Redactie buitenland
De oorlog in Irak gaat de Amerikanen in totaal 3 biljoen dollar kosten (een 3 met twaalf nullen). Dat heeft de Amerikaanse econoom en Nobelprijswinnaar Joseph Stiglitz berekend. De oorlog in Irak zal de Amerikanen dit jaar 12 miljard dollar (circa 8 miljard euro) per maand gaan kosten. Dit is drie keer zo veel als de eerste jaren na de Amerikaanse invasie van 2003.
De schrijvers hebben berekend dat in 2017 de oorlogen in Irak en Afghanistan de VS omgerekend in totaal minstens 1,1 tot 1,7 biljoen euro zullen hebben gekost. Bovendien kan daar nog eens 500 miljard euro aan rente bij worden opgeteld. De Amerikaanse krijgshandelingen worden grotendeels gefinancierd met geleend geld.
In hun boek 'The Three Trillion Dollar War: The True Cost of the Iraq Conflict' (De oorlog van drie biljoen dollar: de ware prijs van het conflict in Irak) berekenen Joseph Stiglitz en Harvardprofessor Linda Bilmes de kosten van de Amerikaanse militaire operaties in Irak. Zonder uitgaven op lange termijn (zoals de veteranenzorg) mee te rekenen, is de oorlog in Irak nu al duurder dan die in Vietnam, die twaalf jaar duurde en ruim twee keer zo duur was als de oorlog in Korea.
Stiglitz en Bilmes hebben onder meer medische kosten voor veteranen meegerekend en komen daardoor hoger uit dan calculaties van het Begrotingsbureau van het Congres (CBO).
Na vijf jaar oorlog in Irak zullen de lopende kosten dit jaar uitkomen op ruim 12,5 miljard dollar per maand, tegen 4,4 miljard in 2003. Met de oorlog in Afghanistan erbij komt het maandbedrag uit op 16 miljard, evenveel als het jaarbudget van de VN, aldus Stiglitz en Bilmes.
Een groot deel van dit bedrag wordt door de Amerikaanse bevolking opgehoest. De bevolking betaalt de prijs van deze oorlog. De winst gaat naar een klein aantal grote (gefuseerde) militaire bedrijven, waaronder Northrop Grumman, General Dynamics, Boeing en Lockheed Martin (zie ook www.petercusters.nl). Voor een deel wordt de Amerikaanse economie op deze wijze draaiend gehouden ten koste van overheidsvoorzieningen, gezondheidszorg en het inkomen van de bevolking.