Geachte aanwezigen, vrienden, kameraden
In droefheid zijn wij hier bijeen om de laatste eer te bewijzen aan en afscheid te nemen van Mardianus, of Anton, zoals wij als intieme vrienden hem kennen. Op 86-jarige leeftijd is Mardianus/Anton van ons heen gegaan. Zijn levensweg was er één vol kronkelingen en ontberingen.
Bung Anton is geboren in een gezin van eenvoudige komaf. Zijn vader veranderde vaak van werk, zodat Anton ook vaak mee moest verhuizen, van Java naar Sumatra, en dan weer terug naar Java. Na de lagere en middelbare school te hebben bezocht volgde hij een opleiding voor onderwijzer. Hij gaf les op een school van de Perguruan Rakyat (School voor het Volk). Door de omgeving waarin hij opgroeide voelde Anton zich van jongs af aan betrokken bij het lot van de kleine man.
Anton sloot zich aan bij de Indonesische Nationale Padvinderij (KBI) en werd lid van Indonesia Muda (Jong Indonesia). Via deze organisaties ontwikkelde zich zijn nationaal zelfbewustzijn en liefde voor zijn vaderland. In zijn jeugd bevond Anton zich al in de kringen van de nationale beweging, zoals GERINDO (Partij van de Indonesische Volksbeweging), PARINDRA (Indonesia Raya Partai), GAPI (Alliantie van Indonesische Politieke Partijen) e.a. Hij hoorde van hen uiteenzettingen over het Nederlandse kolonialisme en de idealen voor een vrij Indonesia. Hij volgde hun analyses over de dreiging van de Japanse invasie, dat uiteindelijk het Japanse fascisme verslagen zou worden en een opening kon worden geschapen voor het bereiken van de Indonesische vrijheid.
De Japanse bezetting van Indonesia in 1942 betekende het einde van het Nederlandse kolonialisme en vervanging door een tiranniek en wreed regime van het Japanse militarisme. De Japannners probeerden Indonesische nationale leiders, zoals Sukarno en Hatta, die voordien door de Nederlandse koloniale regering waren gevangengezet, te gebruiken om de Japanse oorlogsbelangen te dienen. Maar deze leiders gebruikten alle middelen om de Indonesische bevolking te mobiliseren voor de strijd voor onafhankelijkheid. De Indonesische jeugd, waaronder Anton, werd hierdoor sterk beïnvloed.
Tegen het einde van de Japanse bezetting sloot Anton zich aan bij de organisatie Gerakan Pemuda Indonesia Baru (Jeugdbeweging voor een Nieuw Indonesië). Deze beweging versterkte het streven voor nationale onafhankelijkheid. Na het uitroepen van de Indonesische Onafhankelijkheid op 17 augustus 1945 nam de jonge Anton onmiddellijk deel in verschillende massa-organisaties, zoals jeugd- en arbeidersorganisaties. Als lid van een jeugddelegatie die op weg was om van Yogyakarta naar Sumatra terug te keren, werd Anton door Nederlandse troepen gearresteerd en gemarteld. Uiteindelijk werd hij vrijgelaten.
In december 1949, als gevolg van de Ronde Tafel Overeenkomst, erkende de Nederlandse regering de soevereiniteit van Indonesia en kwam de vrijheidsoorlog van 1945-1949 tot een einde. In de daaropvolgende periode van opbouw nam Anton actief deel via organisaties zoals vakbonden, en was ook actief in sociale, politieke en economische werkzaamheden. Anton werd lid van verschillende instanties van volksvertegenwoordiging.
Drastische veranderingan in de binnenlandse situatie noopten hem [na de coup van Suharto, nvdr] in het buitenland te verblijven. Maar hoewel ver van land en volk, voelde hij zich steeds met hen verbonden. Op verschillende manieren probeerde hij bij te dragen aan de strijd voor rechtvaardigheiden vrijheid voor het volk. Hij werkte voor de internationale solidariteit van de werkende volkeren.
Tijdens zijn laatste levensjaren leed Anton aan verschillende chronische ziekten, die hem fysiek en geestelijk verzwakten. Hij moest een langdurige en intensieve behandeling en verpleging ondergaan. Uiteindelijk mocht alles niet baten en op 8 januari 2007 blies Anton zijn laatste adem uit.
Anton's levensweg was de weg van een jeugdige bezield met de idealen van nationale onafhankelijkheid tot een strijder voor rechtvaardigheid en vrijheid voor het volk. Hij speelde een actieve rol in de strijd voor het bereiken en vestigen van de onafhankelijke Republiek Indonesia, hij werkte actief voor de ontwikkeling van zijn vaderland in economisch, politiek en sociaal opzicht en heeft daarvoor veel offers gebracht.
Zijn heengaan is een groot verlies voor zijn echtgenote, kinderen en de hele familie.
Het is ook een groot verlies voor ons allen, zijn vrienden en kameraden. Wij hebben in hem een trouwe en standvastige strijdmakker verloren, rijk in levens- en strijdervaringan.
Rust nu in vrede Anton Mardianus. Je zal altijd in onze gedachten blijven!
17 januari 2007, Cipto.