Werkonderbrekingen in het openbaar vervoer op woensdag 15 november. Ruim 1500 werknemers kwamen naar Den Haag om te demonstreren tegen privatisering van het openbaar vervoer. Stop marktwerking en aanbestedingen.
|
Demonstratie op het Plein in Den Haag op 15 november 2006. Een zware ABVAKABO-delegatie is aanwezig. Vlnr: Gerrie Geldhof (vz. OR GVB), Guus Duppen (vz. Afdeling Amsterdam) en Xander den Uyl (bondssecretaris), met het pamflet van de NCPN (Foto Manifest)
|
|
|
Marktwerking is efficiënter, goedkoper, beter en democratischer wordt er geroepen. En als dat in de praktijk niet klopt, dan komt dat omdat er te weinig marktwerking is. Dit is wat ons wordt wijsgemaakt. Maar langzamerhand hebben de meeste mensen door, of het nou gaat om gezondheidszorg, woningbouwcorporaties of het OV, dat de dienstverlening afneemt, de werkdruk toeneemt, de arbeidsvoorwaarden verslechteren en de tarieven stijgen.
Logisch, want er zijn opeens miljoenen euro's extra nodig om dure reclame- en marketingcampagnes te betalen om te 'concurreren' en bestuurders en managers te belonen met topsalarissen en bonussen. Politici, die actief hebben meegewerkt om de 'markt' aan ons op te dringen, worden beloond met vetbetaalde baantjes in de nieuwe marktsector.
Privatisering en marktwerking worden in heel Europa doorgevoerd. Hoe komt dat? In 2000 werd op voorstel van Europese ondernemers in Lissabon door de EU-top besloten dat de EU in 2010 de VS economisch moet hebben ingehaald. Om dat te bereiken wil de EU dat we in Europa Amerikaanser dan de Amerikanen worden. Dat betekent lage lonen, geen bescherming bij ontslag, geen maximum arbeidstijd per dag, per week of per arbeidsleven, zo nodig restricties aan vakbonden, werkende armen, werkende mensen die geen arts meer kunnen betalen, gettovorming, agressieve buitenlandpolitiek en het uitkleden van de publieke sector. Om deze pil te verzachten wordt die verpakt in sociaal verguldsel. Dat heet 'flexicurity': een 'sociaal vangnet' op Europees niveau om de werkers en hun belangenorganisaties te verleiden akkoord gaan met afbraak van nationale arbeidswetten teneinde maximale flexibiliteit bij het inzetten van arbeid in de productie mogelijk te maken: aanwerven en afdanken wanneer de ondernemer dat uitkomt. Dán kan de VS economisch worden voorbijgestreefd.
Maar hier trappen de werkende mensen van Europa niet in! Voor de 8-urigewerkdag, 38-urige werkweek, gezondheidszorg, betaalbaar goed onderwijs en goede betaalbare woningen is keihard gevochten. Langzaam groeit het inzicht dat er voor afbraak van deze verworvenheden niets anders terugkomt dan de leuze van de 'slopende hervormers': Ieder voor zich en God voor ons allen. Daarom groeit het verzet:
Uit jaarlijkse regeringsrapportages aan de EU over de voortgang in de uitvoering van de Lissabon-agenda blijkt dat de afbraak in 2010 niet zal worden gehaald. In reactie daarop gaf 'Brussel' orders ('richtsnoeren') om het tempo van afbraak te verhogen! Het wordt nu tijd om te zorgen dat de agenda helemaal van tafel gaat en dat alle openbare instellingen en voorzieningenweer in gemeenschapshanden worden gebracht. De vakbeweging moet hierin een belangrijke rol claimen. Niet alleen in Nederland, maar in heel Europa! De Europese vakbeweging moet een strijdorganisatie en geen verlengstuk van de EU-bureaucratie zijn.
Het Openbaar Vervoer is een alarmerend voorbeeld, hoe uit publieke dienstverlening geld is te persen. Onder het mom van concurrentie, die de dienstverlening en kwaliteit van het OV ten goede zou komen, moeten OV-bedrijven hun 'concessies' met openbare aanbestedingen veiligstellen. Het gevolg is: geen betere dienstverlening maar wel grote onzekerheid bij de werkers. Als het bedrijf waarbij ze werken de concessie niet krijgt worden ze - als het meezit - "als slaven met de concessie meeverkocht". Maar wel met nieuwe contracten, nieuwe arbeidsvoorwaarden en nieuwe lonen. Maar nieuw is in dit geval niet beter, eerder slechter. De concurrentie ligt op de loer en de nieuwe zetbazen en aandeelhouders eisen hun deel.
Gelukkig wel! Maar van de stemcomputer moeten we het niet hebben. Vrijwel alle partijen zijn in principe voor marktwerking. Sommige willen het langzamer of 'socialer' invoeren, sommige willen niet méér privatiseringen. Er doet geen enkele partij mee die echt tegen marktwerking is.
De goed georganiseerde havenarbeiders uit heel Europa hebben tot twee keer toe al de neoliberale dictaten uit Den Haag en Brussel naar de prullenbak verwezen. Maar ook zij zullen het op den duur alleen niet redden. Zij hebben steun nodig uit andere sectoren. Het Openbaar Vervoer zou zich bij hun strijd tegen afbraak van sociale rechten en voor de ontwikkeling van vakmanschap en beroepsethiek kunnen aansluiten. Want de strijd van de dokwerkers gaat niet alleen om het verlies van hun baan, maar ook om vakmanschap en veiligheid op de werkplek.
De zogenaamde 'reizigersorganisatie' Rover is woest over de staking van 15 november. Daarmee laat ze duidelijk zien aan wiens kant ze echt staat: niet aan die van de reizigers in ieder geval. De werkers van het stad- en streekvervoer staken bijvoorbeeld tegen de alsmaar toenemende werkdruk. Welke reiziger wil nu een gestresste buschauffeur? Het schrappen van buslijnen, de stijgende prijzen, het zijn allemaal zaken die samenhangen met de verslechterende arbeidsvoorwaarden, want winst maken is tegenwoordig belangrijker dan mensen. Waar denkt Rover dan eigenlijk aan? De mens of de winst?
Ook het CNV laat zien van welke politieke partij ze het meest houden. Over marktwerking zeggen ze: "Een groot deel van onze achterban is ook niet blij met marktwerking. De vraag is hoe je het in Nederland naar ieders tevredenheid invoert". Dat er ook nog een andere keuze is, wordt er niet bij gezegd.
Maar dat alternatief is er wel: niet privatiseren. En dat kunnen we alleen samen afdwingen, door als personeel te strijden tegen de marktwerkingen als publiek het te steunen in zijn eisen en niet mee te gaan in de walgelijke spelletjes van Rover.