Anna Ioannatou
Dat Griekenland's premier Antonis Samaras in Duitsland door het financiële dagblad 'Handelsblatt' tot politicus van het jaar 2012 in Europa werd uitgeroepen, gepaard gaande met de vleiende woorden van Hans-Dietrich Genscher, mag sommigen verbazen en anderen logisch lijken, naargelang je positie in de samenleving. Het wijst in elk geval op het solidaire onderlinge klassenbewustzijn van degenen die de macht in handen hebben.
Hetzelfde kan helaas niet gezegd worden van de 'onderkant' van de samenleving, die lang niet altijd zijn onderdrukker herkent, maar gewoon denkt dat slecht beheer bij het verdelen van de rijkdom het probleem is waar het om gaat en niet de eigendomskwestie, die rechtvaardig verdelen in de weg staat. De Duitse loftuitingen zijn overigens wel een handige zet in het historisch psychologische manipulatiespel van het anti-Duits, de - 'antiMerkel sfeer'- de afgelopen jaren in het medialandschap. Af en toe onderbroken door vriendelijke uitlatingen van begrip en medeleven geuit door de Duitse bondskanselier, waaruit voor de slechte verstaander (en die zijn er veel!) zou kunnen 'blijken', dat zij met de Griekse bevolking te doen heeft... En wat het vele gedemonstreer aangaat? "Och, dat is een teken van vrijheid in de 'westerse' democratie. Zoiets kon je niet in de DDR", aldus de bondskanselier in een van haar uitingen. Hoe dan ook, volgens bovengenoemd blad "realiseerde Samaras dat waar het belang van het land om vroeg".
Waar 'het land' om vroeg viel in elk geval niet samen met waar het gros van de bevolking om vroeg, hetgeen verderop mag blijken. De triomfkreten van de regeerders en de opwaardering van de Griekse economie door Standard & Poor's van december jl. staan in schrille tegenstelling tot een evenredige verpaupering van grote delen van de bevolking en zijn tevens onthullend voor het al evenredig groeiende cynisme van de bovenlaag. Belangen van 'land' en bevolking vallen kennelijk niet samen, maar wie is 'het land' dan?
Over het tijdvak 2004-2013 liep het totaal aantal directe belastingen op tot 196,9 miljard euro, waarvan 18 procent betaald werd door grote bedrijven en monopolies. Met de indirecte belastingen erbij gerekend liepen de totale overheidsinkomsten op tot 467,4 miljard, waarvan de rijke elite slechts 7,6 procent betaalde. Een 'bewijs' van de alom geroemde rechtvaardigheid in belasten was het feit dat over genoemd tijdvak het aandeel van de kapitaalkrachtigen in de belastinginkomsten van de staat in procenten uitgedrukt steeds daalde: van 11,9 procent in 2004 tot 3,3 procent in 2013.
In het tijdvak 2010-2013, dus de jaren van de crisis, memoranda, besnoeiingen op lonen en pensioenen en andere "harde, maar rechtvaardige maatregelen" (aldus de premier) liep het totaal aan directe belastingen op tot 81,3 miljard euro, waarvan 11,1 procent betaald door de bovenlaag. Het totaal aan belastinginkomsten (direct en indirect) liep op tot 191,6 miljard, waaraan de rijke top slechts 4,7 procent bijdroeg.
Begin december 2012 kondigden de eigenaren van de scheepswerf Skaramangas aan, dat zij 500 van de 1000 nog overgebleven (en al maanden niet betaalde) werknemers zouden ontslaan. Een van de opgegeven redenen was, dat er geen opdrachten binnenkwamen. Kort daarna werd in de scheepsbouw-betreffende publicaties bekend, dat Griekse reders in 2012 schepen ter waarde van 7,3 miljard dollar hadden gekocht en/of besteld, waarvan 3,8 miljard dollar bestellingen van ongeveer 100 nieuwe schepen, die gebouwd werden op scheepswerven van China, Korea en Japan! Maar nee, de werkloosheid is te wijten aan al dat gestaak van de werkende klassen. Grieken zijn lui, die produceren niet, ze kunnen alleen maar consumeren...
Nee, het gaat niet om een eerbetoon aan een of andere communist, maar om de Griekse minister van Financiën, Yannis Stournaras. Op 24 oktober jl. kwam hij ten overstaan van het parlement met een voorbeeld, hoe om te gaan met de overheidsschulden in het land. Dit voorbeeld betrof de Oktober Revolutie en Lenin, hetgeen werkelijk een toonbeeld van een voorbeeld was. Vóór de revolutie had Lenin gezegd: "Overheidsschulden! De arbeidersklasse weet, dat het niet haar schulden zijn en dat na haar machtsovername degenen die verantwoordelijk zijn voor de schulden, die moeten aflossen" (Lenin, Verzamelde Werken, dl. 33, p. 203 Griekse uitgave).
Na de revolutie bedreigden imperialistische landen de bolsjewieken, omdat deze weigerden de schulden te erkennen van het pre-revolutionaire Rusland aan internationale speculanten en woekeraars. Ironisch, onder hard gelach en daverend applaus riep Lenin het Congres van de Communistische Internationale (CI) op een telegram met dank aan de Britse econoom Keynes te sturen namens het Congres van de CI, "zulke economen maken propaganda voor het bolsjewisme" (Lenin, Verzamelde Werken, dl. 41, p. 221-225, Griekse uitgave).
Keynes had ingezien dat het kapitalisme vanwege schulden na het Verdrag van Versailles op een bankroet afstevende en riep de kapitalistische landen ertoe op de overheidsschulden, die enorm waren opgelopen vanwege de Eerste Wereld Oorlog, te annuleren: "Wij maken ons geen zorgen om die schulden, zoals u weet, want kort voor het verschijnen van het boek van Keynes volgden wij al zijn bewonderenswaardige raad op: wij hebben alle schulden geannuleerd" (Lenin, idem). Natuurlijk wist hij wel dat de ziekte - die superschulden heet en inherent aan het kapitalisme zelf - niet te genezen is met een beroep op de grootmoedigheid van schuldeisers: "Op dit punt zijn wij het niet eens met Keynes' opvattingen" (idem) wijzend op de revolutionaire oplossing via de inzet van de bevolking zelf, zoals door de bolsjewieken in praktijk gebracht.
Interessant hierbij is, wat Griekenland betreft, dat de revolutionaire regering ook geen buitenlandse schulden erkende. Zij maakte zich los van de Internationale Economische Controle, die de grote machten in 1897 na de Grieks-Turkse Oorlog Griekenland opgelegd hadden. Tevens besloot de nieuwe Sovjet Republiek op het Tweede Congres van de Sovjets Griekenland zijn schulden aan Rusland kwijt te schelden (100 miljoen gouden Franse franken) en deed ook afstand van haar rechten op de Heilige Berg (in Chalkidiki, gebied met alleen maar kloosters en nog steeds met toetredingsverbod voor vrouwen), alsook van andere eigendommen van het tsarenrijk in Griekenland.
Griekenland had dus in die zin baat bij de Oktober Revolutie. Ondanks dat zette ook de Griekse bourgeoisie samen met een aantal imperialistische landen troepen in tegen de jonge Sovjet Republiek.
Welke interpretatie de Griekse minister van Financiën aan het historisch gebeuren wenst te geven met zijn uitspraken, is zijn zaak. Verondersteld mag worden dat hij geen communist is geworden. Feit is dat Griekenland's leiding herhaaldelijk met het 'sovjet spook' bezig is, (waarover al eerder in Manifest). Men weet hoe de weg voorbereid wordt, die in de geschiedenis tot revolutionaire omwentelingen leidde en dat de huidige economische crisis in de meest getroffen landen weer aardig wat sociale onrust veroorzaakt, zeker in 'zwakke schakels'. Vandaar het belang van historische kennis en bewustzijn bij de getroffenen, maar die is nog omgekeerd evenredig met de huidige toestand.