|
President Luis Inacio Lula da Silva van Brazilië speelt zeer belangrijke rol in Latijns-Amerika.
|
José Reinaldo Carvalho (*)
De buitenlandse politiek en de ideologische thema's, verbonden met de concrete politieke ontwikkelingen in het land, zijn de belangrijkste onderwerpen waarover wordt gediscussieerd tijdens de periode die vooraf gaat aan de verkiezingscampagnes in Brazilië. Deze debatten hebben zowel positieve als negatieve kanten.
De discussie over de buitenlandse politiek wordt, op een zeer positieve manier, beïnvloed door de nationalisatie van de olie- en gasindustrie door de populaire regering van Evo Morales [sinds begin 2006 president van Bolivia, nvdr]. Dergelijke gebeurtenissen worden door de conservatieve media en de reactionaire krachten in de Braziliaanse maatschappij uitgebuit en benut om de publieke opinie te vergiftigen met agressieve en chauvinistische oproepen. Dit onthult hoe juist de stelling van Lenin is dat nationalisme onder aanvoering van de bourgeoisie, indien succesvol, verandert in imperialisme.
Het toont ook de impasse van een politieke opvatting en houding, die ervan uitgaan dat de mogelijkheden voor Brazilië om met succes mee te kunnen draaien in de wereld, hand in hand gaan met onderworpenheid aan de grote wereldmachten en minachting ten opzichte van de arme landen. Toen Fernando Henrique Cardoso, voormalig president van Brazilië, in Mexico verklaarde dat de neoliberale globalisering de nieuwe Renaissance was, verheerlijkte hij daarmee de buitenlandse politiek van onderdanigheid van het land, wat een van de opvallende kenmerken werd van het politiek handelen van de PSDB [Sociaal Democratische Partij van Brazilië, nvdr].
Het standpunt dat de huidige president Lula [Arbeidersparij (PT) van Brazilië, nvdr] innam is eerlijk: hij erkende het soevereine recht van de Bolivianen op de rijkdommen van hun land en hij bevestigde hun strategische positie met betrekking tot de integratie van Zuid-Amerika. Het was misschien wel het hoogtepunt van zijn regeringsperiode, toen hij duidelijk zijn progressieve en ondersteunende aard toonde en de verbondenheid met de krachten die strijden voor vrede in de wereld, soevereiniteit voor de volkeren en voor een nieuwe internationale politieke en economische orde.
Het debat over de buitenlandse politiek pakt uit in het voordeel van de sociale beweging en de vooraanstaande krachten aan het politieke front, die al actief zijn in de campagne voor de herverkiezing van president Lula. Het levert een goede basis om programmatische en strategische standpunten en de daarbij behorende principes te bekrachtigen, rekening houdend met technische mogelijkheden, realisme, uitvoerbaarheid en ruimdenkendheid. Dat debat maakt de bundeling van krachten en de politieke scholing van strijdbare krachten mogelijk, en in internationaal opzicht is het debat van essentieel belang voor het verkrijgen van solidariteit van anti-imperialistische krachten.
Met betrekking tot het politieke en diplomatieke handelen maakt de voortzetting en versterking van het buitenlandse beleid het mogelijk om door te gaan met het creëren van een gunstig klimaat voor de confrontatie met betrekking tot binnenlandse kwesties, voor het volbrengen van belangrijke sociale en economische hervormingen en voor een aanpak door de regering die gedurfder is en beter afgestemd op het verlangen van het Braziliaanse volk naar verandering. Het is een slagveld waarbij de kampen in het conflict steeds duidelijker worden, en waarbij we de dominerende klassen en de partijen die hen vertegenwoordigen kunnen onderscheiden als hulptroepen voor het oorlogvoerende imperialisme, die voor een onrechtvaardige wereldorde zijn en zich daaraan onderwerpen. En nog afgezien van dit alles, was het de buitenlandse politiek waarmee president Lula zijn grootste resultaten boekte gedurende zijn tegenstrijdige eerste termijn.
Als we echter kijken naar het debat met betrekking tot ideologische kwesties dan levert dat voor ons een negatief resultaat. Er is sprake van een toonbeeld van ideologische en politieke desoriëntatie, als gevolg van een verkiezingsstrategie die opnieuw is gebaseerd op gematigdheid, zoals tot uitdrukking komt in het motto 'vrede-en-liefde Lula'.
Temidden van deze verwarring brengen de buitenlandse media hun opinies over het achterhaalde karakter van de anti-imperialistische strijd en de socialistische revolutie. Het is begrijpelijk dat het imago van president Lula als staatsman overeind moet blijven, en het is ook juist om niet te vervallen in provocaties. Maar Lula is ook een leider van het volk, een vooraanstaande figuur in de Braziliaanse sociale beweging en een gerespecteerd leider in linkse kringen over de hele wereld. Hij is hoofd van de PT, een partij die zich bezighoudt met belangrijke anti-imperialistische en socialistische onderwerpen, naast de vele binnenlandse aangelegenheden. En hij is ook de kandidaat van een coalitie waarvan één van de leidende partijen de PCdoB is, een marxistisch-leninistische communistische partij, die de strategie volgt van het bereiken van socialisme door middel van democratische, sociale en anti-imperialistische strijd.
De aanwas en opbouw van de beste onder Lula's strijdbare krachten zal niet uitmonden in pragmatisme maar in een duidelijk programma en vertrouwen in de toekomst. Argumenten die verwarring zaaien, krachten verdelen en demobiliseren, ondanks de goede bedoelingen van hen die de argumenten naar voren brengen, zijn volkomen nutteloos. En, wat het allerergste is, ze geven negatieve signalen af die naar de verkeerde weg wijzen.
Zoals de president verklaarde tijdens een van zijn beste momenten in zijn regeringsperiode, zal er in de wereld waarin wij leven geen herindeling plaatsvinden van de economische- en handelskaart, zal er geen wereldvrede zijn, zal het niet mogelijk zijn om een soevereine en geïntegreerde ontwikkeling voor Brazilië en zijn buurlanden te bereiken zonder een anti-imperialistisch perspectief. Het moge duidelijk zijn dat, gezien het samenspel van krachten waarbinnen de campagne zal plaatsvinden, de anti-imperialistische krachten zich ervan bewust moeten zijn dat we geen anti-imperialistische retoriek moeten gebruiken tijdens de verkiezingsstrijd, want aan retoriek hebben we geen gebrek. Maar het is ook waar dat communisten, socialisten en anti-imperialistische strijdbare krachten niet kunnen worden gemobiliseerd voor de campagne als de belangrijke idealen waarvoor zij strijden worden gebagatelliseerd.
De huidige politieke discussie in Brazilië vindt niet plaats los van de grote politieke conflicten in de wereld. De anti-imperialistische strijd is de grote trend van onze tijd, in het bijzonder in Latijns-Amerika. De Bolivariaanse Revolutie, die heeft plaatsgevonden onder leiding van Chávez in Venezuela, de toegenomen samenhang binnen het continent onder invloed van progressieve krachten en de opkomst van andere volksbewegingen die aan de macht zijn gekomen in verschillende landen, zijn daarvan een duidelijk teken. De herverkiezing van president Lula zal voor de meeste progressieve krachten in Brazilië worden beschouwd als een overwinning en zal objectief gezien een versterking betekenen van de anti-imperialistische strijd in Latijns-Amerika. En het zal in subjectieve termen nog meer betekenen als de leidende krachten in de campagne, en in het bijzonder hun leider, dat ook inzien. Ik hoop dat zij het zullen begrijpen, zodat het diepe verlangen van het Braziliaanse volk naar sociale en nationale bevrijding kan worden vervuld.
(*) José Reinaldo Carvalho: journalist, hoofd communicatie van Cebrapaz en lid van de Politieke Commissie van het Centraal Comité van de PCdoB, vrijdag 2-6-2006. Vertaling J.Bernaven.