Ingezonden: Stewardess met ME/CVS raakt WAO-uitkering kwijt


De huidige neoliberale kapitalistische politiek leidt tot een snel groeiende groep slachtoffers. Armoede, werkloosheid en afbraak van het levenspeil zijn aan de orde van de dag.  

UWV vindt ME/CVS geen ziekte

ME/CVS is geen ziekte maar 'afwijkend gedrag'. Met de gezondheidsproblemen die het gevolg zijn van ME/CVS mag bij de WAO-keuring geen enkele rekening gehouden worden. Dit stelt het UWV, de instelling die de WAO uitvoert, in een bezwaarprocedure die een ME/CVS-patiënte heeft aangespannen tegen de verlaging van haar WAO-uitkering (1). Haar uitkering is vervolgens volledig ingetrokken. Het UWV beroept zich hierbij uitdrukkelijk op het standpunt van minister Hoogervorst van Volksgezondheid dat ME/CVS niet als ziekte gezien moet worden.

De meeste partijen in de Tweede Kamer denken daar echter anders over. Zij volgen de Wereldgezondheidsorganisatie WHO die ME/CVS al vanaf 1969 als ziekte erkent. In afwachting van een brief van Hoogervorst over dit onderwerp heeft de Tweede Kamer eind april al een motie aangenomen waarin minister De Geus van Sociale Zaken wordt opgeroepen om het UWV duidelijk te instrueren dat ME/CVS een erkende aandoening is en dat mensen met deze ziekte bij de WAO-keuring individueel beoordeeld moeten worden. (2) Deze motie heeft tot nu toe geen positieve gevolgen gehad voor de mensen om wie het gaat. Minister De Geus doet alsof er geen problemen zijn bij de keuring van ME/CVS-patiënten.

UWV handelt in strijd met de regels

Het UWV heeft zwart op wit gezet wat veel ME/CVS-patiënten bij de herkeuring te horen krijgen, namelijk dat bij ME/CVS geen recht zou bestaan op WAO. Nu moet de minister eindelijk de realiteit onder ogen zien, vindt de Steungroep ME en Arbeidsongeschiktheid. Bij de WAO-herkeuringen verliest maar liefst 80 tot 90 procent van de ME/CVS-patiënten de WAO-uitkering geheel of gedeeltelijk. Het gaat om zieke mensen die niet of alleen met grote beperkingen kunnen werken. De Gezondheidsraad heeft onlangs nog vastgesteld dat ME/CVS een reële, ernstig invaliderende aandoening is.

Volgens de geldende regels zouden de gevolgen van een ziekte als ME/CVS bij de WAO-(her)keuring volledig moeten meetellen. Dit is met de invoering van strengere regels per 1 oktober 2004 niet veranderd. Maar het lijkt erop dat het UWV werkt met interne richtlijnen waarin staat dat geen rekening gehouden mag worden met arbeidsongeschiktheid die door ME/CVS wordt veroorzaakt. Wanneer dit beleid niet wordt teruggedraaid zou dat ertoe kunnen leiden dat alle ME/CVS-patiënten die nu nog een arbeidsongeschiktheidsuitkering hebben deze kwijtraken, zelfs degenen die vanwege hun leeftijd zijn vrijgesteld van de herkeuringen volgens strengere regels die in oktober 2004 zijn begonnen.

Minister de Geus moet UWV-beleid corrigeren

De Steungroep vindt dit zeer onrechtvaardig en vraagt opnieuw dringend aan minister De Geus om het UWV opdracht te geven om bij de keuringen en herkeuringen van ME/CVS-patiënten de beperkingen die de ziekte per geval met zich meebrengt volledig bij de beoordeling van de arbeidsongeschiktheid te betrekken, zoals volgens de officiële regels zou moeten gebeuren. Ook vindt de Steungroep dat alle keuringen waarbij dat niet is gebeurd moeten worden overgedaan. Bovendien vindt de Steungroep het onaanvaardbaar dat bezwaar maken tegen een beslissing van het UWV waarin de uitkering wordt verlaagd feitelijk wordt afgestraft door het volledig intrekken van de uitkering.

De Steungroep dringt er in een brief bij de Tweede Kamer op aan zich hardte maken voor daadwerkelijke erkenning van de ziekte ME/CVS en zich niet neer te leggen bij de houding van de ministers Hoogervorst en De Geus.

Noten:

  1. De ME/CVS-patiënte waarop de beslissing van het UWV betrekking heeft is een nu 33-jarige stewardess. Ze is ziek geworden in 2000, kreeg uiteindelijk van meerdere specialisten de diagnose CVS en werd in eerste instantie volledig arbeidsongeschikt verklaard. In 2004 besloot het UWV dat ze wel weer 4 uur per dag en 20 uur per week kon werken en kreeg ze nog maar een gedeeltelijke WAO-uitkering. Die 20 uur was voor haar in de praktijk lang niet haalbaar. Haar werk als stewardess had ze moeten opgeven. Ze mocht bij haar werkgever licht administratief werk doen en had zo geprobeerd haar werktijd geleidelijk uit te breiden naar 20 uur. Maar steeds als ze meer dan 8 uur per week ging werken werd ze zieker. Dan moest ze zich weer een poos volledig ziekmelden. Daarom besloot ze om tegen het besluit van het UWV bezwaar te maken. Haar bezwaar werd behandeld vlak nadat minister Hoogervorst had laten weten dat ME/CVS volgens hem geen ziekte is. Het UWV (voorheen GAK) in Haarlem verklaarde haar bezwaar ongegrond en besliste vervolgens dat ze helemaal geen WAO-uitkering meer krijgt omdat er geen sprake zou zijn van een "objectiveerbare aandoening".
  2. Motie van het lid Vendrik C.S. Aangenomen 26-04-2005. WAO-stelsel 28 333 Nr. 56

Steungroep ME/CVS, Groningen, 24 mei 2005.