Volgens Schraven worden met een centrum-rechts kabinet de bezuinigingen sneller en omvangrijker doorgevoerd en kan de herziening van het zorgstelsel eenvoudiger worden doorgedrukt (1). En hij kan het weten. De VNO-NCW-voorzitter vond dat de FNV ook niet stond trappelen om steun te verlenen aan een CDA-PvdA-regering. Maar tegelijkertijd verwacht hij van die zijde geen maatschappelijk verzet. "Ik geloof niet in die sociale onrust", zegt hij richting FNV-voorzitter De Waal en diens CNV-collega Terpstra. "Ik constateer dat de stakingsbereidheid gering is. Vanuit mijn werkkamer heb ik uitzicht op het Malieveld. Daar gebeurt heel weinig, behalve zo nu en dan een circusvoorstelling." De laatste keer dat de vakbeweging het Malieveld vol kreeg, is al weer zo'n twaalf jaar geleden.
Zeer omvangrijke bezuinigingsplannen liggen op tafel. De werkgevers zitten daar niet mee, zij vinden dat de rechtspositie van werknemers op een aantal punten te ver zou zijn doorgeschoten. "De verlofkerstboom, de beperkingen rondom uitzendarbeid en de ontslagbescherming en -vergoeding", zijn de drie belangrijkste thema's, volgens Schraven.
Omdat hij hierover geen eensgezindheid in SER-verband of binnen de Stichting van de Arbeid verwacht, ziet hij een belangrijke rol voor de nieuwe regering. Het nieuwe kabinet kan, volgens Schraven, door de beschermende regels voor werknemers af te breken, de economie nieuw leven inblazen. Zulke maatregelen kosten de overheid geen geld, alleen maar de werknemers die er slachtoffer van worden.
Schraven hoopt dat de vakbeweging niet al te veel verzet zal bieden en "overtuigd is van het nut van verdere flexibilisering". Hij pleit onverkort voor verdere loonkostenmatiging en een stevige bezuinigingsopdracht. "Je moet kijken hoeveel ambtenaren je werkelijk nodig hebt. Ook moeten de loonkosten bij de overheid binnen de perken worden gehouden. Verder zie ik dat bij het ABP en PGGM (de pensioenfondsen van overheid en zorg, red.) de inflatiecorrectie hoger is dan de inflatie zelf en de uitkeringen gebaseerd zijn op het eindloon. Dat is een riantere regeling dan in het bedrijfsleven. Op die drie punten valt wel het nodige te doen." In gewone woorden: een aanval op de positie van de ambtenaren: lonen en pensioenen omlaag en massa-ontslag. ABVAKABO-voorzitter Guus van Huygevoort ziet de bui al hangen en verwijt de nieuwe coalitie op ramkoers te liggen. (2)
Ook Huygevoort verwacht geen Centraal Akkoord en verwacht grote sociale onrust, zonder echter aan te geven wat de rol van de vakbeweging daarin zal zijn. Volgens de ABVAKABO FNV komen de bezuinigingsplannen van de coalitie er op neer dat de komende vier jaar op sommige ministeries de helft van de ambtenaren zal moeten verdwijnen.
Maar het verlanglijstje van de werkgevers is nog veel langer. Zij hechtenook niet zo aan een onmiddellijk begrotingsevenwicht. De werkgevers hechten aan begrotingsdiscipline, maar willen tegelijk ruimte krijgen om te kunnen ondernemen. Dat betekent, in de ogen van VNO-NCW, gerichte investeringen in onderzoek en onderwijs en specifieke lastenverlichtingen. Wat met gericht en specifiek wordt bedoeld laat zich raden. Lastenverlichting voor ondernemers bij bedrijfsopvolging, afschaffen van de kapitaalbelasting en vooral de verlaging van de sociale premies. Als de schatkist minder hard groeit, doordat de werkgevers een groter deel in hun zak stoppen, "maakt het niet uit of het begrotingsevenwicht één of twee jaar later is".
In de tachtiger jaren konden de werkgevers de werknemers om de tuin leiden met arbeidstijdverkorting in ruil voor loonmatiging. Dat ligt nu anders. "Wij hebben niet zoveel in de aanbieding", zegt Schraven en "de Nederlandse werknemer barst van de vrije tijd. Daar kunnen we niet zo veel meer aan doen." Intussen is de aanval op die vrije tijd, door overheid en ondernemers, al weer enige tijd geleden, ingezet. Het akkoord van Wassenaar berustte op arbeidstijdverkorting, nu is er sprake van arbeidstijdverlenging! Weinig te ruilen dus. Eerder nog een punt van grote zorg voor de werknemers.
Een sociaal akkoord tussen werkgevers, werknemers en kabinet lijkt weinig voor de hand te liggen. Guus van Huygevoort is "niet optimistisch" over de mogelijkheid van een centraal loonakkoord. Hij beweert ferm dat hij zich door de politiek niet laat dwingen om akkoord te gaan met een maximale loonsverbetering van 1,5 procent, als die overheid "zelf niet de voorwaarden biedt waaronder wij akkoord kunnen gaan". Hij wil dat overheid en werkgevers in ruil voor loonmatiging zorgen voor kostendekkende pensioenpremies. Hij bedoelt daarmee dat overheid en werkgevers bereid moeten zijn hogere premies te betalen en merkt intussen op dat de werknemers daartoe wel bereid zijn. Van de strijdbaarheid van de vakbeweging liggen ze bij VNO-NCW niet wakker. Met de boterzachte uitspraken van Huygevoort is daar nog meer reden voor.
Schraven kijkt daarom helemaal de andere kant op, hij gaat op eigen gelegenheid, zonder zich nog langer te bekommeren om de vakbeweging, afspraken maken met het nieuwe kabinet. Hij voorspelt terecht dat "een CDA-VVD-kabinet minder ruimte zal geven aan sociale partners. Zo'n kabinet zal geneigd zijn om het zelf maar te regelen als de indruk bestaat dat de vakbeweging politieke oppositie voert of voor medewerking aan een sociaal akkoord overvraagt." Wat zal het worden FNV? Nog meer op de knieën en niet 'overvragen' om toch mee te mogen praten of zorgen dat het Malieveld weer volloopt?
Bronnen:
(1) FD, 22-4-2003
(2) HC, 28-9-2003