Humberto Márquez
Nadat telecom en elektriciteitsbedrijven overgingen in staatshanden, dreigt de Venezolaanse president Hugo Chávez nu ook met nationalisering van banken, staalbedrijven, klinieken en zelfs pluimveehouderijen. "Er zijn mensen die proberen een voedselcrisis te creëren", zei de president onlangs in antwoord op kritiek over het gebrek aan producten op de markt. "Als pluimveehouders en veeboeren weigeren dieren af te staan voor de slacht, dan nemen we koeien in beslag. Dat kan binnen de wettelijke regels."
De tekorten zijn al een probleem sinds Chávez in 2003 de controle op de prijzen van producten aanscherpte. Die controle was bedoeld om de hoge inflatie te bestrijden en de prijzen laag te houden voor de armen.
In zijn bijna dagelijkse toespraken waarschuwde Chávez dat hij segmenten uit de voedselketen zal nationaliseren als dat nodig is om bevoorrading te garanderen tegen de officieel vastgestelde prijzen. De bedrijven zouden dan later worden overgedragen aan coöperaties of collectieven.
De regering kondigde onlangs aan de prijzen van diensten in particuliere klinieken ook te willen reguleren. Die klinieken bedienen ongeveer 20 pro-cent van de 27 miljoen Venezolanen. "Als ze de prijsregulering niet accepteren, dan worden ze genationaliseerd", waarschuwde de president. Dat dreigement werd mede ingegeven door de hoge premies van ziektekostenverzekeringen die de staat afsluit voor werknemers bij overheidsbedrijven. Ook de banksector moet eraan geloven. Die moet "prioriteit geven aan voordelige financiering van de industriesector in Venezuela", zei Chávez.
Nadat de president in januari aan een nieuwe termijn van zes jaar begon, volgde een golf van nationalisering. Dat begon met het telefoonbedrijf CANTV, dat in 1991 geprivatiseerd werd. Het Amerikaanse Verizon Communications was de grootste aandeelhouder in het bedrijf. Jesse Chacón, minister van Telecommunicatie, zei afgelopen week dat de staat 1,3 miljard dollar heeft betaald om 86,2 procent van de aandelen in CANTV te krijgen. De staat heeft inmiddels ook 82,1 procent van de aandelen in het grootste private elektriciteitsbedrijf, Electricidad de Caracas. Chávez wil dat de elektriciteitsindustrie volledig in handen van een nationaal elektriciteitsbedrijf komt.
Het staatsbedrijf Petróleos de Venezuela (PDVSA) kreeg op 1 mei de controle over de Orinoco olievelden. Dat betekent dat de overheid nu een groot deel van de industrie in handen heeft, hoewel buitenlandse bedrijven zoals Exxon Mobil, ConocoPhillips, Chevron, Total, Statoil en BP nog steeds een aandeel houden. PDVSA heeft een minderheidsaandeel in de joint ventures, maar onderhandelt momenteel over een aandeel van 60 procent. "Als de buitenlandse bedrijven dat niet willen, dan kunnen ze vertrekken", zei minister van Energie Rafael Ramírez. (IPS, 13-5-2007)