Anna Ioannatou
"...en de regering moet dit recht hoe dan ook verdedigen", aldus de Griekse premier Samaras, toen in juli jl. de 'Griekse Staalwerken' met behulp van staatsgeweld weer gingen draaien na een staking van 272 dagen. Ook de 'socialistische' Pasok vindt dat dit recht verdedigd moet worden: "Het recht op werk en de productie van het land moeten beschermd worden en alle politieke krachten dienen met hun gedrag mee te helpen aan de grootse poging de Griekse economie te herstructureren".
Kaderleden en spreekbuizen van deze partij beschreven de staking als "een blinde botsing, die 400 gezinnen de werkloosheid instuurde" en een "andere vorm van strijd" moet gekozen worden. Daar hoor je veel over, maar nooit wordt erbij gezegd hoe dan? Een andere veelgebruikte kreet was (en is gewoonlijk) "het recht van de stakingsbrekers om te kunnen werken".
Ook de derde regeringspartner, Democratisch Links (afsplitsing van Syriza), was voor een onmiddellijk ingrijpen van de regering om het bedrijf weer op gang te krijgen: de werknemers moeten niet onderling verdeeld zijn, de toestand escaleert en de aanwezigheid van de politie levert een negatief beeld op, juist nu de economische toestand van het land om bredere consensus vraagt: een oplossing is nodig.
Stakers zijn dus schuldig aan de verslechtering van de economie, waarmee de burgerlijke hypocrisie oorzaak en gevolg omdraait. Want wie is schuldig aan de inmiddels bijna 30 procent werkloosheid in Griekenland? Waarom sluiten honderden bedrijven en/of gaan ergens over de grenzen (Bulgarije bijv.) van nog veel goedkopere werkkrachten profiteren, die het wel voor een hongerloontje doen? Wat blijft er over van dat "heilige recht op werk" bij de massale ontslagen die er vallen?
In september verscheen er een boek, waarin het begin, het hele verdere verloop en het einde van de bijna negen maanden durende staking van de staalwerkers van de 'Chalivourgia' in woord en beeld vervat is. Een kostbaar stukje levende geschiedenis over de meest basale tegenstelling van de kapitalistische economie: de tegenstelling tussen arbeid en kapitaal en wel in een kernsector van de economie, waarin dus die tegenstelling het duidelijkst naar voren komt.
Op 17 oktober 2011 kwam de werkgever (Elliniki Chalivourgia, privé-eigendom van de familie Manesis) met het voorstel de werkdagen tot vijf uur te verminderen met evenredige loonsverlaging en 180 werknemers te ontslaan. Na beraad besluit het bestuur van de Bond van Staalwerkers de werkgeversvoorstellen te verwerpen en als Manesis toch zou beginnen te ontslaan over te gaan tot staken.
In het boek is de 'kalender' te lezen met de daarop volgende stappen, die uiteindelijk in de staking uitmondden. Tevens worden de belangrijkste besluiten en resoluties genoemd, zodat de lezer een helder overzicht krijgt. Uitgebreid fotomateriaal illustreert alles nog. Ook wordt ruim aandacht besteed aan de vele betogingen en de enorme hoeveelheid hulp en solidariteit komende uit de Griekse samenleving, maar ook uit het buitenland van talloze sociale organisaties, vakbonden, maar ook van scholieren en soms zelfs hele klassen. In hoofdstuk 3 onder de titel 'De strijd van de staalwerkers als bron van inspiratie en creatie' staan ontroerende (maar niet sentimentele!)en stimulerende gedichten gewijd aan de 'nobele' strijd van de werkende mens tegen zijn uitbuiters naar aanleiding van dit zeer concrete voorbeeld. Een reeks pagina's wordt gevuld met tekeningen van scholieren van lagere school tot middelbaar onderwijs, waarop uitroepen van steun, solidariteit en bewondering.
Maar hoe staat het nu met de houding van de niet regeringspartijen? Deze was onthullend te noemen, vooral wat betreft het zichzelf als 'links' definiërende deel van het politieke landschap. Moeilijke omstandigheden dwingen niet zelden tot kleur bekennen, zij het ook in verdoezelde vorm. Uitspraken in kranten, op sites, tv en radio, waarvan de meest karakteristieke in het boek staan, spreken boekdelen.
Aanvankelijk bezochten sommige organisaties en kaderleden van Syriza de fabriek. Daarna hield het op. De dubbele rol werd duidelijk aan de houding van hun vakbondsgroeperingen op diverse werkplekken (bijv. het Arbeids Centrum in Volos, waar ook een fabriek van dezelfde familie staat en in de Haven Organisaties van Piraeus), waar zij zich tegen de staking opstelden. N.a.v. het gerechtelijk besluit dat de staking illegaal was (in negen van de tien gevallen worden stakingen als illegaal gekenschetst) verklaarde een kandidaat parlementslid voor Syriza op 6-6-2012 (dus vlak voor de verkiezingen van 17 juni), dat "die jongens van de Chalivourgia wel een eerbare strijd voeren, maar gerechtelijke uitspraken zijn nu eenmaal gerechtelijke uitspraken". Dus de wet moet toegepast worden, wie die wet dan ook dient.
En op de blogspot van Syriza's krant 'Avgi' (8-1-2012): "Een maand solidariteit, twee maanden, drie maanden, een jaar? En dan? Hier heb je nou een blinde, in wezen onpolitieke partizanenoorlog van wraak tegen degenen die je blijven overwinnen en die zo bang zijn, dat ze je feliciteren met die fraaie, bewaakte marsen van het PAME!" Verder wijzend op het misbruik dat het PAME zou maken van die "arme proletariërs van de staalwerken als proefkonijnen, terwijl vakbondswerk zonder flexibiliteit en tactische stappen terug toch niet bestaat, zeker met de economische verslapping in deze sector".
Na een afwezigheid van maanden kwamen ze na de verkiezingen terug overwegend met parlementsleden... En de kleine 'linkse' 'Antarsya' deed een duit in het zakje door te zeggen dat er een coördinatieorgaan moest komen, zodat de zaak niet binnen de nauwe perken van het PAME blijft!
Vaste en consequente steun kregen de staalwerkers van de communisten en het PAME, die op de werkplek en trouwens ook bij de fabriek in Volos aanvallen te verduren kregen van de fascistische 'Gouden Dageraad', een partij die onverbloemd haar steun aan de bedrijfseigenaar betuigt.
Het laatste hoofdstuk van het boek bevat negen conclusies betreffende de lering die getrokken moet worden uit de staking. Een van de laatste foto's in het boek laat een stukje zien uit de toespraak van een van de tot de strop veroordeelde arbeiders van de betoging van Chicago van 1886 naar aanleiding van hun vonnis: "...als jullie echt denken dat je met de strop een eind kunt maken aan de strijd van miljoenen arbeiders die in opstand komen, dan zijn jullie behoorlijk arm van geest. Om jullie heen, naast jullie, boven jullie, aan alle kanten woekert een vuur. Je kunt doen alsof het er niet is, maar je kunt er niet om heen. Er komt een tijd dat onze stilte in het graf luider zal zijn dan de stemmen die jullie vandaag smoren".
In Manifest 10 staat in de tweede alinea achter het Democratische Leger: (EAM). Dat is niet juist. Het EAM is het Nationale Bevrijdings Front, zoals verderop staat.