Gedurende de zomermaanden werd de Griekse kijker beziggehouden met de arrestaties van een reeks leden van de terroristische organisatie '17 November'. Van deze arrestaties werd toen een vervolgshow gemaakt, waarin niet aan bod kwam waar het eigenlijk om ging, maar wel werden alle andere ongunstige sociale en politieke ontwikkelingen weggeduwd voor het brede publiek.
Nu, een aantal maanden later midden in de oorlogsvoorbereidingen tegen Irak en tegen de achtergrond van een steeds dreigender internationale situatie is het proces begonnen tegen de gearresteerde '17 November'-leden. Opnieuw wordt door de massamedia gepoogd al het andere (wereld)gebeuren weg te moffelen of tenminste meer op de achtergrond te plaatsen. Het proces brengt nogmaals de duistere aspecten van het terrorisme in Griekenland aan het licht in de vorm van een reeks onbeantwoorde vragen. Vragen, die - hoe tegenstrijdig het ook mag klinken - juist de echte identiteit onthullen van een organisatie, die gedurende 28 jaar ongestoord in Griekenland actief was.
Voornoemde ambassadeur kwam in september 2001 naar Griekenland als expert in terrorismezaken. Vanaf het eerste moment toonde hij op alle mogelijke manieren niet alleen de belangstelling van zijn regering voor de kwestie '17 November', maar ook liet hij voortdurend doorschemeren dat de Amerikaanse geheime diensten de hoofdrol spelen bij het oprollen van terroristische organisaties. Dit werd wel door de Griekse regering geaccepteerd.
De Amerikaanse expert in zaken het terrorisme betreffende had - aldus de krant 'Rizospastis' (KKE) - vermoedelijk de volgende redenen voor zijn recente inmenging in deze binnenlandse aangelegenheid: de Griekse regering bevoogden met het oog op de komende Olympische Spelen die in 2004 in Griekenland zullen plaatsvinden. En verder via deze zaak, maar in het algemeen ook via de kwestie 'terrorisme in Griekenland', het Griekse anti-amerikanisme een gevoelige slag toebrengen. De opmerking van de VS-ambassadeur over het 'operationele' deel betekent immers dat de vraag openblijft wie dan wel de politieke leiders van het Griekse terrorisme zijn. Vandaar ook de verontwaardigde reacties van de Griekse regering op deze opmerking.
O.a. in de pers - maar beslist niet alleen in de pers - stuiten we steeds regelmatiger op die zogenaamde schakel tussen terrorisme, antidictatoriale strijd en politiek-links. (in een eerdere Manifest zijn we hier uitgebreid opingegaan). In de 'Kathimerini' bijvoorbeeld (groot rechts dagblad) van 5 februari j.l. was het volgende te lezen : "Uiteraard kwamen de terroristen uit extreem-linkse, antidictatoriale organisaties...Die terroristen waren een orgaan van een geheime staatsdienst, de Stasi....die op bevel van de KGB ernaar streefde westerse regeringen te ondermijnen, zodat Moskou kon overleven en overheersen..."
En dat de KKE Moskou's vertegenwoordiger in Griekenland zou zijn, hoorde al sinds het bestaan van die partij tot de meest geijkte stukjes anticommunistische propaganda!
Hoe betrouwbaar die Stasi-archieven zijn, of wat dan als zodanig gepresenteerd wordt, kan misschien afgeleid worden uit een uitspraak van het Hof van Beroep van de Bondsrepubliek (5 mei 1992): "De archieven en de inlichtingen van het ministerie van Staatsveiligheid (Stasi) van de voormalige DDR zijn in wezen niet geschikt als bewijsmateriaal voor verdenkingen van schuld, zoals vereist voor een arrestatiebevel. Bovendien moeten inlichtingen uit die bron streng en uiterst kritisch gecontroleerd worden."
De bevolking heeft alle reden wantrouwig te zijn.