Redactie buitenland (*)
Veel Amerikaanse (en ook Nederlandse nvdr) progressieven steunen de dalai lama en de Tibetaanse oppositie tegen de Volksrepubliek China. Evenals George Bush, Rush Limbaugh, de CIA, en pro-imperialistische regeringswoordvoerders en mediafiguren. De overgrote meerderheid van de bevolkingen in hina en ook die in Tibet kanten zich tegen een door de VS gesteunde afscheidingsbeweging. (deel 3/slot)
In 1989 werd de door de VS gesteunde campagne om de dalai lama te promoveren tot leider van een Tibetaanse regering in ballingschap geïntensiveerd; deze campagne wordt voortgezet tot op de dag van vandaag. In 1989 ontving hij de Nobelprijs voor de Vrede en als opmaat voor de gebeurtenissen die zich nu voltrekken kende George W. Bush hem in 2007 de Gouden Medaille van het Congres toe, ondanks protesten vanuit China.
De dalai lama beweert de dialoog met China te zoeken en uit te zijn op discussie en autonomie, maar dit zou alleen maar een eerste stap betekenen naar uiteindelijk een totale breuk met China. De Tibetaanse contrarevolutionairen maken niet alleen aanspraak op het grondgebied van de Tibetaanse Autonome Regio (1.200.000 km²) maar ook op een groot gedeelte van de omringende provincies waardoor het grondgebied van de TAR uitgebreid zou worden tot bijna 4 miljoen vierkante kilometer. Nieuwe groeperingen binnen de Tibetaanse rechtse oppositiebeweging zoals het Tibetaanse Jeugdcongres eisen een onmiddellijke afscheiding van China terwijl de dalai lama volhoudt alleen naar autonomie te streven. Dit zijn echter maar kleine tactische meningsverschillen in de contrarevolutionaire campagne die internationaal gefinancierd en gecoördineerd wordt. Deze aanpak, de financiering en de staatsgreepachtige mobilisaties hebben veel weg van andere Amerikaanse samenzweringen om regeringen omver te werpen. De recente onlusten in Tibet roepen herinneringen op aan 'revoluties' die plaatsvonden in voormalige socialistische landen zoals Joegoslavië (2000), Georgië (2003), Oekraïne (2004) en Kirgizië (2005) die allemaal de handtekening van de CIA dragen. De aanvallen op zeventien Chinese ambassades, consulaten en op de Olympische ceremonie in Griekenland duiden op een geconcentreerde coördinatie en planning op een hoger niveau.
In dit tijdperk is het niet mogelijk om in abstracte bewoordingen over onafhankelijkheid te spreken. Sinds de overwinning van de eerste socialistische revolutie in Rusland in 1917 en de daaropvolgende vorming van een socialistisch blok met inbegrip van China heeft de imperialistische invloed geen enkele staat of nationaliteit toegestaan om neutraal te blijven. Elke nationale strijd houdt tegenwoordig een klassenstrijd in zich besloten. Een van deze klassen is de voormalige heersende klasse van grootgrondbezitters die de droom om hun privileges te heroveren nooit opgegeven hebben. Ze worden gesteund door het Amerikaanse imperialisme waarvan het ultieme doel een breuk met China is.
De andere klasse bestaat uit de overgrote meerderheid van de Tibetanen die, ondanks de tekortkomingen en de vergissingen van de centrale regering, in hoge mate baat heeft gehad bij de Chinese Revolutie die een eind maakte aan het feodalisme, en niet alleen de Tibetanen maar alle bevolkingsgroepen in China.
Na het succes van de Tibetaanse separatisten zou China een vazalstaat worden onder controle van de Verenigde Staten. Washington zou China een harde klap hebben toegebracht en een belangrijke stap hebben gezet naar een complete omverwerping van de Chinese Revolutie. Voor Tibet zou geen 'onafhankelijkheid' volgen maar een terugkeer naar de feodale en neokoloniale onderdanigheid.
Het lijkt moeilijk om in de Verenigde Staten op te boksen tegen de groeiende anti-Chinese campagne. Het mediaoffensief, de desinformatie en de vakkundige propaganda die de belangrijke mediabedrijven uitstorten over het land is bedoeld om China te criminaliseren en geloofwaardigheid en sympathie te kweken voor hen die profiteren van het imperialisme. Des te meer reden voor de progressieven en de tegenstanders van het imperialisme om niet te zwichten onder de druk.
Bush, het Pentagon en de leiding van de Democratische Partij zouden niets liever zien dan dat Amerikaanse studenten 'Free Tibet'-comité's zouden vormen en gingen demonstreren tegen China's fictieve 'culturele genocide' in Tibet, terwijl Washington doorgaat met zijn maar al te echte oorlog en de bezetting van Irak. De dood van een miljoen Irakezen, die kan gelden als een échte genocide. De Chinese bevolking, inclusief die van Tibet wordt niet geholpen door imperialistische sancties, geheime operaties en een militaire interventie.
Het artikel is een verklaring van de Partij voor Socialisme en Bevrijding uit de VS. Vertaling Frans Willems.