Rinze Visser
Vanaf een aantal maanden vóór de gemeenteraadsverkiezingen nestelde zich een woord in mijn gedachten dat ik niet meer kwijtraak, dat zich ook nu nog in mijn hersenpan ophoudt. Dat woord is 'voorverkiezingen'. Het stamt uit de Verenigde Staten van Amerika - in de aanloop naar de presidentsverkiezingen daar - en daarmee is ook gezegd dat er geen sprake is van een inhoudelijke gelijkenis met mijn 'voorverkiezingen'.
In mijn gemeente kon men ontwaren dat er bij het samenstellen van de kieslijsten een politieke koers werd uitgezet, opdat er na de verkiezingen een raad van een meer rechtse signatuur zou ontstaan. Zo werd de fractievoorzitter van de VVD - die tegen een fusie met andere gemeenten was en die in de loop der jaren meerdere keren voor communistische sociale voorstellen gestemd had - 'rücksichtlos' weggewerkt. Enkele maanden vóór de verkiezingen nam een raadslid - óók fractievoorzitter - van een plaatselijke groepering en een verklaard tegenstander van het opheffen van de gemeente, afscheid als raadslid. Onder grote druk, zo heb ik begrepen. Is het toeval dat deze groepering opeens van tegenstander van gemeentelijke fusie voorstander is geworden? Ook bij de Partij van de Arbeid is er voor de verkiezingen sprake van een 'machtsovername' geweest. Zoiets noem ik dan 'voorverkiezingen'. Want dan is er nog geen kiezer aan te pas gekomen.
En wie schetst mijn verwondering, ook landelijk is er sprake van een dergelijk proces. Eurlings vertrekt; Balkenende blijft. Van Geel weg; Balkenende blijft. Kant weg. Bos weg. Wie volgen er nog meer? En wie nemen hun plaatsen in? Wordt daarmee een politieke en strategische koers verlegd? Voorverkiezingen? Toch wel. Ondanks de wel plausibele redenen die voor hun vertrek gegeven worden.
Gebeurtenissen zoals genoemd moet men ook in de tijd plaatsen. Met de liberalisering van het land wordt haast gemaakt. Zeker nu de uitslagen van de gemeenteraadsverkiezingen een verrechtsing te zien geven. Dat wat men modernisering van de maatschappij noemt - het land klaarstomen voor de bestaande en nog verdere globalisering van de kapitalistische economie - zal doorgezet moeten worden. Ten koste van alles, zelfs ook van wat nu nog als beschaafd wordt gezien. De lippendienst aan het grootkapitaal en zijn wereldleiders moet waargemaakt worden. Modernisering. Hoe modern is modern? Laten wij dit eens illustreren met een aantal niet allemaal 'mooie woorden' uit een ter gelegenheid van het 700-jarig bestaan van Amsterdam verschenen uitgave.
Wij schrijven 1868 Amsterdam: "Steeds meer mensen raakten ervan overtuigd dat er een verband bestond tussen de gezondheid van de mens en de lucht die hij inademde, het water dat hij dronk, de bodem waarop hij leefde, het voedsel dat hij at en de ruimte waarin hij woonde en werkte. Wilde men de gezondheid van de mens bevorderen en beschermen, dan moest ervoor worden gezorgd dat op al deze terreinen verbeteringen tot stand werden gebracht. Het werk van de commissie stuitte echter op hevige weerstand bij het merendeel van de gemeenteraadsleden. Deze waren namelijk nog volledig in de ban van het liberale denken. Zij twijfelden aan het nut van overheidsingrijpen, omdat zij vonden dat de mens zelf het best in staat was, ook op het gebied van de volksgezondheid, om uit te maken wat goed voor hem was". Tot zover deze uitgave.
1868! Twintig jaar na de publicatie van het Communistisch Manifest. Marx en Engels. De op twee na laatste zin ervan luidt: "Dat de heersende klassen sidderen voor een communistische revolutie". Voor de heersende klassen bepaald geen 'mooie woorden'. Wellicht zouden deze voor een zekere journalist van een zeker weekblad wel van pas zijn gekomen om de communisten, tegen de achtergrond van de huidige politieke krachtsverhoudingen, nog wereldvreemder neer te zetten...
1868! De siddering bij de heersende klassen, die ook het geweten van een aantal van hen in beweging zette. 1868: geen sociale regels en wetten; de mensen zoeken het zelf maar uit, zij weten zelf wel wat voor hen het beste is. Er hoefde niet geliberaliseerd te worden, want dat was de bestaande toestand. Een totalitaire samenleving derhalve...
1868: het tegenhouden van vooruitgang, 2010: het weer afschaffen van vooruitgang. 2010: terugtredende overheid. De mensen redden zichzelf wel... De kapitalistische markt, van list en bedrog vergeven, zal de mens wel helpen zichzelf te redden. Want ook armoede en onzekerheid zijn handel. Wie de kranten leest, wie de ogen niet sluit voor wat er om zich heen gebeurt, die ruikt nu al de stank van verrotting van deze onzichtbare maar wel werkzame 'reddende engel'.