Mark Jan Smit
Zaterdag 19 maart 2011 was de nationale Dag van de Schoonmakers. Zo heeft FNV Bondgenoten deze dag genoemd en niet zonder reden. Het was op 19 maart precies één jaar geleden dat de actievoerende schoonmakers hun legendarische sit-in uitvoerden op station Utrecht-Centraal, het hoogtepunt van hun lange staking. Vijf dagen en nachten hielden honderden schoonmakers de stationshal bezet, waarmee hun staking grote landelijke bekendheid kreeg.
De eerste verjaardag van deze memorabele gebeurtenis werd gevierd met de duidelijke boodschap dat de schoonmakers nog niet klaar zijn met hun strijd voor meer respect. In het Moreelsepark, vlakbij Utrecht CS kwamen tussen de 600 en 800 schoonmakers bijeen om stil te staan bij deze eerste verjaardag, stilstaan tussen aanhalingstekens dan. De schoonmakers toonden zich nog steeds strijdbaar en lieten dat duidelijk horen. Er heerste een eensgezinde, strijdbare sfeer en er werd wederom luid en duidelijk om respect gevraagd.
De staking van de schoonmakers in 2010 is de geschiedenisboeken ingegaan als de langste staking in Nederland sinds 1933. Zo'n 1400 schoonmakers kwamen in opstand, eisten meer respect en waardering en zijn maar liefst negen weken in staking gegaan. En met succes.
De schoonmakers waren het goed zat. De moordend hoge werkdruk, de intimidaties, de slechte arbeidsomstandigheden, de lage beloning, de onmogelijke werktijden, zorgden ervoor dat ze het niet meer pikten, en terecht. De schoonmaakbedrijven doen alles wat mogelijk is om de kosten te drukken om zo goedkoop mogelijk uit de bus te komen bij de aanbestedingen van het schoonmaakwerk. De schoonmakers krijgen hiervoor de rekening gepresenteerd. Hun eisen zijn helder en rechtvaardig: meer loon, betere arbeidsomstandigheden, reiskostenvergoeding en bovenal meer respect.
Slechts het begin! Zoals bekend werden de meeste eisen van de stakende schoonmakers ingewilligd. De staking was een groot succes en heeft landelijke bekendheid gekregen. De stakende schoonmakers toonden zich strijdbaar en eensgezind en verdienen respect voor hun moed en vastberadenheid. Maar dit was slechts het begin.
Op de Dag van de Schoonmakers bleek dat de schoonmakers nog steeds strijdbaar en vastberaden zijn. Ja, er is meer respect en een betere beloning gekomen. Maar dit is niet genoeg. En dat lieten de schoonmakers duidelijk horen, ook aan de aanwezige minister van Sociale Zaken, Henk Kamp. De minister kreeg een zogenaamde Botermanifest aangeboden, omdat hij boter op zijn hoofd heeft. Op het ministerie van Sociale Zaken werken de schoonmakers ook onder slechte omstandigheden.
De schoonmakers marcheerden van het Moreelsepark terug naar de plek waar de staking vorig jaar haar hoogtepunt kende: in de centrale hal van station Utrecht-Centraal. Op de plek die vorig jaar vijf dagen lang bezet gehouden werd, is het Afvalmuseum geopend. Het Afvalmuseum is een fototentoonstelling van deze opzienbarende actie.
De schoonmakers hebben hun strijdbaarheid absoluut niet verloren. De werkgevers werden er weer fijntjes aan herinnerd dat de eisen van één jaar geleden nog steeds gelden en dat de schoonmakers nog lang niet tevreden zijn. Het kan nog veel beter, het moet nog veel beter. En de beroemde woorden van Judy Lock van vorig jaar gelden nog steeds! 'Als je geen respect krijgt, ga je het halen'.
Op 28 maart jl. ging een groep actievoerende schoonmakers op bezoek bij het hoofdkantoor van schoonmaakbedrijf CSU in Amsterdam-Zuidoost. De schoonmakers waren de haperingen bij de loonbetaling en de urenregistratie zat. Zij dwongen een gesprek af met de directie van CSU over deze problemen.
De Vakbond van Schoonmakers van de FNV gaf met deze actie een signaal af dat zij waar dan ook zal opkomen voor belangen van schoonmakers. Ook een jaar na de staking. Respect halen de schoonmakers indien nodig op in de directiekamers.