanten in

Amsterdam, zoals de firma Bakker, ruiken de nieuwe mogelijkheden. In de oude arbeidersbuurt De Pijp hebben ze een blok woningen opgekocht, huizen die inderdaad met veel achterstallig onderhoud bewoond worden door gezinnen en ouderen die nog de relatief lagere huren kunnen betalen. De huizen moeten worden ontruimd om verbouwd te worden tot woningen met koopprijzen en hoge huren voor hen die het betalen kunnen. De huidige bewoners worden zelfs met de deurwaarder bedreigd om de huizen te verlaten. Waarheen, is niet de zorg van deze huizenmelker, tot toenemende woede en wanhoop van de mensen die er nog wonen.

In naoorlogse wijken in Amsterdam-West en andere buurten gebeurt hetzelfde, terwijl ook de bestuurders van die stadswijken steeds minder in staat zijn om die mensen nog betaalbaar vervangende woonruimte aan te bieden.

De laatste tijd krijgt Amsterdam met het verschijnsel te maken dat mensen de stad ontvluchten naar gemeenten waarvan ze denken nog redelijk ongestoord te kunnen wonen. Daarbij zijn er ook die geacht worden financieel tot de doelgroep te behoren waarop het gemeentebestuur zegt zijn 'stadsvernieuwing' te baseren.

Erger is dat met het verdwijnen van woningen die voor de minima met ondersteuning van huursubsidie nog betaalbaar waren, het aantal daklozen oncontroleerbaar is toegenomen. Sommige menen dat het er minstens 5.000 zijn, waaronder in toenemende mate vrouwen met kinderen, die hokken in bijvoorbeeld oude caravans aan de rand van de stad, tussen het industriële afval van oude havenbuurten en kraakpanden.

Opvallend ook is de toename van contactziektes als geslachtsziekten en aids. Zelfs de oude kwaal - vóór de Tweede Wereldoorlog een permanente dreiging in hoofdzakelijk de oude woonwijken - tuberculose, neemt weer toe. Ook al is men van mening dat het een tekort aan medische verzorging is, dan nog staat het als een paal boven water dat de woonomstandigheden bij de verspreiding hiervan een grote rol spelen.

Ik heb dit artikel geschreven om aandacht te besteden aan de volkshuisvesting in vroeger tijden. De geschiedenis symboliseert de problemen van landen en steden die vooral de huisvesting van de minst-draagkrachtigen verwaarlozen. De vóór de Tweede Wereldoorlog internationaal bekende Engelsepublicist H.G. Wells, heeft in zijn boek "Short history of the world", de opvatting gehuldigd dat de massale verpaupering in de steden de voornaamste reden is van de ondergang van het West-Romeinse rijk in de eerste eeuwen van onze jaartelling. Onlangs zond een Nederlandstalig televisiestation een reportage uit over de recente problemen van de oude handelsstad Venetië, in de Middeleeuwen het grootste handelscentrum van Oosterse producten in Europa. De huidige ontwikkelingen in Europa hebben de stad in feite gemaakt tot een verzameling van monumentale fossielen, waar geen gewoon mens meer kan leven. Was het inwonertal in de jaren '50 van de vorige eeuw nog ruim 700.000, tegenwoordig is het nog ongeveer 70.000. Vooral de jeugd en ook ouderen die het nog betalen kunnen, hebben de stad de rug toegekeerd.

Amsterdam moet bewoonbaar blijven

De huidige mediale opwarming van de koloniale nostalgie kan niet verbergen dat Amsterdam in de huidige politieke ontwikkelingen een uithoek van Europa dreigt te worden. Van de industriële bedrijvigheid uit vroegere jaren is weinig meer over. Van de scheepsbouw, de machine-industrie, de confectie enz. bestaan alleen nog wat marginale restanten. Enige jaren geleden heeft de gemeente 700 miljoen gulden geïnvesteerd in een complex kranen voor het lossen van containerschepen. Het eerste schip moet nog gelost worden.

Amsterdam, het financieel centrum van Europa, was jarenlang de leus van het regentendom. De torenhoge nieuwe bankgebouwen rezen op aan de stadsrand, ten koste van een gigantische leegstand van kantoorruimtes. Volgens de laatste gegevens 500.000 vierkante meter.

Bij veel Amsterdammers groeit steeds meer het gevoel van maatschappelijke onzekerheid, mede door de groei van de werkloosheid. En de koffieshop-economie biedt weinig voor een sociaal-zekere toekomst.

Met dit alles als achtergrond is de huidige woningbouw-politiek een extreem voorbeeld van maatschappelijke vervreemding en miskenning van de kapitalistische werkelijkheid.

Volgens de laatste aan ons bekende gegevens is het gemiddelde inkomen van de Amsterdammers het laagste in de regio.

Omstreeks 60 procent van de bevolking heeft een inkomen dat haar niet in staat stelt een huis te kopen. De woningen in de volksbuurten die tot nu toe zijn gesloopt, worden vervangen door woningen met als planning 25 procent voor de verkoop, de helft met minstens het dubbele van de oude huur en een restant dat eufemistisch betiteld wordt als 'sociaal', maar nauwelijks of niet betaalbaar voor de bewoners van de oude buurt. Bij de bekend geworden plannen met betrekking tot afbraak en nieuwbouw van bijvoorbeeld woningen die het eerst na de oorlog zijn gebouwd, wordt ongeveer hetzelfde nagestreefd. Voeg daarbij de tegenwoordige nieuwbouw zoals het object Yburg, waar driekwart van de woningen bestemd is voor verkoop en zeer hoge huren, dan is de uitkomst van dit beleid duidelijk. Een enorme afbraak

van betaalbare woningen en het wetmatig ontstaan van armoedegetto's. Overigens is de verkoop op Yburg nu al een mislukking. De huizenspeculanten worden als koper ingeschakeld.

Een staat en een stad die voor hun toekomst bouwen, zorgen er in de eerste plaats voor dat de bouwers zelf behoorlijk worden gehuisvest. Dat betekent nu voor Amsterdam dat redelijke en betaalbare woningen niet moeten worden afgebroken en dat achterstand in onderhoud wordt opgeheven. Ten tweede: moeten er primair woningen met huren die voor inkomens onder Jan Modaal betaalbaar zijn, worden gebouwd.

Natuurlijk is de volkshuisvesting niet de oorzaak van de huidige kapitalistische crisis. Maar het bouwen alleen voor directeuren en managers heeft Amsterdam nog nooit wat opgeleverd. De problemen worden alleen maar groter wanneer het wonen in de stad zo duur wordt dat gewone mensen naar elders proberen te vluchten. Ook dat is een les uit de Amsterdamse geschiedenis,vooral in de 19e eeuw.

Communisten zijn geen utopisten. Zolang men echter uitgaat van een beleid dat het kapitalisme als eeuwige waarheid hanteert, zullen de speculanten en projectontwikkelaars hun stempel blijven drukken op de volkshuisvesting. Socialisme is ook op dit gebied een objectieve noodzaak.