Breng democratie naar Cuba:

chocolade en extraatjes


Cubaanse jeugd heeft geen behoefte aan valse informatie.  


 

W.T.Whitney Jr.

Tussen 1996 en 2005 deelde de regering van de VS 75 miljoen dollar uit om Washington's idee van democratie naar Cuba te exporteren. Omdat de Cubaanse wetgeving optreedt tegen burgers die geld aannemen van vijandige buitenlandse machten, moeten de fondsen - verleend krachtens de Helms Burton Wet uit 1996 - uitgegeven worden aan deze kant van de Straat van Florida.

Donaties zijn gegaan naar politieke organisaties, ngo's en universiteiten om oppositiegroepen op Cuba te steunen, voor informatie en 'humanitaire hulp', en voor training van bibliothecarissen en journalisten. Fondsen waren beschikbaar voor jonge Cubanen om in de VS te studeren.

Congresleden William Delahunt (Democraat/Massachusetts) en Jeff Flake (Republikein/Arizona) die kritisch staan ten opzichte van de Bush' beperkingen jegens Cuba, hebben echter de Rekenkamer (General Accounting Office - GAO) gevraagd om eens te kijken naar projecten, door sommige supporters van Cuba in Zuid-Florida voorgesteld als 'huisnijverheid'. Een 63 pagina's tellend rapport van 16 november jl. wijst op niet noemenswaardige resultaten, verspild geld of erger.

De 'US Agency for International Development' (USAID) verleende in negen jaar tijd 17 subsidies, totaal 37,3 miljoen dollar, aan 12 op Cuba gerichte ngo's; subsidies ter waarde van 20,5 miljoen dollar aan 12 regionale ngo's en 7,6 miljoen dollar aan zeven universiteiten. Op eigen initiatief verlengde USAID 28 van de 40 subsidies, vermeerderde de oorspronkelijke bedragen met gemiddeld 800 procent en stelde de datum van beëindiging uit. Het is veelzeggend dat 95 procent, in totaal 61,9 miljoen dollar, van de subsidies is uitgegeven zonder mededinging.

Het ministerie van Buitenlandse Zaken paste wél mededinging toe bij het verdelen van 8,1 miljoen dollar aan vier organisaties. Subsidies verstrekt door de 'National Endowment for Democracy' waren onbeperkt volgens het GAO vanwege het beweerde privékarakter van deze instelling.

Het rapport onthulde dat staf en subsidieverstrekkers profiteerden van extra beloningen, royale vergoedingen voor reizen en bijeenkomsten en van de verkoop van voor Cuba bestemde goederen. Voorstellen van de regering Bush om 80 miljoen dollar, gedurende twee jaar, uit te trekken voor het 'Assistance to a free Cuba'-plan, maken dat verder onderzoek urgent is.

De afgevaardigde Delahunt, binnenkort hoofd van het subcomité 'International Relations Investigation' van het lagerhuis beloofde de conclusies van de GAO te gebruiken als startpunt voor snelle parlementaire hoorzittingen. Volgens William Leo Grande, professor aan de Amerikaanse Staatsuniversiteit, "is het door het Congres toegekende geld [voor politieke verandering op Cuba] doorgaans meer besteed in de VS dan op Cuba en heeft in werkelijkheid meer weg van politieke bevoogding dan van iets anders".

USAID bijvoorbeeld kende de Florida Universiteit van Miami 1,6 miljoen dollar toe gedurende zeven jaar om journalisten te trainen. Zo'n 214 Cubaanse studenten begonnen schriftelijke opleidingen of video workshops, maar slechts vier maakten een cursus af volgens Oscar Corral van de Miami Herald. De Georgetown Universiteit kreeg 400.000 dollar en verwachtte nog 400.000 dollar om 20 studenten uit Cuba aan te nemen. In drie jaar tijd schreef slechts één student zich in, met jaarlijkse kosten van 112.000dollar.

De Loyola Universiteit in Chicago ontving 425.000 dollar van USAID in 2004 om Cubanen Engels te leren; er kwam geen student op af. In 2005 gaf USAID de Creighton Universiteit 750.000 dollar om een juridisch model te ontwerpen voor eigendomsclaims op het Cuba van na de revolutie. Naar verluidt weten hoogleraren rechtskunde aan de Nebraska Universiteit weinig van eigendomsregelingen op Cuba, maar Alfonso Franco, directeur van het USAID Latijns-Amerika-programma, studeerde af in Creighton.

Florida's 'groep voor ondersteuning van democratie' besteedde een deel van zijn 1,7 miljoen dollar vrijgevig aan computerspelletjes om uit te delen op Cuba door personeel van de VS-belangensector. Uitvoerend chef Frank Hernández-Trujillo: "Dat zal ik verdedigen tot mijn dood. Het is een deel van mijn taak om het volk van Cuba te tonen wat zij kan bereiken als ze maar niet onder dat systeem zou leven."

'Cuban Democratic Action' in Miami zond mountain bikes, leren jassen, cashmir vesten, kreeft en Godiga-chocolade naar Cuba. Juan Carlos Acosta, de chef van die groep: "Die mensen lijden honger, zij krijgen daar nooit chocolade." Hij kocht een kettingzaag van belastinggeld om een overhellende boom voor zijn kantoor weg te halen. Toen afgevaardigde Flake opmerkte dat overheidsgeld wordt gebruikt om aan reizigers die naar Cuba gaan 20 dollar te betalen om materiaal mee te nemen, vertelde hij verslaggevers dat het goedkoper zou zijn de reisbeperkingen af te schaffen.

Delahunt zei op een persconferentie: "Wij zijn bezorgd over de efficiëntie van het programma." Hij gaf zich veel moeite om de zogenaamde repressie op Cuba te veroordelen en nam de 'uitdaging' aan om literatuur en onderwijsmiddelen naar het eiland te brengen.

Bron: PEOPLE'S WEEKLY WORLD (http://www.pww.org/article/view/10361/), 23 december 2006, vertaling Thomas Janssen.