Redactie buitenland
Na jaren van terugwijken en opportunisme en het daaruit voortvloeiende verlies van steun en invloed, geeft de Communistische Partij van Frankrijk (PCF) tekenen van leven. Verbonden met kleinere partijen in het Links Front (Front de Gauche, FG), voert de PCF campagne met de presidentiële kandidatuur van Jean Melenchon voor de komende eerste ronde van de Franse verkiezingen. De laatste peilingen geven Melenchon meer dan 14 procent van de potentiële kiezers, meer dan alle andere kandidaten met uitzondering van Hollande (PS) en Sarkozy (UMP).
Deze ooit dynamische partij bezweek bijna aan het reformisme, anti-Sovjetisme en het doen van compromissen door zijn omarming van het zogenoemde 'Eurocommunistische' standpunt in de jaren zeventig. Met vlak na de Tweede Wereldoorlog meer dan een half miljoen leden en meer stemmen dan iedere andere partij op dat moment, was de PCF klaar om uit te groeien tot de dominante kracht in de Franse politiek, zo niet de eerste CP in een West-Europees land op weg naar het socialisme.
In alle eerlijkheid moet worden gezegd dat de VS en hun NAVO-bondgenoten er alles aan deden om te zorgen dat het niet zou gebeuren. Het Marshall-plan, in combinatie met geheime activiteiten van de CIA, diende om afbreuk te doen aan het overwicht van de partij. Maar al in de jaren zestig begon de PCF naar rechts te kantelen om electorale gunst te verwerven en te streven naar een linkse coalitie met de gecompromitteerde Socialistische Partij van Francois Mitterand. Deze trend escaleerde onder leiding van Georges Marchais, die de CP voortdurend ideologisch anders positioneerde om 'respect' te verwerven bij de maatschappelijke middengroepen. Opgesloten in deze cyclus van concessies, nam de partijleiding afstand van de Sovjet-Unie en haar geschiedenis, terwijl ze op zoek ging naar een imago van burgerlijke beschaving en nuchterheid.
Na de val van de Sovjet-Unie begon de leiding - eerst onder Robert Hue en daarna met Marie-George Buffet - een proces om de PCF volledig te ontdoen van het leninisme en de partij op te tuigen als een sociaaldemocratische organisatie, de zogenaamde 'mutation'. In de overtuiging dat het verdwijnen van de Sovjet-Unie het gevolg was van een mislukking en afwijzing van het leninisme en het revolutionair marxisme, probeerden Hue en Buffet een gematigde linkse partij op te bouwen, geschikt voor het nieuwe tijdperk. In plaats daarvan zakte het aantal leden en nam de electorale kracht dramatisch af. Het leidde ertoe dat Buffet in 2007 nog geen 2 procent van de stemmen behaalde in de eerste ronde van de presidentiële verkiezingen, een ongekend dieptepunt sinds de Tweede Wereldoorlog. Het resultaat van het geflirt met het opportunisme bleek desastreus.
De oprichting van het Links Front en de opkomst van Pierre Laurent als nationaal-secretaris heeft klaarblijkelijk geleid tot een bescheiden omkering van de lange periode van verval van de partij. Te beginnen met de gemeentelijke verkiezingen van 2008 won de PCF ook enige electorale aanhang.
Maar het belangrijkst is dat de verkiezingscampagne in 2012 met Jean Melenchon aan kop nieuwe energie en organisatorische geloofwaardigheid bracht voor de partij. Opiniepeilingen toonden een uitgesproken en onverwachtesteun voor de kandidatuur van Melenchon. De campagne mondde uit in een massabijeenkomst van tussen de 110.000 en 150.000 mensen op de Place de la Bastille in Parijs op 18 maart jl., de verjaardag van de Commune van Parijs.
De toespraken toonden op zijn minst een nieuwe symbolische strijdbaarheid aan, met verwijzingen naar de Revolutie van 1789 en de Commune van Parijs.
Misschien wel het meest duidelijke teken van de nieuwe richting van de PCF is de steun voor Francois Hollande, de socialistische kandidaat, door de voormalige PCF-leider, Robert Hue. Hue leidde de partij van 1994 tot 2002, de periode van zijn meest dramatische ideologische en populistische uitglijders. Deze goedkeuring door Hue toont zeker aan dat sommige dingen ten goede zijn veranderd.
Melenchon voerde campagne voor renationalisatie van veel leidende bedrijven, versterking van de publieke sector, en het bestraffen van corruptie en fraude in de particuliere sector. Hij is voorstander van directe democratie en nationale referenda over alle vragen met betrekking tot de Franse soevereiniteit, met name in relatie tot de EU. Bovendien ondersteunt het Links Front hogere belastingen voor de rijken, een aanzienlijke toename van het minimumloon en uitgebreidere rechten voor immigranten.
Pierre Laurent, nationaal-secretaris van de PCF, ziet de campagne als meer dan een nieuwe oproep tot electorale steun. Hij ziet de beweging eerder als uitnodiging voor een 'prenez le pouvoir', het nemen van de macht.
Christian Piquet, woordvoerder van de Gauche Unitaire, een deel van het Links Front, herinnert ons eraan dat ["Wij"] met de campagne "een kracht bouwen die onmisbaar is voor de nederlaag van rechts, en ook voor de herverdeling van de kaarten van links." Dit besluit om te verenigen, met het doel om rechts te verslaan door links te versterken, is een opdracht die een groot deel van links in Europa en de VS heeft vergeten, en is een welkome herrinnering aan de dialectiek van de marxistische politiek.
Hopelijk heeft de Communistische Partij van Frankrijk een grote stap gezet om terug te keren naar de strijdbaarheid en de traditie van het verleden.
Zoltan Zigedy, maandag 2 april 2012.
zoltanzigedy@gmail.com