Zestien van de vijfentwintig AEX-fondsen zagen hun winst per aandeel (scherp) dalen, zeven fondsen zitten zelfs in rode cijfers. Ruim de helft van de bestuurdersbeloning is prestatie- en winstafhankelijk, wat dus een inkomensdaling teweeg zou moeten brengen. Maar juist de variabele beloning in opties is de hoeksteen van het inkomensbehoud, blijkt uit onderzoek naar jaarverslagen van twintig AEX-fondsen die inmiddels hun jaarverslagen hebben gepubliceerd. Bij negen bedrijven is de bestuursvoorzitter flink hoger beloond dan vorig jaar. De beloningsontwikkeling van overige bestuursleden ligt in lijn met die van de voorzitters.
Rob van den Bergh van mediaconcern VNU kon zich verheugen over een toename met maar liefst 68 procent. Jeroen van der Veer van Koninklijke Olie is de bestbetaalde Nederlandse ceo (chief executive officer/bestuursvoorzitter) met een beloningspakket van bijna 5 miljoen euro (plus 37 procent), op de voet gevolgd door Ad Scheepbouwer van KPN.
Tot twee jaar terug gingen de salarissen jaarlijks met meer dan 10 procent omhoog. Nu zit meer dan de helft op de nullijn en vier bedrijven geven een verhoging rond inflatieniveau. Bij KPN is het basissalaris zelfs eenmalig 15 procent verlaagd als onderdeel van een sociaal akkoord. Ook de bonussen, die gebaseerd zijn op geleverde prestaties, vallen bij veel bedrijven gelijk of lager uit, zodat de meeste bestuurders in contante beloning gelijk blijven of erop achteruit gaan. Philips verlaagt de beloning voor geleverde prestaties zelfs naar nul. Maar het vaste inkomen heeft een hoog etalagegehalte, het valt het meeste op en wordt gebruikt om naar buiten toe de schijn op te houden dat men welwillend is. Het is een schijnfaçade waarachter de echte verhogingen schuilgaan.
Een aantal bedrijven doet zelfs niet eens zijn best om de schijn hoog te houden. VNU en de Brits-Nederlandse fondsen Koninklijke Olie, Unilever en Reed Elsevier betalen gewoon meer; VNU zelfs 36 procent nu de voorzitter naar de VS verhuist en op Amerikaans beloningsniveau belandt. Koninklijke Olie en ABN Amro verdubbelen de bonus tegen de trend in ook nog eens en VNU loopt voorop met een ruime verdrievoudiging. De hogere salarissen bij de Brits-Nederlandse beursreuzen Unilever, Koninklijke Olie en Reed Elsevier en bij het ver-Amerikaanste VNU, vallen inmiddels iedereen op.
Toch is er een globaal prijskaartje te hangen aan de optiepakketten. De globale prijskaartjes tonen dat opties de bestuurders geen windeieren leggen. Alleen de ceo's van Aegon, ING, Van der Moolen en Philips kijken tegen lagere optiewaarden aan. De topmannen van Akzo en Wolters Kluwer spelen quitte. Alle anderen gaan er dik op vooruit.
Het is dan ook schijnheiligheid of domheid als er, zoals de CNV doet, opgeroepen wordt tot integer en eerlijk leiderschap. Ondanks gesputter door politici en vakbondsbestuurders gaan de topinkomens bij grote bedrijven met tientallen procenten omhoog. De salarissen van bestuurders zijn tot 2000 jaarlijks met meer dan 10 procent gestegen terwijl de werkvloer er telkens maar 2 of 3 procent bij kreeg. De bonussen schoten mee omhoog. Daar bovenop kwamen steeds grotere optie- en aandelenpakketten.
Die loonspurt is nu eenmaal nodig om te kunnen concurreren in het internationale topsegment van de arbeidsmarkt, zeggen de bedrijven in koor. Ondernemingen kopen met de topbeloning van hun bestuurders de positie die zij (menen te) hebben op internationaal niveau. Generaals onderscheid je door het aantal sterren op hun schouder, topbestuurders door het aantal miljoenen achter hun naam. Maar de geldhonger van deze lieden is er niet minder om. Geld of (optie)rechten zijn, los van status, van groot belang om topmanagers aan te trekken. Wie een 'topper' nodig heeft, moet hem losweken en hoge (entree)premies blijken daarbij van doorslaggevend belang. Het beloningsbeleid is, zoals Philips dat zo treffend omschrijft, gericht op "het motiveren, behouden en, waar nodig, werven van hooggekwalificeerde bestuurders". Dit concern en andere beursprominenten concluderen, tegen alle pogingen om deze tendens te stoppen in, dat forse beloningsverhogingen nodig zijn om dit doel te bereiken. Er moet dik geld bij voordat ondernemingsbestuurders echt hun best gaan doen. Multinationals als Koninklijke Olie/Shell en Reed Elsevier bieden hun topmanagement voortaan bonussen van 'Amerikaanse proporties'. Aandeelhouders, de kleinere daargelaten, zijn niet geïnteresseerd in de hoogte van de bedragen, als de regeling maar voldoende prikkelt. Topmanagers blijken zich slechts voor veel, zeer veel geld te willen inzetten. Inkomens van topbestuurders staan weliswaar onder maatschappelijke druk, maar de dynamiek van de kapitalistische markt drijft ze altijd omhoog.
Natuurlijk moeten we blijven proberen deze maatschappelijke wangedrochten te bestrijden, maar wie hoopt dat er verandering komt binnen dit kapitalistische systeem zal teleurgesteld worden. Juist nu het kapitalistische systeem in crisis verkeert, zullen de barbaarsheid en oneerlijkheid die er de kenmerken van zijn en de onoplosbaarheid van de tegenstrijdigheden meer en meer gaan opvallen.
Bron: FD, 22/24/25/28-4-2003