MOOIE WOORDEN

De 'hoger opgeleide', een mediabeeld

prof_albert_einstein.jpg

Albert Einstein, waarom socialisme?

"Ik kom nu op het punt waarin ik kort wil ingaan op wat volgens mij de essentie is van de huidige crisis. Het betreft de verhouding van het individu tot de samenleving. Het individu is zich meer dan ooit bewust van zijn afhankelijkheid tegenover de samenleving. Maar hij ziet deze ervaring niet als iets positiefs, (...) maar eerder als een bedreiging voor zijn natuurlijke rechten en zelfs voor zijn economisch bestaan. Bovendien is zijn positie in de samenleving erop gericht om de egoïstische doelstellingen constant te benadrukken, terwijl de sociale doelstellingen, die zwakker staan, geleidelijk aan naar de achtergrond verdwijnen. Alle menselijke wezens, wat ook hun positie in de samenleving is, lijden onder dit proces. (...) De mens kan betekenis in het leven vinden, (...) door zijn leven te wijden aan de samenleving."

Albert Einstein, waarom socialisme?
Monthly Review, 1949
Foto: worldpress.com

Rinze Visser

Laat dit stuk alsjeblieft niet opgevat worden als een hekelschrift tegen mensen met hoge opleidingen. Lees het niet als een aanklacht of als een uiting van jaloezie ten opzichte van al die mensen met goede banen van wie het inkomen hoog boven dat van schrijver dezes en dat van de meeste van zijn buurtgenoten uitstijgt. Laat ik het ten overvloede zeggen: het is goed dat er hoog opgeleide mensen zijn; deze hoogontwikkelde maatschappij heeft ze nodig. De bouwvakker en de ziekenverzorgster, de metaalbewerker, de postbezorgster, de scheepsbouwer en havenwerker hoor ik daarover nooit hun beklag doen.

Zij begrijpen dat ook hun belastingcenten ten behoeve van een hoge ontwikkeling nuttig en nodig zijn. Niet zelden doen ook hun kinderen zulke studies. En wat schrijver dezes betreft, hij kent zelf maar weinig hoogopgeleide mensen, maar onder hen bevinden zich heel aardige mensen.

Doch de indrukken die bij mij achterblijven komen uit de geschreven pers, ook van televisie en radio, interviews en zo. Het gaat hier om indrukken die ik de laatste, zeg maar vijftien jaar zo heb opgedaan. Waaruit ik een beeld heb gekregen van 'de' hoger opgeleide. En dat beeld is heel anders dan ik in mijn dagelijkse leven ervaar met de weinige hoogopgeleiden uit mijn directe omgeving.

Het beeld uit de media van de doorsnee hoger opgeleide is er een van arrogantie, dedain, zelfingenomenheid en het naar beneden halen van al die anderen die niet, zoals zij, doorgaans in de kringen van intelligentie en 'goede smaak' vertoeven. Dat ze hoog opgeleid zijn, dat willen ze weten ook. Met zichzelf koketteren is een tweede, misschien wel eerste natuur. De doorsnee hogeropgeleide - de doelgroep van bladen als De Volkskrant, Vrij Nederland en HP-De Tijd - verlustigen zich over het gebrek aan spreek- en schrijfvaardigheid van de lager opgeleiden. Zij schromen niet dit in hun schrijfsels zo te typeren.

Het op een lager niveau gelegen volksdeel zegt 'hun' of 'hunnie' waar het 'zij' hoort te zijn. Als het zich op een lager niveau bevindende volksdeel vreemd gaat dan is dat het volgen van lage instincten. Als het in hun kringen gebeurt dan is het van een hogere orde, dan is het toegeven aan een sensatie die op hun weg komt, een uitdaging, een oefening tegen saaiheid en het worden van een nog beter mens. De lager opgeleide copuleert en krijgt kinderen; hoger opgeleiden gebruiken hun verstand; bij hen komt een lang gekoesterde, intellectueel uitgestelde kinderwens in vervulling. Horen of lezen dat de arbeidersklasse in potentie revolutionair is, vinden zij een uitlating van fossielen. Revoluties komen sinds 'de arabische lente' van Twitter en Facebook. Dat zijn zo mijn indrukken.

Voor zover zij in hun jonge jaren links zijn geweest - ja, zelfs nog communist zijn geweest -, dan schamen zij zich daar niet voor. Sommigen van hen hadden die tijd niet willen missen. De hogeropgeleiden ontmoeten elkaar bij Albert Heyn, de grachtengordelvertaling van 'supermarkt' en dus soortnaam. Zo moet ik dat dus wel zien, na al die jaren hun doen en laten via de media te hebben gevolgd. En als ik het over media heb, dan bedoel ik zeker niet 'Shownieuws'...

Uiteraard doen zij ook wel eens boodschappen bij wat goedkopere levensmiddelenzaken; ook zij (niet hun) moeten wel eens op de kleintjes letten. Maar hun hangplek is het in elk geval niet. Zij spreken met dedain over restaurantketens waar niet dure, eenvoudige maaltijden genuttigd kunnen worden en waar de 'massa', de smalle beurs, zijn culinaire uitspattingen beleeft. Voor hen haute cuisine en een goed glas wijn. Zij eten en koken natuurlijk biologisch, tenminste dat beweren zij. De bescherming van de aarde, van de natuur, het begaan zijn met het lot van de minderbedeelden in heel verre wereldstreken, zijn evenzovele uitmonsteringen van hun beschavingsniveau.

Lager opgeleiden eten vies, goedkoop en ongezond. Dit alles is te destilleren uit het jarenlang volgen van de culinaire rubrieken in de bladen die bij hen op salon en studeertafel te vinden zijn. Immers wie kalfsoesters, ganzenlever en truffels nuttigt, die moet wel over een hoge intelligentie en dus ook over een grote portie beschaving beschikken. Zij hebben ook al hun eigen datingsites. Stand bij stand, klasse bij klasse, soort bij soort...

Het lagere volksdeel volgt zijn onderbuikgevoelens, is vanwege zijn geringe opleiding racistisch, zo menen zij. Zijzelf vinden hun levenswijze alleszins beschaafd en per definitie antiracistisch. Dat zal dan ook de reden zijn waarom nogal wat van hen hun oriëntaalse werkster onderbetalen. Hiermee ook het autochtone lager betaalde volksdeel voorhoudend dat werk belangrijker is dan inkomen. Om met Batavus Droogstoppel te spreken: bij hen gaat heel wat om op kantoor. Zij hebben heel wat van de wereld gezien en zijn gaarne bereid iets van hun weelde aan veelal hier illegaal verblijvenden toe te werpen. Als er maar vlijtig voor gepoetst en gestofzuigd wordt. Zij laten dan ook niet na dat wij met z'n allen niet mogen klagen; dat wij in een rijk land leven en het goed hebben.

Zeker, zij vieren vakantie, meermalen per jaar, maar moeten wel steeds verder weg. Naar oorden waar niet de stranden overbevolkt zijn en vervuild worden door de lagere klassen en standen. Verder weg, zo dienen zij het wereldmilieu en helpen zij de ver-weg-toeristeneconomie. Later, als het ontslagrecht verscherpt is en de arbeidsmarkt hervormd en dus het massatoerisme aan de Zuid-Europese stranden afgenomen is, zullen zij daar zeker naar terugkeren.

Ter geruststelling van de lagere standen: zij hebben een bijna even grote aversie tegen de zogenaamde nieuwe rijken, van wie het beschavingsniveau bij het klimmen hunner bankrekeningen behoorlijk is achtergebleven. Lieden die zij jammer genoeg wel moeten tegenkomen, want zaken zijn zaken. De hoger opgeleide werkt uiteraard keihard en krijgt weinig slaap en rust. Toch zien zij er, als hun gezichten op de televisie verschijnen, altijd zeer uitgeslapen uit. Zij zijn voor verhoging van de pensioengerechtigde leeftijd. Werken is gezond, aan geraniums hebben zij een hekel; zij prefereren de prikkel van de grachtengordelroos...

Hun niet aflatende energie en werklust, hun creatieve geest zijn voorbeelden voor al dat lagere volk dat cultuurarm is en waarvan er steeds meer opvreters blijken te zijn. Zij propageren de zelfredzaamheid en menen dat zij het lagere volk te eten geven. Het zal bij hen niet opkomen dat ook zij gevoed worden. Materieel door die werkende massa en ideologisch door de grootmagnaten, die hun macht kunnen voortzetten bij zoveel trouwe volgelingen.

Nogmaals, dit is het beeld dat ik na zoveel jaren uit de media heb gehaald. Het staat iedere hoogopgeleide vrij niet aan dit beeld te willen beantwoorden; om niet bij dat rechtse, zich soms links voordoende, verwende, zichzelf overschattende volkje te willen horen. Wat mij betreft: hoe meer hoger opgeleiden daar niet bij willen horen hoe liever. Want hoogopgeleiden hebben we nodig. De samenleving en ook wij, de communisten. Niet dubbel, wel dwars!