Van redactie buitenland
Steeds meer gepensioneerden zijn op de basisondersteuning door de staat (AOW) aangewezen. Het aandeel van de gepensioneerden dat alleen een 'wettelijke' oudedagsvoorziening ontvangt is verveelvoudigd.
In 2000 had nog 96,8 procent van de mannelijke gepensioneerden een pensioen dat hoger lag dan het niveau van de AOW. Vorig jaar was het nog maar 87,5 procent. Bij de vrouwen ging het in 2000 om 82 procent, in 2011 was het cijfer 53,9 procent. Het bedrag van dat pensioen, dat sinds 2003 'Grundsicherung im Alter' (basisverzekering voor ouderen) heet en in Nederland AOW, bedroeg in 2000 gemiddeld 587 euro en steeg tot 2010 maandelijks tot 688 euro.
Blijkbaar hoopt men bij het ministerie voor Arbeid dat een relevant deel van de gepensioneerden niet op het 'wettelijke' pensioen aangewezen is maar nog andere inkomsten heeft.
'Die Linke' eist nu de intrekking van het pensioen op 67 jaar en het herstel van het vroegere bedrag van 55 procent van het laatst verdiende loon. Goed 10 jaar geleden besloot de SPD-Groenen-regering om het niveau tegen 2020 tot 46 procent en tegen 2030 tot 43 procent te laten dalen.
Bron:junge Welt,20-09-2012, vert. G.B.