Anna Ioannatou
Er zijn momenten waarop heel duidelijk wordt waar iemand staat voor diegenen die nog twijfels mochten hebben. In de eerste helft van juni jl. bijvoorbeeld werd door de VS-ambassade te Athene het feit gevierd dat 60 jaar geleden het Marshall-plan van start ging. Aan het Marshall-plan ging de Truman-doctrine vooraf, dus het besluit van de VS op 12 maart 1947 zich met Griekenland en Turkije te bemoeien. Wat was de betekenis ervan?
Het Marshall-plan voor de zogeheten financiƫle steun aan Europa na de Tweede Wereldoorlog, dat 16 Europese landen betrof (waaronder ook Nederland, red. M.), werd op 5 juni 1947 voorgelegd door George Marshall, minister van Buitenlandse Zaken van de VS. Het plan, dat eruit zag als hulp, was er echter op gericht de VS te helpen Europa economisch binnen te dringen en tevens elke invloed van de socialistische landen op de Europese volkeren tegen te gaan, elke ontwikkeling af te stoten die een bedreiging voor het kapitalisme zou kunnen vormen.
Ieder land verplichtte zich te werken aan de opbouw van vrije ondernemingen, Amerikaanse investeringen aan te moedigen, douaneheffingen te verminderen, handelswaar aan de VS te leveren, speciaal kapitaal onder controle van de VS te creƫren en balansen te presenteren.
Alle voorstellen die de Sovjet-Unie deed inzake het plan werden verworpen. De economische steun aan de West-Europese landen maakte die sterker en zorgde tevens voor de verstrengeling van hun kapitaal met dat van de VS. De landen van Oost-Europa daarentegen, waar veruit de meeste verwoestingen waren aangericht door de nazistische horden en de bombardementen van de Geallieerden en die dus de meeste steun nodig hadden, kwamen zo nog zwakker te staan t.o.v. de West-Europese landen, hetgeen uiteraard ook niet best voor hun stabiliteit was.
Griekenland viel onder de speciaal 'begunstigde' landen vanwege zijn geostrategische ligging en er was uiteraard veel te doen. Want in het land was met de gewapende strijd van de bevolking een enorme bevrijdingsbeweging opgebouwd (EAM, Nationaal Bevrijdingsfront) op initiatief van de Communistische Partij, die met zo'n 80 procent van de bevolking een volksdemocratie wenste.
Het Griekse establishment kon het onmogelijk alleen af, zelfs niet met de hulp van bondgenoot Engeland. De VS volgden in deze rol de Engelse imperialisten op met als doel de Griekse bourgeoisie op de been te houden en de revolutionaire strijd van de bevolking (in de vorm van het Democratische Leger in die jaren van Burgeroorlog, 1947-49) te treffen.
Het regeringsleger werd door de VS bewapend en toen generaal Van Fleet op 24 februari 1948 in Athene arriveerde voor een nieuwe campagne tegen het democratische volksleger sprak de toenmalige minister van Defensie de historische woorden: "Hier is uw leger!" (bij een parade van de Griekse strijdkrachten in aanwezigheid van de Amerikaanse generaal). Waarmee hij het 'patriottisme' van de Griekse heersende klasse treffend demonstreerde!
De Griekse bourgeoisie is natuurlijk niet de enige in de geschiedenis geweest die niet aarzelde het land aan een buitenlands establishment uit te leveren, als de macht van het volk moet worden tegengehouden en men hetzelf niet meer aankan, doordat het volk, massaal georganiseerd, zijn historische rechten opeist. Dat dat niet zelden moord op eigen volk betekent weerhoudt haar niet. Ook de huidige Griekse bourgeoisie kent haar geschiedenis en beseft zeer goed wie haar weldoeners zijn. Dit mag blijken uit de woorden van Kostas Mitsotakis, erevoorzitter van de regerende Nea Dimokratia (zijn dochter is nu minister van Buitenlandse Zaken) op bovengenoemde viering van het Marshall-plan. Hij bedankte de VS, omdat die geholpen hadden "de communisten niet de burgeroorlog te laten winnen..."