Maarten Muis
Het wordt steeds duidelijker dat het akkoord van de Kunduz-coalitie voor veel Nederlanders grote gevolgen heeft. Terwijl de media-aandacht vooral gaat naar het knarsetanden van VVD-ers over hogere belasting op autogebruik, zijn het juist groepen patiënten in de Geestelijke Gezondheidszorg (ggz) die de zwaarste klappen krijgen.
Minister Edith Schippers (VWS) zet met een bestuurlijk akkoord in op minder dure zorg in klinieken en meer begeleiding van psychiatrische patiënten in de thuissituatie en door huisartsen. Het benaderen van psychiatrische problemen met meer oog voor de sociale context van de patiënt en daarvan op een goede manier gebruikmaken, zou een stap voorwaarts zijn. Het hervormingsbeleid is wel zo geformuleerd, maar is in wezen alleen maar ingegeven door de wens tot bezuinigen.
De kapitalistische maatschappij maakt het onmogelijk zaken als armoede, werkloosheid en perspectiefloosheid bij mensen met psychiatrische klachten structureel aan te pakken. Die problemen nemen alleen maar toe door de sociale afbraak en de voortdurende crisis. En laat dat nu juist de basis zijn waarop psychiatrische klachten welig tieren.
In het Wandelgangenakkoord zijn nieuwe maatregelen opgenomen die de mensen in de ggz zwaar treffen. Zo moeten patiënten, opgenomen in een instelling, per dag zeven en een halve euro extra aan eigen bijdrage gaan betalen (dat is 228 euro per maand). Deze maatregel treft vooral de grote groep chronische patiënten, die vaak opgenomen wordt en bijna altijd al een minimuminkomen heeft. Tevens wordt de eigen bijdrage tot 350 euro verhoogd. Voor de meerderheid van de ggz-patiënten bijna een half maandinkomen!
Er dreigen ook een aantal zorg-zwaarte-pakketten (ZZP, dat zijn indicaties waarop de zorg en begeleiding gebaseerd is) te verdwijnen. Met de ZZP van intensief begeleid wonen is juist een groep, voornamelijk jonge patiënten, geholpen om een zo zelfstandig mogelijk leven te kunnen leiden. Organisaties van begeleid wonen wijzen erop dat dit niet alleen rampzalig uitpakt voor de betrokken jongeren die minder perspectief geboden wordt, maar ook dat het tot duurdere zorg in klinieken en meer maatschappelijke kosten leidt.
De werkgelegenheid in de ggz staat zwaar onder druk door de eerder aangekondigde bezuiniging van 600 miljoen op het budget. Er is veel onrust over aangekondigde reorganisaties, wat in een sector waar succesvolle behandeling voornamelijk gebaseerd is op een duurzame en vertrouwelijke relatie met de patiënt desastreus zal uitpakken.
Er wordt flink stemming gemaakt over stijgende kosten voor de zorg. Het zou het herstel van de economie in de weg zitten. Een studie van onderzoeksbureau Nyfer toonde in april jongstleden aan dat de hogere uitgaven voor de zorg met name veroorzaakt zijn door de ingevoerde marktwerking. Hierdoor oriënteerde de ggz zich steeds meer op 'productie' en 'omzet', waarbij niet het herstel van de patiënt vooropstaat, maar hoeveel in rekening gebracht kan worden door de instelling.
Minister Schippers beweert, in antwoord op Kamervragen, dat invoering van eigen bijdragen volgens haar nodig zijn, omdat gezonde mensen niet langer bereid zijn voor zieke mensen te betalen. Het ondergraven van de solidariteit in de financiering van de zorg is al decennia geleden politiek in gang gezet. Maar of de solidariteit onder de bevolking verdwenen zou zijn is maar zeer de vraag. VVD-minister Schippers brengt dit neoliberale afbraakproces naar een nieuw niveau door de rekening voor ziek zijn nu alleen neer te leggen bij de patiënten zelf.
Eerder wees ik er op (Manifest 9 van 2010) dat de hervormingsplannen de ggz in tweeën splijt. Aan de ene kant een geprivatiseerde ggz, die met name mensen helpt met lichte psychische klachten en daarin relatief eenvoudig succesvol kan zijn. Deze ontwikkeling is door de politiek flink aangejaagd de laatste twintig jaar. Nu gebruikt ze dit gegeven als karikatuur van 'onnodige' zorg om patiënten te dwingen alle ggz-hulp zelf te organiseren en te betalen.
Aan de andere kant staat de hulpverlening aan mensen met een ernstige psychiatrische problematiek. Hier is weinig eer te behalen, want de vaak complexe problemen: waaronder werkloosheid, armoede, criminaliteit, verslavingen en sociale uitsluiting maken het moeilijk voor hulpverleners te laten zien dat de ggz goed werk levert. Want als het alleen bij platspuiten kan blijven, omdat er geen perspectief buiten de kliniek te bieden is, dan keert de patiënt steeds zieker terug.
Rechtse partijen sturen liever aan op meer repressie dan te investeren in een laagdrempelige ggz. De stapeling van allerlei maatregelen, van de eigen bijdrage in de ggz, de verschraling van begeleiding en sociale activering (PGB), stopzetten financiering arbeidsreïntegratie en afbraak Sociale Werkvoorziening (WSW), treffen vooral mensen die door allerlei oorzaken met de psychiatrie in aanraking zijn gekomen. Deze bezuiniging zal terugkomen als een boemerang omdat er meer overlast en criminaliteit zal ontstaan, want psychiatrische patiënten worden dan te laat en met te weinig perspectief behandeld.
Het kenmerkende voor psychiatrische problematiek is dat mensen zich hierdoor vaak niet staande kunnen houden in deze maatschappij. Door psychoses of zware depressies komen deze mensen in de problemen, verliezen hun werk, krijgen schulden en raken vaak sociaal geïsoleerd. Er zijn wel degelijk behandelingen die succesvol zijn, maar met name het maatschappelijke aspect van het ziek-zijn is veelal uit de Nederlandse hulpverlening gesloopt. Het is voor hulpverleners in de ggz vaak alleen vlammen doven zonder de brandhaard te kunnen bereiken.
Er wordt nu ideologisch flink ingezet op zelfredzaamheid en zelfmanagement in de ggz. Maar deze emancipatie en het bijbehorende herstel moeten hulpverleners en patiënten uit de handen trekken van politici, managers en beleidsbepalers. Die moeten hulpverleners en patiënten zelf inzetten op een wijze waarmee zowel patiënten als de maatschappij gediend zijn. Het gaat uiteindelijk om solidariteit, alleen dat levert iedereen wat op.