Gedicht: De borden allemaal schoongelikt



Henricus Azewijn

In waarachtigheid te overleven
ondanks de bron van alle kwaad
wat geldt tot mammon verheven
onbewust zijnde, tot alles in staat.

Schijn bedriegt, bedrog schijnt te overwinnen
overal waar verlies geleden wordt
geraakt de consument buiten zinnen
door de verleiding op ieder reclamebord.

De borden allemaal schoongelikt
al zijn de porties voor Fikkie
is van een houten poot de enkel verzwikt
iedereen getrapt op zijn pikkie...

De plank mogelijk misgeslagen
als waarachtigheid zowaar ontbreekt
ontstelt iemand weer de verkeerde vragen
als de waarheid een antwoord wreekt.

Weinig of geen al te groot begrip...?
Wie ontwart de gezochte knoop?
Wie krijgt op de werkelijkheid grip?
Wie leeft nog óp door genoeg wanhoop?

In memoriam dun onderstreept
voor wie niet lijdt aan consumptiedwang
wie zich door het slijk der aarde sleept
zijn hartkamers met low budget behang.

Oh hart... kloppend in de keel...
in waarachtigheid die niet klopt.
Niet iedereen krijgt zijn leeuwendeel
als in æn schaap zich een wolf ontpopt...