Gedicht: In de hitte van de strijd
Henricus Azewijn
In de hitte van de strijd
Getroffen door veel rampspoed
doneert men krokodillentranen.
Het gevoel wordt dan weer goed
wil men zich beter wegen banen
op de slachtvelden der filistijnen
waar men strijdt om een testament
om zijn kansen niet te verkleinen
als men medemensen niet herkent.
Aldus herkent men normen en waarden
die in de hitte werden vergeten
vastgenageld aan moeder aarde
die bengelt aan de consumptieketen.
Op krokodillentranen rust geen patent
iedereen mag er enige pinken
na een bezoek aan een opvangtent
om er op een receptie op te klinken.
Op cynisme hoef je niet te toasten
het gaat de filantropen altijd goed af
want als je geld zat hebt kun je troosten:
de een zijn nap, de andere zijn karaf...
Alles blijft zo het best verdeeld
iedereen keurig op zijn plaats.
Wat dat niet aan aandacht scheelt
rijdt men graag een scheve schaats.