Redactie binnenland
De argumenten voor handhaving van de huidige AOW-leftijd van de SP, de PVV en Rita Verdonk in de Kamer en van de vakbeweging daarbuiten, zijn niet weerlegd. Er staan talloze ouderen, vrouwen en nieuwkomers noodgedwongen buiten het arbeidsproces en hun positie op de arbeidsmarkt wordt de komende tijd alleen maar zwakker. Van structurele tekorten op de arbeidsmarkt is, mede als gevolg van de crisis, voorlopig geen sprake.
Verhoging van de AOW-leeftijd is al helemaal geen oplossing want het kabinet heeft uiteraard geen enkel idee hoe het voor werknemers én werkgevers aantrekkelijk te maken om 65-plussers in dienst te nemen. Een onmogelijke taak en ook niet echt de bedoeling. Het gaat uiteindelijk om bezuinigingen voor de werkgevers en het kabinet, niet om meer oudere mensen op de arbeidsmarkt te krijgen. Dat blijkt ook uit het feit dat de regering in een ogenblik van eerlijkheid de AOW-verhoging aan het crisispakket van het kabinet verbond. Het saneren van de overheidsfinanciën na 2011 vereist echter een samenhangend pakket met tal van maatregelen, waarover de kiezer de kans moet krijgen zich uit te spreken.
Ook wanneer de Kamermeerderheid voor verhoging van de AOW-leeftijd voet bij stuk houdt, is er alle reden om geen haast te maken. VVD, D66 en GroenLinks, die niet deel uitmaken van de huidige regering, hebben allemaal hun eigen varianten. Maar geen enkele regerings- of oppositiepartij slaagde erin de impasse te doorbreken door met een superieur voorstel te komen. De partijen nemen alvast een voorschot op coalitiebesprekingen na de verkiezingen van 2011. Zowel de VVD, als D66, GroenLinks en de SP verklaarden dat zij bij formatiebesprekingen aan de AOW-voorstellen zullen gaan sleutelen.
Dat kan ook omdat de plannen van het kabinet pas in 2020 in werking treden. Het kabinet zal er bovendien hoogstwaarschijnlijk niet in slagen voor de verkiezingen alle onderdelen van zijn AOW-aanpak in wetgeving vast te leggen. Daarvoor zijn de uitvoeringsproblemen met de kabinetsplannen te groot en is de uitwerking van met name het levenslang leren en het ontdooien van de arbeidsmarkt voor ouderen te vaag. Ook de juridische deugdelijkheid van de plannen is door de Raad van State ter discussie gesteld.
Maar het wordt helemaal niets als de werkgevers en de werknemers niet meewerken. Medewerking van de FNV ligt niet voor de hand. Maar ook de werkgevers die veel te winnen hebben bij een verhoging van de AOW- en pensioenleeftijd, zitten met belangrijke elementen van het AOW-plan in hun maag. De regering heeft dus veel overhoop gehaald, maar de kiezers zien het allemaal nog helemaal niet zitten. Ambtenaren bij de gemeenten, provincies en waterschappen staan klaar voor strijd om hun lonen. Belangrijk wordt om die strijd te verbinden aan de strijd voor het behoud van het pensioen op 65 jaar. Veel zal afhangen van de strijdwil en het mobiliserende vermogen van de toppen van ABVAKABO FNV (AKF) en FNV Bondgenoten.
Ondanks de fors gestegen pensioenpremies en afgeknepen indexeringen vinden de werkgevers, georganiseerd in de werkgeversvereniging AWVN dat dit nog lang niet genoeg is. De suggestie die uitgaat van de minimale verhoging van de indexering dat fondsen weer bijna 'gezond' zijn moet uit de wereld, vinden de werkgevers, maar vooral dat de verwachtingen over de pensioenuitkomsten van het Nederlandse pensioenstelsel te hoog zijn opgelopen. Met andere woorden de pensioenen in Nederland zijn te hoog, volgens de heren werkgevers. De pensioenlat zal, volgens de sociale partner AWVN hoe dan ook lager moeten! Dat zou volgens hun redenering komen door de complexiteit van het stelsel. De mensen kunnen daardoor niet begrijpen dat ze teveel geld innen. Waar en hoe vaak hebben we dit soort redeneringen eerder gehoord? Domme mensen die het allemaal niet snappen, die de financiële consequenties van beslissingen niet goed kunnen overzien.
Maar pensioen is uitgesteld loon en daar moeten werkgevers vanaf blijven. Er is in Nederland sprake van een redelijk pensioenstelsel, daar moeten werkgevers ook vanaf blijven. Het initiatief tot matiging mag en zal daarom niet van de werknemers komen.
Een aanval op de hoogte van het pensioen past in de rij van te verwachten aanvallen van regering en werkgevers op de pensioenleeftijd, op het verder beperken van de WW, op het bevriezen van lonen en beperken van uitkeringen, op het verder uithollen van het ontslagrecht en op de verdere uitholling van het arbeidsrecht. Handen af, mijne heren.
De discussie van het AWVN komt waarschijnlijk net even te laat. Inderdaad is het goede moment net voorbij. De gemiddelde dekkingsgraad bedroeg aan het eind van het derde kwartaal 109 procent, tegen 102 procent een kwartaal eerder. De minimale dekkingsgraad is 105 procent. Op het hoogtepunt van de crisis wisten Donner en Wientjes de plannen tot verhoging van AOW- en pensioenleeftijd door kabinet en parlement te drukken. Maar nu de financiële positie van de pensioenfondsen dit najaar verbeterde, is een pleidooi voor verlaging van de pensioenen bijna lachwekkend.
Het blijft overigens een probleem dat de pensioenen van een snel groeiend aantal mensen zozeer afhangt van aandelenbezit. Pensioenfondsen beleggen gemiddeld 40 procent van hun vermogen in aandelen. Tweederde van de Nederlanders ouder dan 25 jaar vindt dat pensioenfondsen minder risico's moeten nemen met de ingelegde premies. Veel deelnemers wijten de verliezen van pensioenfondsen aan foute beleggingen. Over deze kwestie is in Manifest het laatste woord nog niet gezegd. In het kader van dit artikel gaan we er niet nader op in. We roepen hier slechts op om de strijd tegen de verhoging van AOW- en pensioenleeftijd de komende periode verder op te voeren.