|
Op 1 april 1994 werd de Wet Voorzieningen Gehandicapten (WVG) in praktijk gebracht. Het voorval dat ik nu als aanloop voor dit stuk gebruik moet enige tijd daarvoor hebben plaatsgevonden. Omdat de gemeenten deze nieuwe wet - die met alweer een nieuwe wet (WMO) binnenkort zijn functies gaat verliezen - gingen uitvoeren, vond er ook in onze gemeente een introductiebijeenkomst plaats.
Als lid van een raadscommissie waar ook sociale zaken onder viel, schoof ik aan bij de andere commissieleden, bij de verantwoordelijke wethouder en de erbij betrokken gemeenteambtenaren, bij plaatselijke vertegenwoordigers van belangenorganisaties en enkele provinciale voorlichters. Zo herinner ik mij nog dat de wethouder gloedvolle woorden sprak over weer een stap in de richting van een één-loket-systeem in de zorg, over ontkokering, over het bestrijden van stroperigheid en meer van zulke toekomstige weldadigheden. Vooral het één-loketsysteem kwam in die tijd - ook nu nog - en ook tijdens de bijeenkomst opvallend veelvuldig langs.
De aanwezigen konden na de inleiding vragen stellen; ik was één van die vraagstellers. De wethouder vond mijn vraag kennelijk een moeilijke, zoals wel vaker voorkomt dat voor een sociaal-democraat vragen van communisten moeilijk te beantwoorden zijn. De wethouder die pas nog de noodzakelijke ontwikkeling naar een één-loketsysteem voor de zorg als een enkele reis hel-hemel benadrukte, gaf de vraag door aan de gemeenteambtenaar naast zich; zij had er pas een cursus WVG opzitten... Ook zij vond de vraag te moeilijk en schoof hem door naar de naastzittende, één van de provincieambtenaren die zeker pas nog een duurdere cursus WVG had gevolgd. Het antwoord - zo dat al gekomen is - ben ik vergeten en de overige aanwezigen, denk ik, ook. Want de reactie moet niet alleen verdronken zijn in nietszeggendheid, maar ook totaal ondergedompeld in het geroezemoes dat ontstond na mijn opmerking dat dit nu kennelijk het één-loketsysteem in de praktijk was: drie loketten waar men niets wijzer van wordt.
We zijn nu meer dan elf jaar verder. Zoveel mogelijk uit het zicht van de democratische controle zijn er in het kader van het één-loketstreven instellingen ontstaan om zoiets te realiseren. Alles onder één dak. De praktijk is echter dat dit soort instellingen geen einde maakt aan de alom zo verfoeide ondoorzichtigheid, maar meer als doorverwijzingsloket functioneert; dus weer een loket erbij. Zo is ook de beoogde verdergaande privatisering en verzakelijking in de zorg er duidelijk van af te ruiken. De aankomende WMO (Wet Maatschappelijke Ondersteuning), die hele en delen van andere sociale wetten in zich opneemt, heeft als belangrijkste ideologische achtergrond het stimuleren van de mantelzorg, dat wil zeggen de zorg door familie, kennissen en buren. Niet voor niets is er de afgelopen tien jaar van overheidswege zoveel aandacht voor de mantelzorg geweest...
De regeringen hebben in hun ijver om de, met name de arbeidersbevolking tegen kapitalistische willekeur beschermende, wetgeving, te vernietigen, de voor publiciteit bestemde doelstelling - vereenvoudiging - niet waar kunnen maken. Er kan nu gerust worden vastgesteld dat allen die vereenvoudiging beloofden totaal zijn afgegaan. Met bombastische reclames, met in het openbaar van overheidswege flauwe 'humor', tracht men dat te verbloemen. Men doet het voorkomen alsof we een romantische revolutie beleven. De belastingdienst, eens een gevreesde geldwolf, een overheidsinstantie die'het niet leuker kan maken'; wordt nu opeens een dienst die de mensen geld komt brengen: 'de belastingdienst gaat uitbetalen...'.
Het grofste geschut klinkt als de mooiste symphonie. Rottend fruit ruikt naar lavendel. Vertraagde treinen rijden op tijd. Geschrapte buslijnen zijn een verbetering van de kwalitet van het openbaar vervoer. Verlaagde huursubsidies verhogen het woongenot. Verhoogde ziektekostenpremies tot heil van de mensheid...
De werkelijkheid is dat het volk geestelijk wordt klaargestoomd voor de 'nieuwe orde': het totale kapitalisme. Opdat elke burger, tot en met de armste sloeber, tot in alle vezels op kapitalisme is ingesteld. Of zoals Thatcher het destijds in Groot-Brittannië formuleerde: "Wij gaan alle aan het kapitalisme vreemde, socialistische elementen uit de maatschappij wegsnijden en van alle inwoners van het land een kapitalistisch denkende burger maken..."
Een zekere Tawney moet eens gezegd hebben dat de wet de moeder van de vrijheid is. Wij zouden zeggen: het hangt er vanaf welke wet en voor wie vrijheid wordt bedoeld. Maar dat ruikt naar klassentegenstellingen en misschien wel naar klassenstrijd! Ook dát is een socialistisch element dat men uit de geesten van de mensen wil rammen. Tenminste, daar doet de overheidspropaganda elke dag haar uiterste best voor. Of dat lukt? De grote onvrede onder de mensen, de groeiende afkeer van de regering, hebben veel met klassentegenstellingen te maken. Het hangt er vanaf of de dingen wel of niet bij de naam genoemd worden.
Eén van de plaatselijke politieke partijen hield onlangs een bijeenkomst over wonen, welzijn en zorg. Enkele specialistische prominenten uit de omgeving waren uitgenodigd om in gang gezette initiatieven op deze terreinen toe te lichten en te propageren. Alles moest en kon ook eenvoudiger: weg met de verkokering, weg met de stroperigheid, weg met die overbodige ambtenarij... Uit belangstelling wou ik daar ook naartoe. Ik kwam wat later. Vijf kwartier was ik elders bezig geweest het invullen van een formulier voor een aanvraag vangnetregeling huursubsidie voor iemand voorelkaar te krijgen. Ik zal daar nog eens naartoe moeten; zoveel gegevens moeten nog opgezocht worden. Toen ik de bijeenkomst binnenkwam en al die verhalen hoorde, kreeg ik het gevoel dat ik net van een andere planeet was gekomen. Twee werelden, één land...