Redactie buitenland
Op 14 en 15 april jongstleden vond in Cartagena, Colombia, de zesde Topontmoeting plaats van Amerikaanse regeringsleiders. Om uiteenlopende redenen namen de presidenten van Venezuela, Ecuador, Nicaragua, Haïti en Peru geen deel aan deze Top. Rafael Correa, de president van Ecuador, gaf aan dat hij niet deelnam omdat Cuba werd uitgesloten van de Top. De vereniging van ALBA-staten [1] verklaarde dat hun leden niet meer zullen deelnemen aan toekomstige Topontmoetingen als Cuba daarvan uitgesloten blijft.
Voor Carolus Wimmer, internationaal secretaris van de Communistische Partij van Venezuela (PCV) en lid van het Latijns-Amerikaans Parlement, toonde deze Top de kracht van de Latijns-Amerikaanse en Caribische landen. "De Top in Cartagena was een gelukkige mislukking, die Latijns-Amerika en de Cariben verenigde."
Deze zesde Topontmoeting ('Cumbre de las Américas') in Cartagena eindigde zonder een gemeenschappelijke slotverklaring, omdat de 34 deelnemende staten niet tot consensus konden komen. Dit ondanks dat de meerderheid van de deelnemers, 32 om precies te zijn, het wel eens waren over de thema's die ter discussie stonden. De Latijns-Amerikaanse afgevaardigde, Carolus Wimmer, is echter van mening dat men het "mislukken van de Top zou moeten vieren, omdat het de overeenstemming tussen alle Latijns-Amerikaanse en Caribische landen bevestigt, van Mexico tot Argentinië".
"De Top in Cartagena was een gelukkige mislukking, die Latijns-Amerika en de Cariben nodig hadden om de eenheid en het gemeenschappelijk onomstreden doel te consolideren", aldus de afgevaardigde van de Venezuela Groep in het Parlatino (Latijns-Amerikaanse Parlement). Carolus Wimmer benadrukt dat de ware verliezers van deze continentale Top de Verenigde Staten zijn, die ondanks dat, zoals gewoonlijk, hun imperialistische politiek willen doorzetten en zoals gebruikelijk tijdens de Top steeds de toon konden zetten. Zoals altijd lag ook deze keer een gemeenschappelijke slotverklaring voor, die 'toevalligerwijze' weer in Washington werd opgesteld.
"Ondanks alle bestaande politieke en ideologische verschillen in Latijns Amerika was er bij alle discussiethema's steeds overeenstemming. Tweeëndertig staten kregen de kans om zich uit te spreken tegen de mening van de VS, iets dat voorheen nog ondenkbaar was. Men vestigde de aandacht op Cuba, dat sinds 50 jaar te lijden heeft van de economische en financiële blokkade door de Verenigde Staten, alleen maar omdat Cuba het heeft gewaagd om soeverein te zijn", aldus Wimmer.
Hij benadrukt dat de houding van de Latijns-Amerikaanse landen ten opzichte van de koloniale politiek van de VS en Canada radicaal, in tegengestelde richting gewijzigd is. Op dit moment staan de VS en Canada met hun politiek alleen. En Cuba, dat ooit volledig geïsoleerd was, krijgt nu de steun van alle 32 Latijns-Amerikaanse en Caribische landen, die erop staan dat Cuba voor de volgende Top uitgenodigd moet worden.
"Het grootste succes van Cartagena is de vastbesloten anti-imperialistische houding van de Latijns-Amerikaanse en Caribische landen, niet alleen met betrekking tot Cuba maar ook waar het gaat om de strijd van Argentinië die het eiland Malvinas weer terug wil hebben. Een gebied dat historisch en geografisch bij Argentinië hoort", zegt Carolus Wimmer.
De parlementariër wijst erop dat de VS hebben geprobeerd om de gemeenschappelijke inspanningen van de landen te boycotten, wat hen echter niet is gelukt. "Ook niet door middel van de deelname van presidenten die een pro-VS politiek bedrijven, zoals dat het geval is in Chili, Colombia, landen in Midden-Amerika en Mexico, landen die de VS gemakkelijk kunnen bedreigen en onder druk zetten."
Wimmer wijst erop dat de Top al voor de tweede keer zonder volledige overeenstemming is geëindigd, alleen omdat de VS en hun 'filiaal' Canada tegen hebben gestemd. Hij geeft aan dat Cartagena wel eens het einde zou kunnen betekenen van continentale Topontmoetingen waarbij de VS een vetorecht hebben.
In dit kader gaat het er volgens Wimmer niet alleen om de imperialistische politiek van de VS te verwerpen maar ook om "nieuwe revolutionaire wegen" te ontwikkelen. Als voorbeeld noemt hij CELAC (Comunidad de Estados Latinoamericanos y Caribeños; Gemeenschap van Latijns Amerikaanse en Caribische Staten) [2], die zich richt op het afwerpen van het neokoloniale juk.
"De Organisatie van Amerikaanse Staten (OEA) heeft haar zin en betekenis verloren. CELAC stelt een overgangsproces voor, waarmee de andere staten, die nog onder de politieke invloed staan van de VS, overtuigd en gewonnen kunnen worden om uiteindelijk voorgoed onafhankelijkheid te verkrijgen", aldus Wimmer. De afgevaardigde twijfelt er niet aan dat men in Cartagena tot een gezamenlijke slotverklaring had kunnen komen als alleen de 33 staten van CELAC, inclusief Cuba, aan de Topontmoeting hadden deelgenomen.
"Het algemeen belang van Latijns-Amerika en de Cariben is gegarandeerd, alleen de VS en Canada staan de continentale overwinning in de weg. Daarom zien we Cartagena als aftrap, omdat die ontmoeting het mogelijk maakte om de ongelijke Top van Noord-Amerikaanse consensus achter ons te laten en de deur naar een Latijns-Amerikaanse consensus te openen."
Bron: Especial de Prensa, Caracas, 17 April 2012. Vertaling J. Bernaven.
ALBA officieel: Bolivariaanse Alliantie voor de Volkeren van Ons Amerika; Spaans: (Alianza Bolivariana para los Pueblos de Nuestra América,). Samenwerkingsverband tussen verschillende Latijns-Amerikaanse en Caribische landen. ALBA is opgezet door Cuba, Venezuela en Bolivia als tegenhanger van de Vrijhandelszone van de Amerika's, voorgesteld door de Verenigde Staten. De benaming 'Bolivariaans' refereert aan de Latijns-Amerikaanse vrijheidsstrijder Simón Bolívar en aan het bolivarisme van de Venezolaanse president Hugo Chávez. Op dit moment zijn de volgende landen toegetreden tot de ALBA: Bolivia, Cuba, Venezuela, Nicaragua, Ecuador, Dominica, Antigua, Barbuda, Saint Vincent en de Grenadines. Honduras beëindigde in 2009 zijn lidmaatschap toen de linkse president Manuel Zelaya was verjaagd. In februari 2012 kondigde de Surinaamse president Desi Bouterse aan, dat hij een voorstel tot toetreding gaat indienen bij de Nationale Assemblee van Suriname. Ook Haïti gaat toetreden.
Op 2 december 2011 vond er in Caracas (Venezuela) een historische topontmoeting plaats tussen 33 Latijns-Amerikaanse landen, waarbij de CELAC werd opgericht, la Comunidad de Estados Latinoamericanos y del Caribe (de Gemeenschap van Latijns-Amerikaanse en Caraïbische staten). De oprichting van CELAC is historisch te noemen, want voor het eerst in de geschiedenis werd in Latijns-Amerika zo'n groot regionaal orgaan opgericht zonder de VS en Canada.
Deze organisatie moet de hoeksteen worden van de eenheid van zuidelijk Amerika en ook van een onafhankelijke positie t.a.v. de VS. Simón Bolívar, bevrijder van Latijns-Amerika, had al in 1824 in het parlement van Panama opgeroepen voor een federatie van de toen recentelijk onafhankelijke republieken. Door de oprichting van het CELAC komt zijn droom een stapje dichterbij.
Op 3 december jl. werd er unaniem gestemd over de Verklaring van Caracas en een reeks actieplannen rond belangrijke thema's zoals drugshandel, voedselzekerheid, financiële speculatie en werden bepaalde standpunten verdedigd, zoals een unanieme veroordeling van de VS-blokkade tegen Cuba en een erkenning van de Argentijnse soevereiniteit over de Malvinas Eilanden.