Het is bekend dat de markt bevolkt wordt door boeven, schurken, oplichters, gelukzoekers, geldbeluste gekken, lulhannessen en voorlichters, managers en nog wat van dat soort lieden. Ze hebben ons in de jaren tachtig wijsgemaakt dat de markt alle problemen zou oplossen. En kijk nou, de markt blijkt te falen. SYNTHUS, een busbedrijf, en ze hebben geloof ik ook een treintje of twee, gaat failliet, als de overheden niet willen bijspringen.
Belangrijkste argument van SYNTHUS is dat het anders ten koste van de dienstverlening gaat. Wat voor dienstverlening? Het openbaar vervoer is al uitgekleed. En het is ook nog duur geworden, met een gek kaartje waar je zogezegd overal mee kunt instappen. Ik herinner me nog de tijd dat je met gewoon geld ook overal kon instappen en op veel meer plaatsen dan nu. En dat je ook nog wel eens als het allemaal bussen achter elkaar waren dat ze zo aansloten dat je 's avonds ook nog kon terugkomen van zeg maar twee plaatsen, bijvoorbeeld van Wommels naar de Tynje en terug.
Wat ben ik toch blij dat SYNTHUS op het randje staat, want hiermee wordt maar weer eens bewezen dat de grootste marktbederver de markt zelf is. Laten we even nauwkeurig zeggen wat ik daarmee bedoel: de markt met meer dan bovenregionale spelers, en niet de markt waar ik op de vaste marktdag kaas koop. Die man weet, dat als hij zooi verkoopt, hij dan na een verrekt korte tijd niet meer hoeft terug te komen. Nee het gaat om die maatschappijen die niet voor het algemene nut werken, maar voor degenen die rendement van hun investering willen zien. De aandeelhouders dus. En niet een gewone firma die er door eigen inspanning zijn kost mee verdient. Zoals de marktkoopman die 's ochtends opbouwt en 's avonds weer afbreekt en dan in het halfdonker de producten die over zijn, weer in het magazijn of de koeling brengt. Nee, het gaat om de lui die proberen overal waar geld op een fatsoenlijke manier circuleert, er een stuk winst uit te halen.
Hoe zat dat vroeger ook alweer met de busbedrijven en trouwens ook met andere nutsbedrijven? De overheid stelde wat geld beschikbaar en zorgde door het aannemen van chauffeurs en onderhoudspersoneel voor een goede structuur, zodat er op elk moment voldoende mensen en materieel was om de weg op te gaan. Daarmee was een sociale structuur opgebouwd, die achteraf gezien voordeliger was voor de openbare financiƫn dan ten tijde van de privatisering. Er werden veel mensen ontslagen, er kwam goedkoper personeel voor terug en er werd op onderhoud bezuinigd. En, stelt Europa, bij elke aanbesteding dient de maatschappij met nieuw materieel de weg op te gaan. Dat noem ik kapitaalvernietiging. Door winstbejag te stellen boven sociaal beleid staat SYNTHUS nu op het randje.
Het is een waarschuwing voor de vervoerbedrijven in de grote steden. Nadat het vervoer bij de aanbesteding is uitgekleed, komen de aandeelhouders vrolijk bij het openbaar bestuur om hun hand op te houden, onder het dreigement, dat het anders ten koste van de dienstverlening gaat. De overheden kunnen hun eigen dienstverlening beter behartigen en er tegelijk een sociaal beleid mee voeren. En wel zo dat degene die diensten verricht daarvoor ook goed wordt betaald en er een behoorlijke rechtspositie aan over houdt.
De boosdoener is de EU. Van kapitalistisch Europa moeten zulk soort aanbestedingen om de openbare kassen te plunderen en de democratie steeds onmachtiger te maken. Daarbij zit er ook nog iets fout in de structuur van Europa: de volksvertegenwoordiging mag geen wetten maken of voorstellen. (Enigszins ingekort)
Jan Post.