Tijd van onderhandelen is voorbij. Deze 'slopers van de verzorgingsstaat' kunnen alleen door daadwerkelijk verzet worden gestopt. |
|
Xander den Uyl doet op 28 september een gooi naar de functie van secretaris van het hoofdbestuur van de ABVAKABO FNV. Voor hem bekend terrein. Voor de leden van de bond ook geen onbekende. Hoe kijkt hij aan tegen de situatie? Wat kunnen we van hem verwachten?
Den Uyl vindt van zichzelf dat hij "redelijk resultaatgericht" en "redelijk zakelijk gericht" is en denkt een verantwoord evenwicht tussen mensen en processen te hanteren. Dat was in het verleden wel anders. Met enige regelmaat walste hij over de mensen, vooral de actieven, heen. "Ik neig er soms toe te weinig naar de mensen te kijken, maar ik heb inmiddels ook geleerd hoe dat behoorlijk in balans te brengen. Ik probeer medewerkers zo veel mogelijk respect te geven en hun ideeën op waarde te schatten, al moeten die uiteindelijk natuurlijk wel in de organisatie passen."
Mooie woorden die alleen in de praktijk kunnen worden getoetst. Die praktijk, en dat ziet hij zelf ook in, is er een van afbraak van verworven rechten. Dat vraagt om strijdbare bestuurders die goed kunnen luisteren naar hun meest actieve leden. "Het steekt dat dit kabinet allerlei regelingen en voorzieningen voor werkenden en niet-werkenden afbreekt. Dat er op ramkoers gevaren wordt en een conflict met de vakbeweging wordt geforceerd. Dat hebben we ook eerder wel gezien, zoals begin jaren tachtig, maar nu gebeurt het heftiger en op meer fronten tegelijk." Dit is niet het taalgebruik van iemand die inziet dat er sprake is van een fundamentele aanval op de verworven rechten en de positie van de vakbeweging. Maar hier blijft het niet bij. Hij relativeert evenwel direct: "Er komt ook wel weer een volgend kabinet van mogelijk een andere signatuur." Waar denkt Den Uyl dan aan? Een soort Nederlandse coalitie zoals in Duitsland, waar de afbraak onder andere signatuur plaatsvindt? Waar blijven de ondernemers in zijn verhaal? Waar wordt gewezen op de Lissabon-agenda?
De actieve leden zijn hem al een straatlengte voor. We zien de bui alweer hangen. Want, van Den Uyl is bekend dat het hem moeite kost om te luisteren.
Bron: FD, 15-9-2004.