|
Rinze Visser
Over democratie gesproken. Omdat iedereen wel weet wat dat is, is er bijna niemand meer die weet wat het is. Zo hoor je spreken over de democratisering van de samenleving, omdat mensen zoveel keuzes hebben. Zo wordt democratie teruggebracht tot het te koop zijn van vele soorten merken koffie of tandpasta. Zo wordt het als democratisch aangemerkt dat er zoveel mensen over een auto of een televisietoestel kunnen beschikken. Het autobezit is gedemocratiseerd; het genieten van buitenlandse vakanties is gedemocratiseerd, zo leest men dan. En dan ook nog met een ondertoon van: de massa maakt onze wegen en stranden overvol...
Over democratie gesproken. Over televisie gesproken; over internet gesproken. In elitaire kringen - zeker niet die waar er goud geld aan wordt verdiend - beklaagt men zich over een overdemocratisering. Iedereen, ook Jan met de Pet, komt maar z'n zegje doen via die media. Verontrustend, want zó hadden zij democratie niet bedoeld. Zó wordt de afkeer van de massa verpakt in een soms ook nog terecht pleidooi voor goede smaak en fatsoen. Want ja, niet iedereen is grappig, niet iedereen kan goed zingen, spreken of toneelspelen...
Over democratie gesproken. Als wij het daarover hebben zal het gaan over de essentie ervan: de invloed van het volk op het bestuur, op dat van het land, van de provincie, van de gemeente. Zo staat of valt elke discussie over democratie met het standpunt met betrekking tot volksvertegenwoordiging. En dat is zeker van een andere orde dan de overvloed van big brother en idolsachtige televisieprogramma's en het zich kunnen uitleven in chatboxen. Nu iedereen, die meent vanuit de hoogte wat te vertellen te hebben, zegt een steeds maar verdergaande democratisering te ontwaren, is er in werkelijkheid iets aan de hand dat in tegengestelde richting wijst. Want nog niet eerder, afgezien van de jaren van het fascisme, vinden er zoveel aanvallen op de democratie plaats. Op de vertegenwoordigende democratie! Op de invloed van het volk!
Wordt er dan openlijk gepleit voor minder democratie, voor minder invloed van het volk? Zeker niet. De officiële propaganda luidt immers dat democratie zó belangrijk is dat het - zelfs gewapenderhand - naar andere landen moet worden uitgevoerd. Officieel is er niets zo heilig als democratie. Maar de werkelijkheid is anders. De huidige ontwikkeling die het kapitalisme doormaakt - privatiseringen, het opheffen van overheidsbelemmeringen ten gunste van vrijbaan voor de op snelle winst-belusten, het wegsaneren van rechten en zekerheden van de werkende mensen, dominantie van de individualistische ideologie - maken steeds meer duidelijk dat democratie, in haar ware betekenis, een sta-in-de-weg wordt.
Achter de schermen wordt er gewerkt aan bestuurlijke schaalvergroting. Wat hierover soms wel in het nieuws komt zijn uitspraken over het scheppen van één bestuurlijke eenheid voor de hele Randstad; een fusie van de drie noordelijke provincies; een nieuwe gemeentelijke herindelingsgolf. In grote lijnen komt dat neer op het opdelen van Nederland in vier of vijf provincies en het terugbrengen van het aantal gemeenten tot de helft of zelfs eenderde. Het terugtrekken van de overheid uit verantwoordelijkheden voor de economie is op zich al een grote aanslag op de democratie, op de democratische zeggenschap en controle. Want meer vrijheid voor de kapitalisten verdraagt zich niet met democratie!
Om een beeld te kunnen geven welke gevolgen alleen al een idee over herindeling (fusie) van gemeenten in de Zuidwesthoek van Fryslân voor de volksvertegenwoordigende democratie zal hebben, het volgende: steeds weer komen er oprispingen in het nieuws waar wordt gesproken van een fusie van acht(!) gemeenten. Het enige argument dat daarbij dan wordt vernomen is dat dit nodig is in het belang van de dienstverlening aan de bevolking. Dienstverlening? Van de gefuseerde sociale dienst (zes van de acht gemeenten) wordt de dienstverlening telkenmale geminimaliseerd. Zo ook de democratische inbreng van de diverse gemeenteraden. Wat zo'n fusie voor gevolgen zou hebben voor de afstand tussen bestuur en volk, tussen de dienstverlenende instanties en volk, wordt zichtbaar als een dergelijke gefuseerde gemeente een oppervlakte van bijna 1300 vierkante kilometer zal beslaan, met bijna 150 kernen (steden, dorpen, dorpjes en buurtschappen).
Met één gemeentehuis, voor het grootste deel van de inwoners zeer verafgelegen, en dat met een al half uitgekleed openbaar vervoer. Het aantal van 128 gemeenteraadsleden - volgens de in 2002 van kracht geworden dualisering meer in de functie van volksvertegenwoordigers dan ooit tevoren - zou dan zijn teruggebracht tot het aantal van 39, waarvan het grootste deel dan niet meer de binding met gemeenschappen zal hebben, zoals dat nu nog wel het geval is. Een dergelijke fusie zou de dood zijn voor kleine dorps- en leefgemeenschappen! Het zou de dood betekenen voor de dienstverlening aan de bevolking en voor de volksvertegenwoordigende democratie!
Er bestaat een sterke invloedrijke lobby, buiten de officiële kanalen om, die gestuurd wordt door kringen rond de regering, provinciebesturen en bedrijfsorganisaties, die zich sterk maakt voor een verdergaande bestuurlijke schaalvergroting. Een Europa van de grote kapitalistische concerns eist ook een ander bestuurlijk Nederland, dat rigoureus een eind wil maken aan alle vertrouwde structuren, culturen en streekgebonden romantiek. Voor een verdere verzakelijking moet alles wijken. Grote gefuseerde provincies en gemeenten maken ook grotere overheidsinstellingen, zoals afvalverwerking, reinigingsdiensten, ict-organisaties, sociale diensten, zorginstellingen, enzovoort. En aldus lucratiever voor overname door op winst beluste private bedrijven. En deze grote overgenomen overheidsdiensten zullen dan weer aantrekkelijk zijn voor internationaal opererende geldwolven om deze op te kopen, te verhandelen en zo onderdeel worden van een verhevigde economische oorlog, waar gewone mensen - zowel werknemer als consument - tot speelbal worden gemaakt.
Dan is de democratie - het handelsmerk van de westerse wereld - tot een minimum teruggebracht en zal het begrip 'volksvertegenwoordiging', de essentie van democratie, nauwelijks nog enige politieke waarde hebben. Inzicht is nodig, evenals waakzaamheid en bereidheid tot verzet tegen deze al in gang gezette ontwikkeling, die de invloed van het volk, op een klein aantal invloedrijken na, wegsaneert en wegprivatiseert.