(...) Voor klassenbewuste arbeiders is het socialisme een ernstige overtuiging, maar geen gemakkelijke dekmantel voor een kleinburgerlijk verzoeningsgezind en nationalistisch-oppositioneel streven. Onder het bankroet van de Internationale verstaan zij het ten hemel schreiende verraad dat de meerderheid van de officiƫle sociaaldemocratische partijen heeft gepleegd aan hun overtuigingen, aan de plechtige verklaringen in de redevoeringen op de internationale congressen te Stuttgart en Bazel, in de resoluties van deze congressen[3] enz.
Alleen zij kunnen dit verraad niet zien, die het niet willen zien, voor wie het nadelig is. Als wij de zaak wetenschappelijk, d.w.z. vanuit het standpunt van de verhoudingen tussen de klassen van de moderne maatschappij formuleren, dan moeten wij zeggen dat de meeste sociaaldemocratische partijen, en vooraan allermeest de grootste en invloedrijkste partij van de Tweede Internationale, de Duitse, zich aan de zijde hebben geschaard van hun generale staf, van hun regering en van hun bourgeoisie tegen het proletariaat. Dat is een gebeurtenis van wereldhistorische betekenis en men is wel genoodzaakt tijd te besteden aan een zo veelzijdig mogelijke ontleding van deze gebeurtenis (...). (Lenin, 'Het bankroet van de Tweede Internationale' 1915)