Redactie buitenland
De Venezolaanse president Hugo Chávez beëdigde op maandag 8 januari nieuwe leden van zijn kabinet met een agenda, gericht op het versterken van het 'socialisme van de 21ste eeuw'. Officieel gaan de aanpassingen in op woensdag 10 januari en gaat het om een voortzetting van een geïntegreerde regeringspolitiek.
Na zijn verkiezingsoverwinning op 3 december 2006 kondigde hij veranderingen aan in de samenstelling van zijn kabinet om de uitdagingen van een nieuwe periode in Venezuela het hoofd te kunnen bieden. De president hervormt het kabinet om veranderingen te kunnen doorvoeren die hij ziet als noodzakelijke aanpassingen, zonder dat hij vraagtekens zet bij het reeds uitgevoerde werk. De reeds benoemde ministers werken samen met de verantwoordelijken in de verschillende sectoren om zich op de hoogte te stellen van de situatie bij de lopende projecten en om strategieën te ontwikkelen.
Tijdens de beëdiging van de nieuwe regering maande de president de ministers niet achterover te gaan zitten gedurende de opbouw van de Venezolaanse weg naar socialisme. In het Teresa Carreno Theater in Caracas deed Chávez een beroep op zijn regering om door te werken totdat de bevolking totaal verlost is van onderontwikkeling, afhankelijkheid en achterstelling. De plechtige eed omvatte de betrokkenheid van de 27 ministers om zich te concentreren op het bereiken van het sociale welzijn voor de Venezolaanse natie en op het vervullen - en het stimuleren daarvan - van de Grondwet en andere wetten. Chávez, wiens officiële inhuldiging op 10 januari plaatsvindt, had het besluit aangekondigd om de regering (Uitvoerende Macht) te vernieuwen voor de volgende fase, waarin begonnen zal worden met de opbouw van het socialisme in het land.
In naam van de afgetreden ministers verzekerde voormalig vice-president, José Vincente Rangel, nu vervangen door de psycholoog Jorge Rodriguez, dat degenen die de regering hebben verlaten zullen doorgaan met hun steun aan het revolutionaire proces, dat geleid wordt door Chávez. Rodriguez bevestigde het anti-imperialistische karakter van de nieuwe Venezolaanse regering, overeenkomstig het besluit van het volk om geen buitenlandse inmenging meer toe te laten.
Behalve de veranderingen kondigde het staatshoofd de vorming aan van drie nieuwe ministeries: Sport, Telecommunicatie en Inheemse Volkeren, waarvoor hij respectievelijk benoemde: Eduardo Alvarez, Jesse Chacon en Nisia Maldonado. De nieuw benoemde ministers zijn: Pedro Carreno (Binnenlandse Zaken en Justitie); Rodrigo Cabezas (Financiën); Erick Rodriguez (Gezondheidszorg); David Velasquez [lid PCV, nvdr] (Volksparticipatie); Hugo Cabezas (Presidentieel voorlichter) en Adan Chávez [broer van Hugo Chávez, nvdr] (Onderwijs). Eveneens werden nieuw aangesteld Hector Navarro (Wetenschap en Technologie); Yubiri Ortega (Milieu en Nationale Rijkdommen); Jose Ramon Rivera (Arbeid); Olga Azuaje (Toerisme) en Luis Acuna (Hoger onderwijs).
Ondertussen werden herbenoemd: Rafaël Ramirez (Energie en Olie); Jorge Giordani (Planning en Ontwikkeling): Nicolas Maduro (Buitenlandse Betrekkingen); Raul Baduel (Defensie); Francisco Sesto (Cultuur) en Ramon Carrizalez (Huisvesting en Woonomgeving). Eveneens herbenoemdd werden: Pedro Morejon (Volkseconomie); Erika Farias (Voedsel); Elias Jaua (Landgebruik en Landbouw); Jose David Cabello (Infrastructuur); Maria Cristina Iglesias(Lichte Industrie); Jose Khan (Zware Industrie en Mijnbouw) en William Lara (Communicatie en Informatie).
Bron: Prensa Latina, CARACAS, 8-1-2007, vert. Thomas Janssen.