Deze keer in het redactioneel een eindejaarsoverzicht en voorzichtige blik op 2010. We staan aan het begin van een nieuw decennium met grote gevaren, maar ook talloze mogelijkheden. We richten ons aan het begin van een zeer woelig jaar eens helemaal op Nederland. Alhoewel tegenwoordig mondiale en lokale ontwikkelingen zeer sterk op elkaar ingrijpen. Die samenhang proberen we in Manifest ook te tonen. We trachten brandstof te leveren voor klassenstrijd in eigen land in de volle overtuiging dat de oproep van Marx: 'werkers van alle landen verenigt u', noodzakelijker en ook meer mogelijk is dan ooit tevoren. We zullen proberen om die samenhang nog beter vorm te geven.
De Nederlandse economie is in het derde kwartaal met 0,5 procent gegroeid ten opzichte van het voorgaande kwartaal. De export en de uitgaven van de overheid vielen licht hoger uit dan eerder gedacht. Doordat er meerjaren cao's waren afgesloten en meer Nederlanders op de pof zijn gaan leven viel ook de consumptie van de gezinnen nog mee. Hoe heeft 2009 verder uitgepakt voor de economie van het land en de bestaanszekerheid van de bevolking? En wat zijn een aantal verwachtingen voor de naaste toekomst?
Vergeleken met het derde kwartaal van 2008 ging de economie er nog steeds met 3,7 procent op achteruit. De groei ten opzichte van het tweede kwartaal was de eerste positieve ontwikkeling van de Nederlandse economie na vier achtereenvolgende kwartalen met krimp. Lang niet overal gaat het echter beter. Nederlandse goederenvervoerders hebben bijvoorbeeld niet eerder te maken gehad met zo'n grote volumedaling als vorig jaar. Goederenvervoer is een belangrijke indicatie voor de stand van de economie. Het totaal vervoerd volume over de weg, het water en het spoor daalde in 2009 met 11,9 procent, blijkt uit cijfers van onderzoeksinstituut NEA. De netto-opbrengsten van de sector zijn naar verwachting 12,5 procent gedaald. Voor 2010 verwacht NEA dat het goederenvervoer zich voorzichtig zal herstellen. Maar een herstel naar de situatie van voor het crisisjaar 2009 lijkt nog ver weg.
Ruim de helft van alle bezit in Nederland bestaat uit woningen. In 1996 was dit nog 40 procent. Tussen 1996 en 2008 is de totale waarde van woningen verdriedubbeld. Dat verklaart ook het grootste deel van de waardestijging van de totale bezittingen in Nederland in die periode. Dat maakt de Nederlandse economie en het huishoudboekje van veel mensen met een eigen woning bijzonder kwetsbaar, zeker nu de huizenmarkt onder druk staat. Omdat er hoge hypotheeklasten drukken op het eigenwoningbezit maakt dat de inkomenspositie extra gevoelig voor economische tegenvallers.
Het inkomen van Nederlandse huishoudens was in het derde kwartaal van vorig jaar 3,3 procent lager dan een jaar eerder. In totaal was er 3 miljard euro minder beschikbaar om uit te geven. Lagere aandelenwinsten en de malaise bij zelfstandigen waren de hoofdoorzaken, maakte het CBS begin januari 2010 bekend. Daarmee is de inkomenspositie van huishoudens tussen juli en september 2009 ernstig verslechterd. In het eerste en tweede kwartaal nam het inkomen ook af, maar was de daling van gemiddeld 1,2 procent wel veel kleiner. In het derde kwartaal is het inkomen zelfs harder gekrompen dan de daling van de consumptie. Er wordt steeds meer op de pof geleefd. De binnenlandse koopkracht blijft onder druk staan.
Zelfstandigen hadden 700 miljoen euro minder te besteden. Zij hadden in het derde kwartaal van 2009 te maken met een gemiddelde inkomensdaling van 12 procent. Hun inkomensdaling is de grootste duikeling van dit decennium. In het derde kwartaal van 2008 verdienden de zelfstandigen samen nog ongeveer 6 miljard euro, een jaar later 5,3 miljard. Tarieven staan onder druk, opdrachtgevers blijven weg. Het aantal orders en uitstaande opdrachten was in het eerste en tweede kwartaal van 2009 al lager, maar is vooral na de zomer verder afgenomen. Een flink aantal geeft er noodgedwongen de brui aan. Nederland telt circa 800 duizend zelfstandigen, veelal zonder personeel. Een deel van de zelfstandigen kan de klap opvangen, omdat zij in goede tijden een buffer hebben opgebouwd, maar er zijn veel zelfstandigen zonder vermogen. Voor hen resten bijstand en voedselbank.
Veel huishoudens kregen te maken met hogere pensioenpremies (500 miljoen). De gemiddelde cao-loonstijging van werknemers met een vaste baan bedroeg in 2009 nog 1,8 procent. Regering en werkgevers proberen het loon voor twee jaar op de nullijn te zetten. Ambtenaren van provincies, gemeenten en waterschappen bijten dit jaar waarschijnlijk de spits af in de strijd tegen deze aanvallen. Zij willen minimaal koopkrachtbehoud: een loonstijging van 1,5 procent. Zij gaan mogelijk actievoeren omdat de onderhandelingen over hun cao zijn vastgelopen. Acties zullen dan eind januari of begin februari plaatsvinden.
Nederlandse werknemers gaan er volgend jaar in elk geval niet op vooruit als ze geen salarisverhoging krijgen. Bij een gelijkblijvend brutosalaris houden ze netto gemiddeld minder over dan in 2009, blijkt uit berekeningen van automatiseerder Logica. De nettolonen dalen volgend jaar door een combinatie van factoren. Werknemers met een minimuminkomen (1407,60 euro per maand) gaan er het minst op achteruit. Zij houden per maand 3,18 euro minder over. Bij een maandsalaris van 4500 euro is de daling met 15,76 euro het grootst. Overigens zijn al deze bedragen nog geflatteerd omdat er veel lokale tarieven, eigen bijdragen en premies worden verhoogd.
Het inkomen is immers sterk afhankelijk van de werkgelegenheid. Het derde kwartaal van dit jaar was het derde achtereenvolgende kwartaal van forse daling van het aantal banen. In het derde kwartaal waren er bijna 7,9 miljoen banen, 140.000 banen of 1,7 procent minder dan een jaar eerder. Dat is de grootste daling van het aantal banen in meer dan 25 jaar, meldde het CBS op 23 december jl. Vergeleken met het tweede kwartaal van 2009 waren er 50.000 banen minder (0,6 procent). De grootste daling was te zien in de zakelijke dienstverlening, vooral door vermindering van het aantal uitzendbanen. In de collectieve sector, vooral in de zorg, groeide het aantal banen met 46.000. Tegenover een groei in de collectieve sector stond dus een veel grotere daling in de marktsector. Het verlies van het aantal banen werd beperkt door de deeltijd-WW. Werknemers die daaronder vallen, tellen voor hun volledige baan mee.
Nog nooit gingen zoveel bedrijven failliet als dit jaar. Tot 29 december waren dat er 8012, meer dan in het topjaar 2005. Toen gingen 6780 bedrijven over de kop. Eind oktober 2009 telde het CBS al 6722 bedrijven die over de kop zijn gegaan. Vergeleken met vorig jaar is het aantal faillissementen met 88 procent gestegen. Vooral in de bouw, de detailhandel, de industrie en in de automobielproductie gaan veel bedrijven over de kop. In totaal gingen er 855 bouwbedrijven over de kop. Vorig jaar waren dat er nog 357. Niet alleen aannemers hadden het zwaar door de crisis. Ook stukadoors, steigerbouwers, stoffeerders en grondwerkers gingen failliet. De instortende huizenmarkt eiste ook zijn tol bij de makelaars, 255 sloten de deuren.
Hypotheek- en verzekeringsadviseurs hadden het moeilijk omdat er minder hypotheken werden afgesloten en 205 advies- en assurantiebureaus gingen failliet, meer dan twee keer zoveel als in 2008. Het waren vooral de middelgrote en kleine bedrijven die dit jaar over de kop gingen.
Ruim 20.000 zelfstandigen zijn in het derde kwartaal van 2009 gestopt met hun eigen bedrijf. Volgens cijfers van het CBS is ongeveer 40 procent inmiddels weer als werknemer in loondienst van een bedrijf. Nog eens 40 procent is gestopt met de eigen onderneming, maar niet actief op zoek naar ander werk, waarschijnlijk omdat hun partner - tijdelijk - voor inkomen kan zorgen. Deze groep voormalig zelfstandigen valt buiten de officiële werkloosheidcijfers. Een relatief kleine groep, 20 procent van de afgehaakte zelfstandigen, heeft zich wél gemeld als werkzoekende. De groep zelfstandigen op de arbeidsmarkt, 800.000 mensen (volgens CBS) van wie het merendeel werkt als zelfstandige zonder personeel (zzp'er), heeft het moeilijk door de economische crisis.
De werkloosheid is in de periode van september tot en met november opgelopen tot 412.000. Dat zijn er, volgens het CBS, negenduizend meer dan in de vorige periode van drie maanden (augustus-oktober). Van de beroepsbevolking zit nu 5,2 procent werkloos thuis, tegen 3,6 procent een jaar geleden. In een jaar tijd zijn er 121.000 werklozen bijgekomen. Het afgelopen halfjaar steeg het aantal met gemiddeld tienduizend per maand. Er zitten net zoveel mannen als vrouwen werkloos thuis. In alle leeftijdsgroepen steeg het aantal, maar de stijging was het sterkst onder de groep tot 35 jaar. Het aantal niet-werkende werkzoekenden onder de 25 nam met 58,7 procent toe. In de leeftijdsgroep van 25 tot 35-jarigen steeg het aantal met 45,8 procent.
Het aantal mensen met een WW-uitkering is opgelopen tot 297.000, ruim tweemaal zoveel als een jaar geleden, toen het er 133.000 waren. Het aantal uitkeringen is een stuk lager dan het aantal werklozen, omdat lang niet iedere werkloze recht heeft op een WW-uitkering.
Het Centraal Planbureau (CPB) voorspelde dat het aantal werklozen in 2010 zal oplopen tot 6,5 procent van de beroepsbevolking, oftewel 510.000 mensen. Deze verontrustende cijfers tonen keihard aan dat de gevolgen van de crisis pas echt duidelijk worden in de komende jaren. Zij maken ook duidelijk waarom er in kringen van werkgevers en regering pleidooien worden gehouden voor verdere verlaging van de WW-duur. De duur van de werkloosheidsuitkering (WW), nu maximaal 38 maanden, moet worden beperkt, schrijft bijvoorbeeld Chris Buijink, secretaris-generaal van het ministerie van Economische Zaken in zijn gevaarlijke nieuwjaarsgeneuzel. In 2005 werd de WW-duur al teruggebracht van vijf jaar naar maximaal drie jaar en twee maanden. Werkloze ouderen zouden zo gestimuleerd worden om sneller aan de slag te gaan. Alsof de banen voor het oprapen liggen. De topambtenaar van Economische Zaken pleit ook voor verdere flexibilisering van de arbeidsmarkt en voor verbetering van de concurrentiepositie van Nederland. Hij pleitte eerder voor verhoging van de AOW-leeftijd naar 67 jaar. Dit soort plannetjes hebben maar een doel: lonen en uitkeringen verlagen om de winsten - en bonussen - te kunnen verhogen.
Voorlopig zijn er nog genoeg mogelijkheden om het geld te halen waar het echt zit. De Belastingdienst werd in de laatste dagen van 2009 overstelpt met telefoontjes van mensen die opbiechten dat ze zwart spaargeld op buitenlandse bankrekeningen hebben staan. Tot en met 25 december jl. hadden circa 5.700 mensen geheime banktegoeden bij de fiscus opgegeven. De grootste zwartspaarder die kwam biechten had ruim 24 miljoen euro in het buitenland gestald. Via de inkeerregeling is dit jaar 1,6 miljard euro zwart spaargeld boven water gekomen. Het gaat hierbij om het topje van de ijsberg en de echte grote 'spaarders' zitten hier niet bij. Die weten heel goed hoe ze de belastingdienst 'legaal' kunnen omzeilen. Voor een cursus op dat gebied kun je op het Paleis Noordeinde terecht.
Dat er zwaar weer op komst is staat vast. Dat de gevolgen van de crisis nog meer terechtkomen bij degenen die er geen schuld aan hebben als er geen voldoende sterk verzet tegen wordt georganiseerd ook. Dus...
Handen af van ons inkomen, van onze werkgelegenheid, van onze voorzieningen. "Wij betalen niet voor jullie crisis". Voor sociale vooruitgang en socialisme.
Ook nu plaatsen we een aantal artikelen alleen op de website onder een aparte rubriek actueel. Wie niet over internet beschikt kan ons verzoeken die artikelen te printen en op te sturen. Graag melden aan de redactie. Lees de Waarheid niet alleen in de papieren Manifest, maar ook op de website, waar we de artikelen - steeds zichtbaar op de eerste pagina - zullen plaatsen. De redactie van Manifest hoopt op deze manier de noodzakelijke argumenten tegen de kapitalistische medialeugens zo breed mogelijk te verspreiden. (zie www.ncpn.nl).
Marcel de Jong is nog opgenomen met nierproblemen in het ziekenhuis.
Wij hopen dat lezers en sympathisanten zullen deelnemen aan onze pogingen om de werkelijkheid te doorgronden. Stuur ons uw bijdragen en aanbevelingen.