Sergey Skvortsov (*)
Op 2 december jl. vonden in Rusland de verkiezingen plaats voor de Staatsdoema, het Russische parlement. Een aantal maanden geleden heb ik al beschreven hoe 'democratisch' deze zogenaamde 'verkiezingen' zouden verlopen. De werkelijkheid overtrof echter alle verwachtingen. De presidentsverkiezing op 2 maart 2008 wordt een schijnvertoning.
Daarbij gaat het niet zozeer om de concrete verkiezingsresultaten, die voor niemand echt verrassend zullen zijn geweest: Verenigd Rusland (UR) heeft 'gewonnen' en vier partijen haalden de kiesdrempel voor de Doema, zoals wij vanaf het begin hebben voorspeld. De werkelijke verkiezingsuitslagen verschillen wel enigszins van onze voorspellingen van september 2007, maar niet substantieel.
De uiteindelijke verkiezingsresultaten zijn mede het gevolg van een vernieuwd 'plan' van de lokale autoriteiten om stemmen te winnen voor Verenigd Rusland. Een plan dat ontstond nadat Poetin ging deelnemen aan de verkiezingscampagne (voor de UR) en na de berichten dat de verkiezingen een soort 'referendum' zouden worden over hoeveel steun Poetin heeft in Rusland.
Vijftig procent van de stemmen zou niet meer genoeg zijn, het was nodig om 65 procent van de stemmen te krijgen, want Poetin stond in de opiniepeilingen al op 70 procent! Voor de uitvoering van dit vernieuwde 'plan' was het nodig om nog meer vervalste stembiljetten in de stembussen te gooien, waardoor de stemmen voor andere partijen verloren gingen in het toegenomen volume van het totaal aantal stemmen en het percentage stemmen voor die partijen daarmee nog lager werd, (die extra stembiljetten zijn overigens tevens de oorzaak voor de ogenschijnlijk 'hoge' verkiezingsopkomst).
Toen ik schreef dat de werkelijkheid alle verwachtingen overtrof doelde ik op iets anders, namelijk het gedrag van de autoriteiten. Deze laatste verkiezingscampagne was misschien wel de smerigste in de hele geschiedenis van het 'nieuwe Rusland'. Zoals ik al herhaaldelijk heb benadrukt is het volgens de Russische verkiezingswetgeving absoluut verboden dat kandidaten in de Doema worden gekozen die niet onder controle van de autoriteiten staan. Maar zelfs dat bleek men niet voldoende te vinden! Lijsten met kandidaten werden eerst ter goedkeuring voorgelegd aan de regering in het Kremlin en vervolgens voorgelegd aan Poetin, die persoonlijk 'ongewenste elementen' van de kandidatenlijst verwijderde.
Natuurlijk was er geen sprake van gelijke kansen voor alle partijen bij het voeren van hun verkiezingscampagne, op alle mogelijke manieren kwam je overal 'Verenigd Rusland' tegen. Van de liberale Unie van Rechtse Krachten namen de autoriteiten zelfs al hun propagandamateriaal in beslag, zonder enige verklaring daarvoor te geven (behalve dat de autoriteiten gedurende de daaropvolgende dagen suggereerden dat de liberalen op een of andere incorrecte wijze voor dat materiaal hadden betaald).
De autoriteiten blokkeerden een aantal internetsites waarop oppositie werd gepropageerd en sites van vele activisten (de schrijver van dit artikel werd ook de toegang tot mobiele communicatie en internet onmogelijk gemaakt). En in de stad Orel werd een jurist gearresteerd voor... diefstal van een mobiele telefoon. Het is duidelijk dat de autoriteiten hem lastig vonden, omdat hij probeerde te onderzoeken of de verkiezingscommissies bij hun activiteiten gebruikmaakten van geweld. Tijdens een verkiezingsbijeenkomst in Moskou van de Communistische Partij van de Russische Federatie (CPRF), in de wijk Bibirevo, was zelfs sprake van een gewelddadige aanval door een aantal schurken.
Tenslotte werd, voor alle zekerheid, het tellen van de stemmen door de Centrale Verkiezingscommissie toevertrouwd aan een onwettige 'werkgroep', die volledig bestond uit leden van de UR.
Tijdens de verkiezingen hebben zich diverse overtredingen van de kieswet voorgedaan. Het hoofdbureau van de CPRF heeft meer dan 10.000 van dergelijke overtredingen geteld, alleen bij de stembureaus waar vertegenwoordigers van de CPRF aanwezig waren, en op de meerderheid van de stembureaus waren zij niet aanwezig. Bij verschillende bureaus werden zij simpelweg door de autoriteiten niet toegelaten en werd ook aan vele journalisten de toegang geweigerd.
Het is zeer waarschijnlijk dat de autoriteiten een groot deel van de stemmen voor de Unie van Rechtse Krachten hebben afgeroomd en, absoluut zeker, van de stemmen voor alle kleine partijen. Alleen als een partij meer dan 7 procent van de stemmen krijgt kan de betreffende partij vertegenwoordigers naar de Doema afvaardigen. Het is zeer verdacht dat een belangrijk deel van de partijen die deze drempel nu niet hebben gehaald bij de vorige verkiezingen samen goed waren voor 30 procent van de stemmen en nu schijnbaar slechts voor 9 procent.
De 'correctie' van de verkiezingsuitslagen heeft voor een groot deel op de stembureaus plaatsgevonden. Eén van de belangrijkste methoden was het 'stemmen' voor afwezige personen. Een aantal dagen voorafgaand aan de verkiezingen werd via informatie op internet bekend dat er overal lijsten waren gemaakt met namen van ongeveer 10 tot 15 procent van de kiezers die nooit gaan stemmen (dit percentage vormt ongeveer 20 tot 25 procent van het aantal kiezers dat uiteindelijk wel is gaan stemmen). Leden van verkiezingscommissies konden stembiljetten krijgen en in de plaats van deze niet-stemmers een stem uitbrengen bij de stembureaus (het is onderhand wel duidelijk voor welke partij).
Het ontdekken van dergelijke onregelmatigheden is niet eenvoudig, zelfs in aanwezigheid van observatoren van andere partijen op een stembureau (en op de overgrote meerderheid van stembureaus waren alleen observatoren van de UR aanwezig). Een observator kan nou eenmaal niet tien uur lang onafgebroken naar een stembus blijven kijken. Tijdens een tv-programma toonde Viktor Alksnis, parlementslid, openlijk een instructiedocument van de voorzitter van de verkiezingscommissie van de stad Limovsk (regio Moskou), waaruit bleek dat de werkelijke verkiezingsopkomst lager was dan de officiële cijfers suggereerden.
Ook vanuit verschillende andere delen van het land stuurden mensen informatie die dat bevestigt. En opkomstpercentages zoals de 99 procent in de Tsjechische Republiek (waarvan 99 procent voor de UR zou hebben gestemd), een opkomst van 80 procent in Tatarstan (waarvan meer dan 80 procent voor de UR zou hebben gestemd), enzovoort, behoeven geen verder commentaar.
Het merkwaardigste is nog wel dat deze enorme inspanningen slechts tien extra afgevaardigden voor Verenigd Rusland in het parlement hebben opgeleverd, (de CPRF zal een vergelijkbare toename van afgevaardigden in de Doema krijgen). De groepering van de krachten in het Russische parlement is vrijwel ongewijzigd.
Verenigd Rusland heeft wel veel vijanden gemaakt. Zowel rechts als links spreekt over de vervalsing van de verkiezingsuitslagen, zelfs een aantal van de partijen die tot nu toe werden beschouwd als marionetten van het Kremlin, zoals bijvoorbeeld de Patriotten van Rusland. Desgevraagd verklaren burgers op straat dat "de autoriteiten hebben gestemd in plaats van de bevolking". De meerderheid van de Russen gelooft niet in de uitslagen van deze parlementsverkiezingen.
Helaas hebben een aantal van onze buitenlandse vrienden de verkiezingsuitslagen voor waar aangenomen. Onlangs heb ik een artikel gelezen van een Italiaanse communist die schrijft dat de bevolking van Rusland bij de verkiezingen haar steun heeft gegeven aan de patriottische koers van Poetin, zijn strijd tegen het grote geld, etc. Hoe die 'steun' van de bevolking werkelijk in elkaar steekt heb ik al beschreven, maar om illusies met betrekking tot Poetin op te helderen zal ik op een aantal vraagstukken dieper ingaan.
Ja, de retoriek van Poetin is bijna anti-imperialistisch, maar dat wordt ontkracht door de werkelijke gang van zaken. Alleen al in 2007 heeft Rusland onder meer steun gegeven aan sancties van de Verenigde Naties tegen de PDRK [Democratische Volksrepubliek van Korea, nvdr] en de overeenkomst bekrachtigd waarmee NAVO-troepen (!) toestemming hebben gekregen om op Russisch grondgebied te blijven.
Bij nadere analyse van Poetin's breed uitgemeten 'strijd' tegen de stationering van het Amerikaanse antiraket systeem (AMD) in Oost-Europa, lijkt deze strijd meer op een capitulatie. Wat heeft hij de Amerikanen eigenlijk aangeboden? In plaats van in Oost-Europa mogen de Amerikanen hun legerbases plaatsen in Azerbeidzjan (voormalige Sovjet Republiek) en in Rusland (vlakbij Leningrad, bij het nieuwste Russische radarstation). Is misschien daarom de eerder genoemde overeenkomst met betrekking tot de NAVO-troepen die op Russisch grondgebied mogen blijven zo haastig bekrachtigd? Een zeer vreemde strategie voor de anti-imperialistische strijd: als de vijand naar de buren wil gaan, laten we ze dan toelaten in ons eigen huis! Als de Amerikanen op dit aanbod van Poetin ingaan dan zullen zij voor het eerst in de geschiedenis hun troepen stationeren op Russisch grondgebied, en op volstrekt legale basis.
Het is ook noodzakelijk hier iets te zeggen over de 'versterking van de militaire macht van Rusland', waarin veel mensen buiten Rusland geloven. Helaas, elk jaar krijgt het Russische leger nog steeds tien nieuwe raketten, twee nieuwe vliegtuigen en tien tanks. Als dit wordt bedoeld met 'de versterking van militaire macht' dan is Poetin een echte democraat.
Wat betreft de 'strijd tegen het grote geld': dit klinkt gewoonweg ridicuul, als we het persoonlijke fortuin van Poetin in beschouwing nemen. In de Russische massamedia zijn schattingen te vinden van zijn vermogen, variërend van 40 tot 70 miljard dollar. Let op: niet miljoenen maar miljarden! Het blijkt dat Poetin één van de rijkste mensen ter wereld is, tien keer rijker dan de beruchte Khodorkovsky. Is het aannemelijk dat hij de strijd met zichzelf zal aangaan?
De verhoudingen van de krachten in het parlement zijn dus niet gewijzigd door de verkiezingen. Maar is misschien wel het politieke resultaat van de verkiezingen dat Poetin zijn status van 'nationale leider' heeft bekrachtigd, waarmee hij het recht zou krijgen om zijn macht te behouden? Nee, het is slechts klatergoud. Meneer Poetin is niet de nationale leider, en zal deze ook nooit worden, in de zin dat de meerderheid van de bevolking hem onvoorwaardelijk zou vertrouwen. De werkelijke steun voor Poetin onder de bevolking komt niet boven de 30 procent uit, zoals vorig jaar was te lezen in de publicaties van de toonaangevende sociologische centra (daarna kwamen de sociologen massaal tot 'inzicht' en zou de steun voor Poetin onverwacht torenhoog stijgen, en kwam hij ineens uit op wel meer dan 200 procent).
Poetin zal ook geen nationale leider worden in de zin dat hij van bovenaf de nieuwe president instructies zal geven. Daarvoor zijn veel redenen, maar de belangrijkste daarvan is dat in Rusland een situatie van twee kapiteins op één schip niet mogelijk is, daarvoor is de presidentiële macht te groot. En wat betreft de variant van 'weggaan om weer terug te keren': de laatste invloedrijke leider in Rusland die zo'n truc heeft uitgehaald was Iwan de Verschrikkelijke. En sindsdien is het geloof in de monarchistische idealen flink beschadigd. Dus het is volkomen irreëel dat een personage gevonden wordt die bereid is, om wat voor reden dan ook, zich eerder dan gepland terug te trekken van de leiderstroon om de weg vrij te maken voor meneer Poetin.
De parlementaire verkiezingen hebben dus niets opgelost. En Poetin moet binnenkort aftreden. Slechts enkele dagen geleden heeft hij, in de beste monarchistische tradities, zijn opvolger benoemd: meneer Medvedev, wat overigens onmiddellijk leidde tot een positieve reactie van de Verenigde Staten. Medvedev heeft direct aangekondigd dat hij Poetin tot premier zal benoemen. Er bestond geen twijfel over dat de opvolger van Poetin uit twee kandidaten gekozen zou worden, Ivanov of Medvedev, maar of Poetin daadwerkelijk zal instemmen met een benoeming tot premier is nog steeds de grote vraag (officieel heeft hij wel al ingestemd). In Rusland kan de premier worden afgezet met één pennenstreek en zonder enige verklaring. Dus de intriges met betrekking tot de toekomstige functie van Poetin blijven nog even voortduren.
Hoe dan ook, het is niet waarschijnlijk dat de politiek van het Kremlin noemenswaardig zal veranderen. Het binnenlandse beleid zal vooral gericht zijn op de bescherming van de belangen van de grote ondernemingen, en in de buitenlandse politiek zal vooral patriottische retoriek klinken en zal de praktijk een prowesterse koers betekenen (en het kan ook niet anders, want de Russische top heeft niet alleen zijn geld op westerse banken staan, maar in veel gevallen leeft ook zijn familie in het Westen).
Maar het allerbelangrijkste gegeven is dat een opvolger van Poetin onmogelijk de belangen van alle in het Kremlin vertegenwoordigde groepen kan bevredigen. Een gevecht om macht en geld is onvermijdelijk, die strijd zal op korte termijn leiden tot grote destabilisatie van de politieke situatie. Het heersende regime heeft zichzelf in zijn huidige vorm al uitgeput. Veranderingen zijn in Rusland onvermijdelijk.
(*) Sergey Skvortsov is eerste (algemeen) secretaris van het Centraal Comité van de CPSU. De CPSU is een overkoepelende partij (die in naam de oude CPSU voortzet). De Communistische Partij van de Russische Federatie (CPRF) is de grootste communistische partij in Rusland. Deze partij is in de Doema vertegenwoordigd. De CPSU verwijt de CPRF opportunistisch te zijn.
Bovenstaande tekst is principieel en rechtlijnig, maar zeer de moeite waard (redactie Manifest).
Vertaling: J. Bernaven.