Wij danken de PVDA wederom voor de organisatie van deze belangrijke mogelijkheid tot wederzijdse uitwisseling van standpunten.
"Wij betalen niet voor hun crisis". "Voor sociale vooruitgang en socialisme". Slogans van onze partij. Alleen in een socialistische maatschappij zijn werkelijke veranderingen mogelijk en van blijvende aard. Dit schrijven we in de partijkrant Manifest, op onze website en in talrijke verklaringen.
Het gat tussen wat wij zeggen en wat de meerderheid van de bevolking denkt is echter zeer groot. Het is niet alleen een kwestie van meer en betere activiteiten van communisten. Ook de massa's moeten beter zijn voorbereid om te begrijpen wat we beweren. Een hoger klassenbewustzijn is nodig, gebaseerd op levenservaringen in de werkelijkheid.
Zelfs binnen Europa bestaan er nog zeer grote onderlinge verschillen. Wel of niet aangesloten bij de EU of wel of niet deeluitmakend van de eurozone, bijvoorbeeld. Vaak zijn de verschillen groter dan de overeenkomsten. Bijvoorbeeld tussen West-Europese en Oost-Europese landen en zeker ook tussen zuidelijke en noordelijke EU-landen.
We staan nog zeer veraf van gezamenlijke analyses die een antwoord kunnen geven op de uitdagende titel van deze conferentie. Het belang van dit soort conferenties wordt er alleen maar door onderstreept. Stap voor stap zullen we moeten werken aan de 'eenheid in verscheidenheid' om de gezamenlijke vijand te kunnen verslaan. Dat proces zal nog zeer lang gaan duren. Snelle veranderingen - zelfs in landen als Griekenland - lijken er niet aan te komen. Het lijkt er bovendien op dat het Europees kapitaal er stap voor stap in zal slagen zijn tegenstellingen op te lossen en de gevolgen van de systeemcrisis voor het systeem zélf weer vooruit te schuiven. Daarbij zal opnieuw de hulp worden ingeroepen van de sociaaldemocratie.
Dezelfde politieke beweging die in Griekenland heeft bewezen geen oplossingen te kunnen bieden mag nu voor illusies en marginale verminderingen van de aanslagen gaan zorgen in Frankrijk en zal hooguit enige druk zetten op de EU om tenminste te voorkomen dat de bevolkingen wanhopig worden, zoals in Griekenland en in sommige andere Europese landen. De Belgische premier Di Rupo waarschuwt ervoor te zorgen dat de bevolking niet wanhopig wordt, want dan krijg je volgens hem opstand. Hij geeft daarmee nauwkeurig aan welke rol de sociaaldemocratie krijgt toegeschoven en welke rol die partij zichzelf toedicht.
De verwarring onder de bevolking in Nederland neemt zienderogen toe. Het geloof in de mogelijkheden van het kapitalisme wordt langzaam uitgehold, maar zonder dat er een breed gedragen alternatief is. Socialisme als toekomstmodel is nauwelijks een optie in ons land. Integendeel: Het begrip socialisme is dusdanig in diskrediet geraakt dat daarmee niet valt te mobiliseren. Nóg niet in ieder geval. Alles wordt inmiddels in het werk gesteld om dat begrip verder in diskrediet te brengen. Op grote schaal vindt in Nederland geschiedvervalsing plaats. Fascisme en communisme worden op één lijn gesteld. De strijd en successen van de voormalige CPN tegen het Duitse fascisme worden gebagatelliseerd, De verworvenheden van de Sovjet-Unie en andere landen van het reëel bestaand socialisme worden verdonkeremaand of negatief voorgesteld. De gemaakte fouten uitvergroot.
In Nederland werden en worden die processen nog versterkt omdat de voormalige CPN-leiding, gevolgd door een groot deel van de toenmalige leden, begin tachtiger jaren, heeft besloten de partij op te heffen omdat er in Nederland geen communistische partij meer nodig zou zijn. Onze partij moest sindsdien vanaf de grond opnieuw worden opgebouwd. Een proces van vallen en opstaan en niet zonder dat er heel wat fouten werden gemaakt. Vaak met de rug naar de maatschappij gekeerd, gericht op interne vraagstukken van allerlei aard: ideologisch, organisatorisch, financieel. Het gat dat daardoor politiek ontstond werd opgevuld - niet zoals de voormalige CPN-leiding dacht door GroenLinks maar - door een voormalig maoïstisch partijtje, de SP - dat snel groeide nadat het zijn ideologische veren had afgeschud en door een aantal trotskistische groepen.
De NCPN neemt pas sinds een vijftal jaren weer substantieel deel aan (een deel van) het maatschappelijk en politiek debat en aan de maatschappelijke beweging in ons land. De partij focust op de vakbondsstrijd en vooral op de strijd in buurten en bedrijven. Eerder namen we ook deel aan het debat over oorlog en vrede, maar daar niemand sinds die tijd in die kringen de NAVO nog ter discussie stelt en wij op dit moment niet bij machte zijn aan zo'n debat leiding of vorm te geven, concentreert de partij zich op de sociaaleconomische strijd. Daarin worden vorderingen gemaakt.
De huidige ontwikkelingen in Nederland steunen onze aanpak. De negatieve gevolgen van de crisis in Europa voor de bevolking worden steeds zichtbaarder en voelbaarder voor steeds meer groepen in het land. Dat proces is al enige jaren gaande, maar wordt tot nog toe gedoseerd ingevoerd. Grote schokken zijn tot nog toe door de verschillende regeringen uitgesteld.
De sociale tweedeling in het land neemt toe. Een toenemend deel van de bevolking is echter inmiddels al afgevallen en heeft te maken met een snelle terugval in inkomen, meestal als gevolg van ontslag. Maar maatregelen als in Duitsland, zoals Harz IV, zijn in Nederland tot voor kort uitgebleven. Het land leeft daarom tussen hoop en vrees. Dominant zijn verwarring, illusies, twijfel en opkomend verzet.
De aanvallen op de vakbeweging en de interne vakbondsstrijd over de rol die de beweging binnen de Nederlandse maatschappij moet innemen behoort vandaag tot de belangrijkste vraagstukken in de arbeidersklasse. Nu het kapitalisme in een diepe crisis verkeert in Europa zijn de positie en slagkracht van de vakbeweging en de communistische partij van het allergrootste belang. Na 30 jaar van Nederlands 'sociaal partnerschap' en sociaaldemocratische leiding van de vakbeweging vragen de leden aan de basis om een verandering van de mentaliteit aan de top ervan.
Geen achterkamertjes-onderhandelingen en compromissen, maar strijd is het nieuwe geluid, nu de crisis zich verdiept en de bevolking de rekening krijgt gepresenteerd. Het ziet ernaar uit dat de tendens binnen de vakbeweging gericht op een strijdbare beweging in plaats van een vakbeweging gericht op klassenvrede aan de winnende hand is. Ook dat proces is echter niet op korte termijn afgelopen.
Het is vooralsnog lastig om in Nederland een verbinding te leggen tussen de activiteiten van de partij en de noodzaak van de strijd voor het socialisme. Er bestaat nog weinig vraag naar socialistische oplossingen onder de Nederlandse arbeidersklasse. Er zullen meer en gerichtere vragen uit de bevolking moeten komen om onze antwoorden gericht en effectief te kunnen geven.
De belangrijkste taak voor de partij bestaat uit het dagelijks gevecht om de partij te behouden en te versterken, het scholen van haar eigen leden en de interne en externe ideologische strijd. De NCPN concentreert zich daarbij op de strijd in de bedrijven en de georganiseerde voorhoede van de arbeidersklasse binnen de vakbeweging. Daarbij staan de pogingen centraal om politieke en ideologische aansluiting te vinden bij een groeiend aantal jongeren zonder toekomst binnen het kapitalisme.
In Nederland is er geen sprake van een revolutionaire situatie, zelfs geen prerevolutionaire. Dus revolutionair geduld is nodig bij de gestage arbeid om de partij te versterken en een positie onder de massa's te verwerven.
Dank voor de aandacht.
Wil van der Klift/18 mei 2012.