Pensioenen

Cartoon overgenomen uit Intermediair.

Door Cas Hilvers

In Manifest van 10 juli schreef ik dat de pensioenpremie van het ABP in 2004 naar 22,4 procent zou worden verhoogd. Uiteindelijk gaat deze extra verhoging niet door, omdat in het overleg is besloten om de AOW-franchise te verlagen tegelijk met de premieverhoging van 15,2 procent naar 19,6 procent.

Deze verlaging van de frachise van 15.000 euro wordt verminderd tot 12.500 euro, waardoor de pensioengrondslag met 2.500 euro wordt verhoogd. Daardoor kan de extra premieverhoging achterwege blijven. De 19,6 procent premie wordt nu dus over een hoger bedrag geheven dan de 15,2 procent daarvoor!

Kapitalistische logica

De veranderingen in het pensioenstelsel zijn noodzakelijk door de waardevermindering van de pensioenfondsen als gevolg van de waardevermindering van de aandelenpakketten, die aangekocht zijn met de premiegelden van de verzekerden. De waarde van aandelen, en daarmee dus de waarde van de pensioenbeleggingen, zijn afhankelijk van de schommelingen van de beurzen. De enorme waardevermindering ervan heeft de pensioenfondsen een verlies van miljarden euro's opgeleverd. De kapitalistische logica noodzaakt de pensioenfondsen echter het kapitaal in nog meer aandelen te beleggen. In de eerste drie maanden van dit jaar is er voor zo'n 5 miljard aan aandelen aangekocht. In het jaar 2002 bedroeg de belegging in aandelen 20 miljard, ondanks het instorten van de beurs! "De dekking van de pensioenen in aandelen is onvermijdelijk, omdat deze het hoogste rendement opleveren", is de redenering. Duidelijk blijkt uit deze 'logica' dat het garanderen van een (waardevast) pensioen binnen het kapitalistische systeem niet mogelijk is. Ook als de huidige crisis zich binnen een of twee jaar zou herstellen, is de volgende al te voorspellen en dient een volgende waardevermindering zich al aan. Driemaal raden wie de rekening gepresenteerd krijgt.

Waardevast

Bij een waardevast pensioen vindt er ieder jaar een inflatiecorrectie plaats, waardoor de pensioenen aangepast worden aan de hogere prijzen en lonen, de zogenaamde koppeling. De berekening van de inflatiecijfers is gebaseerd op een techniek, waarbij allerlei factoren en statistische formules een rol spelen. Daarbij kunnen artikelen als computers en TV's als goedkoper worden aangegeven, hoewel er in euro's meer voor moet worden betaald. Nieuwe technische toepassingen in de apparatuur zorgen er dan voor dat ze bij de inflatieberekening als een daling worden beschouwd. De ervaring van de mensen is dat de kosten voor de dagelijkse boodschappen veel sterker gestegen zijn dan het inflatiecijfer aangeeft, zodat een inflatiecorrectie in de lonen en pensioenen al onvoldoende is voor een echte waardevastheid van lonen en pensioenen.

Deze inflatiecorrectie, op zich dus al onvoldoende, is bij de pensioenen niet verplicht en het ABP zal dan ook de komende jaren maar een gedeeltelijke correctie doorvoeren. Dat wil zeggen dat bij een kleiner pensioen, zoals een middelloonpensioen, ook de aanpassing aan de prijsstijgingen nog meer achterblijft dan nu al het geval is.

Risico

Veel ondernemingen hebben de afgelopen tijd al extra geld in de bedrijfspensioenfondsen moeten storten om de dekkingsgraad binnen de grenzen te houden. Van dit beleggingsrisico willen ze nu af, temeer daar de resultaten van de pensioenfondsen vanaf 2005 in de bedrijfsresultaten moeten wordenmeegerekend en mede bepalend zijn bij een eventuele winstprognose en daardoor doorwerken op de waarde van een bedrijf op de beurs. "Het beleggingsrisico moet naar de verzekerden!", vinden ze. Veel bedrijven willen daarom overgaan naar een systeem, waarbij zij een verplichting op zich nemen om jaarlijks een vast bedrag aan premie te betalen. Hierdoor hebben zij geen last meer van de onzekere beleggingsresultaten. Dit betekent dat, bij slechte beleggingsresultaten, zij gewoon hun vaste bedrag betalen en de tekorten opgebracht moeten worden door de werknemers en gepensioneerden zelf. Maatregelen als: geheel of gedeeltelijk achterwege laten van de inflatiecorrectie en/of verhoging van de premie, verlaging van de pensioenen, verhoging van de pensioenleeftijd en dergelijke zouden dan moeten worden doorgevoerd.

AOW

De eerdere artikelen over het pensioen gingen over het aanvullende pensioen dat in verband staat met het arbeidsverleden van de gepensioneerden.

Sinds 1957 kennen we ook de AOW (Algemene Ouderdoms Wet), de basisverzekering waarop bijna iedereen, die tussen zijn of haar 15de en 65ste jaar rechtmatig in Nederland gewoond en gewerkt heeft, recht heeft. In die 50 jaar heeft men dan steeds 2 procent van de AOW-uitkering verdiend en komt men in aanmerking voor een volledige uitkering. Om welk bedrag het dan zal gaan is afhankelijk van een aantal factoren zoals: gehuwd of alleenstaand zijn, werkende partner hebben en dergelijke.

Voor deze AOW wordt een premie vastgesteld die over het belastbaar inkomen wordt geheven. In 2003 is deze premie 17,9 procent. Wettelijk is bepaald dat de premie maximaal 18,25 procent mag bedragen. Begin augustus heeft de Sociale Verzekeringsbank aan de regering het advies uitgebracht om in 2004 deze maximale premie te heffen.

Pensioenleeftijd

Het ziet er nog niet naar uit dat de pensioenleeftijd van 65 jaar binnenkort omhoog zal gaan.

Voordat dat aan de orde zal komen, moeten eerst een aantal voorbereidende werkzaamheden worden verricht. De verhoging van de arbeidsparticipatie, u weet wel: "meer mensen aan het werk (dat er niet is)", is er een van. De afbraak van allerlei regelingen, zoals de verlengde WW-uitkering, moeten steeds mensen dwingen te gaan solliciteren in een banenpool die bijna leeg is. Dat er een uitstoot van maandelijks zo'n 10.000 werkenden in de WW plaatsvindt, is sommige liberale en christelijk sociale bewindsvoerders blijkbaar ontgaan.

Niet ten onrechte kwalificeerde iemand, waarvan de naam mij is ontgaan, de maatregel van minister de Geus als 'asociaal' en 'om te kotsen'. (radioprogramma "Forum" van maandag 11 augustus).

Werken tot je 65ste moet weer normaal worden. Als er geen werk is en je geen werk kunt vinden is dat je eigen verantwoordelijkheid en schuld.

Keer de stormvloed

In september zullen we de uitgewerkte maatregelen te horen krijgen, maatregelen die, volgens mij, niet alleen het gevolg zijn van de crisis, maar die ook worden genomen met de crisis als alibi!

"We staan er slecht voor", "We kunnen niet anders", "Het is onvermijdelijk", "De concurrentiepositie", "Iedereen moet een steentje bijdragen", "Een doorgeschoten verzorgingsstaat", en dergelijke zinsneden zullen weer worden gebruikt om verdeeldheid en verwarring teweeg te brengen. Ondertussen worden verworvenheden afgebroken die niet gemakkelijk meer teruggehaald kunnen worden, en waar in de vorige eeuw vaak hard voor is gestreden. Het is te hopen dat de schijnbaar ingeslapen organisaties van de arbeidersbeweging, de vakbeweging voorop, op tijd wakker worden om de springvloed vanverslechteringen te keren. Voor communisten is de wekker al afgelopen!