|
Verklaring van het ICDSM (Internationaal Comité voor de Verdediging van Slobodan Milosevic) met betrekking tot de beschuldigingen van minachting tegen Kosta Bulatovic, en tegen het opleggen van een 'in absentia' procesgang in de zaak tegen president Slobodan Milosevic.
Het Joegoslavië Tribunaal heeft onlangs Kosta Bulatovic, een getuige voor de verdediging van Milosevic, beschuldigd van minachting van het hof, omdat hij heeft geweigerd door te gaan met zijn getuigenverklaring in een procesgang - bekend als 'in absentia' - waarbij de gedaagde zelf afwezig was en in zijn cel moest verblijven, omdat hij te ziek was om die dag het proces bij te wonen.
Eerst werd Slobodan Milosevic het recht ontzegd om zichzelf te verdedigen, een schending van de minimum procesrechten en van het Internationaal Verdrag van Burger- en Politieke Rechten. De 'Trial Chamber' beweerde dat Milosevic te ziek was om zijn eigen verdediging te voeren. Maar er werd geen verdaging van het proces, of een tijdelijk oponthoud geregeld. Men liet de zaak ook niet seponeren en maakte ook geen gebruik van wat voor andere redelijke wettelijke maatregel dan ook, die regelmatig door rechtbanken over de hele wereld wordt toegepast. In plaats daarvan werden Milosevic tegen zijn wil raadslieden, die eerder waren opgetreden als partij in het proces, toegewezen. Een duidelijke, formele kwestie van belangentegenstelling.
Het wordt steeds duidelijker dat er in dit proces tegen Slobodan Milosevic bij het Joegoslavië Tribunaal zélf sprake is van minachting. Minachting van de basisregels van het Internationale Recht en de uitgangspunten van menselijk fatsoen.
Een gedaagde heeft het recht zichzelf te verdedigen en heeft onmiskenbaar het recht om zijn eigen proces bij te wonen. Het gaat wel heel ver een getuige voor de verdediging in staat van beschuldiging stellen, omdat hij weigert mee te werken aan zware schendingen van rechten die worden gewaarborgd door internationale documenten en verdragen, zoals het Internationaal Verdrag van Burger- en Politieke Rechten. Hiermee heeft het Tribunaal een nieuw dieptepunt bereikt en vormt een bedreiging voor de toekomst van het internationale recht.
De 'in absentia'-hoorzittingen blijken het resultaat te zijn van een vooropgezet plan en waren geheel voorspelbaar vanaf het moment, afgelopen zomer, dat twee vroegere medewerkers van Madeleine Albright, voormalig minister van Buitenlandse Zaken, David Scheffer en Michael Scharf, zich haddenuitgesproken in de International Herald Tribune en de Washington Post. Zij lobbyden publiekelijk voor de toepassing van diezelfde maatregelen die op dit moment worden uitgevoerd.
Scheffer stak zijn minachting voor internationaal erkende fundamentele mensenrechten niet onder stoelen of banken door te eisen dat de voormalig president van de 'Trial Chamber', Richard May, "zijn goed gehanteerde leiband permanent strakker aan moest trekken" door Milosevic te muilkorven en vervolgens "de procesgang er bij hem in te pompen." Bij hun openbare oproep voor het monddood maken van president Milosevic maakten noch Scheffer noch Scharf er een geheim van dat het Joegoslavië Tribunaal naar hun mening eerder een politiek dan een juridisch orgaan is. Beiden behoren tot de 'architecten' van het Tribunaal, dus zij kunnen het weten.
Milosevic heeft altijd vastgehouden aan zijn verzet tegen dit instituut, dat hij beschouwt als een instituut dat illegaal is opgericht en is ingesteld om agressie en schending van nationale soevereiniteit te rechtvaardigen. Ook houdt hij vast aan zijn stellige belofte aan het volk van Joegoslavië dat hij zal bewijzen dat de zogenaamde Balkanoorlogen in feite één oorlog waren, een oorlog tegen Joegoslavië, gevoerd in strijd met het internationaal recht.
Om Milosevic hiervan te kunnen weerhouden moeten de meest fundamentele principes van het strafrecht en het internationaal recht nog verder geweld worden aangedaan en de toekomst ervan in de waagschaal gelegd.
Er is slechts één positieve kant aan deze perverse processen: ze maken de situatie helder en maken eens en voor altijd duidelijk dat het Joegoslavië Tribunaal geen juridisch orgaan is, maar in plaats daarvan macht misbruikt die het wettelijk gezien niet eens heeft.
Dringende oproep voor geldinzamelingPresident Milosevic heeft de waarheid en de wet aan zijn kant. Om dat voordeel te kunnen benutten, teneinde zijn vrijheid te bewerkstelligen, moeten we het volledig ongeloofwaardig geworden Tribunaal en haar beschermers bestrijden door middel van professioneel uitgevoerde acties. Daarbij willen we ons ook richten op Advocaten Genootschappen, het Europese Hof, de betrokken VN-organen en de media.In de praktijk hebben we ervaren dat ad hoc vrijwilligerswerk alleen niet genoeg is om deze taken te kunnen volbrengen. De beschikbare fondsen in Servië zijn nog steeds slechts toereikend voor de kosten van het verblijf en de werkzaamheden van de juridische medewerkers van president Milosevic in Den Haag (steeds maar één tegelijk). De fondsen van de Duitse afdeling van het ICDSM (nog steeds de enige afdeling die regelmatig financiële bijdragen levert) zijn alleen genoeg om de kosten te dekken van het minimaal noodzakelijke extra werk in Den Haag, met betrekking tot het onderhouden van contacten met en het voorbereiden van buitenlandse getuigen. Voor alle andere noodzakelijke activiteiten is er geen geld. Wij hebben met spoed 3.000 tot 5.000 euro per maand nodig. Onze geschiedenis en ons volk verplichten ons om door te gaan met de noodzakelijke acties. Maar zonder deze financiële middelen is dat niet mogelijk. Organiseer daarom zo snel mogelijk activiteiten voor fondsenwerving en stuur de donaties naar rekeningnummer 6391313, tnv NCPN-landelijk, o.v.v. Milosevic. De NCPN is de enige internationaal erkende organisatie in Nederland, gerechtigd om bijdragen te verzamelen voor het ICDSM. Uw bijdragen worden zo spoedig mogelijk doorgestuurd. ICDSM, 21 April 2005, vertaling J. Bernaven |