Redactie buitenland
Juan Almeida Bosque, wapenbroeder van Fidel Castro en Che Guevara tijdens de Cubaanse revolutie, is 11 september jl. op 82-jarige leeftijd overleden. Almeida zal volgens een verklaring van de Cubaanse regering 'voor altijd voortleven in de harten en herinneringen van zijn landgenoten'.
Hij was een van drie nog in leven zijnde 'Bevelhebbers der revolutie' een eretitel die hij alleen nog deelde met medestrijders Ramiro Valdes en Guillermo Garcia. Almeida werd op 27 februari 1927 geboren in Havana en begon zijn loopbaan op 11-jarige leeftijd als metselaar. Als rechtenstudent raakte hij bevriend met Fidel Castro, een studiegenoot met revolutionaire opvattingen. Almeida sloot zich in 1952 aan bij Castro's strijd tegen dictator Fulgencio Batista. Een jaar later streed Almeida aan de zijde van de toekomstige Cubaanse president, toen die een aanval leidde op de Moncada, een kazerne in het oosten van het land. De aanval mislukte en Almeida, Fidel Castro en diens broer Raul werden gevangengezet op Isla de los Pinos.
De jonge revolutionairen werden in 1955 vrijgelaten. In Mexico vormden ze een guerrillaleger. Ze keerden in december 1956 terug naar Cuba, aan boord van het Amerikaanse jacht 'Granma', en begonnen een offensief vanuit de oostelijke Sierra Maestra. Ook deze operatie werd geen succes. Bij de landing op Cuba werden verreweg de meeste revolutionairen door het Cubaanse leger gedood; de Castro's en Almeida behoorden tot de slechts zestien overlevenden.
Niettemin werd de guerrillastrijd voortgezet, niet in de laatste plaats onder leiding van Almeida, en in 1959 ontvluchtte Batista Havana. Almeida bekleedde verschillende functies in de nieuwe revolutionaire regering, voornamelijk op militair terrein. Onderdeel van Almeida's functie als vooraanstaand lid van de Communistische Partij van Cuba was in latere jaren het ontvangen van ambassadeurs en andere buitenlandse hoogwaardigheidsbekleders.
In 2003 maakte Almeida bekend dat hij het rustiger aan ging doen vanwege hartproblemen. Toch werd hij nog regelmatig in het openbaar gezien. De regering noemde Almeida zaterdag een 'toonbeeld van revolutionaire kracht, stellige overtuigingen, moed, vaderlandsliefde en dienstbaarheid aan het volk'. (Novum/AP)