Ron Verhoef
Op 15 mei wordt er in het mbo gestaakt. De staking is landelijk nadat drie eerdere regionale stakingen geen effect hebben gehad. Waarom gaat het personeel in staking? De laatste cao die tussen bonden en mbo-raad werd afgesproken liep af in 2009. Sindsdien worden de voorwaarden uit die cao nog wel nageleefd, maar inhoudelijk zijn de bonden en werkgevers niet tot elkaar gekomen in de afgelopen zes jaar. Dit betekent onder andere dat de docenten al sinds 2009 op de nullijn zitten. Als we de inflatie meerekenen is de achteruitgang in loon inmiddels opgelopen tot ongeveer 10 procent.
Veel mensen kunnen zich wellicht niet voorstellen dat docenten gaan staken. We lezen in de media immers niets anders dan dat het onderwijs er geld bij krijgt. Dat klopt ook wel, maar de mbo-raad verbindt aan dat geld de voorwaarde dat het niet hoeft te worden ingezet voor de verbetering van de lonen en de arbeidspositie van het personeel. Sterker nog, de pot geld die de mbo-raad kon krijgen in het kader van het actieplan leerkrachten werd geweigerd omdat het ministerie de voorwaarde stelde dat het geld uitsluitend gebruikt zou worden voor loonsverhoging en verbetering van de secundaire arbeidsvoorwaarden. Hoewel dit de mbo-raad dus geen geld kostte weigerden de werkgevers het bedrag toch. Zij vonden dat het vrij te besteden moest zijn.
En waar besteden de mbo's dat geld dan aan? Niet aan onderwijs. Wie zo eens door Nederland reist en op zoek gaat naar de scholen voor mbo, zal het direct opvallen dat dit bijna allemaal enorme moderne en luxe gebouwen zijn. Met name directies hebben zich in peperdure kantoorpanden gevestigd, wat een van de redenen was dat de onderwijsgroep Amarantis op de fles ging. Van dat faillissement heeft de mbo-raad echter nog steeds niets geleerd. Nog steeds gaan mbo's door met het neerzetten van luxe nieuwe panden en dure verbouwingen. Het argument? De scholen moeten uitstraling krijgen, want dat trekt leerlingen. Nu is in het verleden gebleken dat dit niet het geval is. De meeste scholen die dure gebouwen hebben neergezet bevinden zich aan de rand van de afgrond. Nieuwe leerlingen kwamen niet, terwijl daar bij de bouw wel rekening mee was gehouden.
Het is niet zo dat de directies dit niet weten, of hadden kunnen weten. Niet alleen zijn er al scholen failliet gegaan of bevinden zich in zwaar weer, maar ook personeel liet regelmatig weten dat de prestigeprojecten het onderwijs niet ten goede kwam.
Het geld dat nu wel weer meer naar de mbo's vloeit, wordt dus opnieuw niet besteed aan onderwijs en al helemaal niet aan personeel. De bonden eisen een loonsverhoging van 3 procent. Dat is een bescheiden verhoging gezien de achterstand die inmiddels is opgelopen. De mbo-raad wil echter de nullijn handhaven, als dat niet gebeurt willen ze afspraken maken over minder vakantie en vermindering van de rechten van oudere werkknemers.
Alle ouderenregelingen willen de werkgevers afschaffen en dat terwijl de druk in het onderwijs alleen maar toeneemt. Zo moet vanaf volgend schooljaar een mbo-leerling 700 klokuren les op school krijgen (naast stage). Op dit moment is dit nog 480 uur. Die extra 220 uur moet echter opgevangen worden door het huidige personeel, want meer personeel aannemen zit er niet in. De werkgevers willen daarom ook af van de regeling waarin is voorzien dat een docent maximaal 1200 klokuren per jaar aan directe onderwijstijd mag hebben (dit zijn de lessen inclusief voor en nawerk). Zij willen graag dat het personeel voor de volledige 1659 klokuren die ze per jaar werken ingezet kunnen worden op onderwijsactiviteiten. Het ziekteverzuim door werkstress in het mbo is nĂș al heel hoog, men zal begrijpen dat dit een nog negatiever effect zal hebben op het verdere ziekteverzuim. De bonden houden dus vast aan maximaal 1200 uur.
Daarnaast is de werkdruk toegenomen door de enorme bureaucratie die is ontstaan. In het verleden vulde de mentor voor de aanvraag van het diploma gewoon een cijferlijst in die hij ondertekende. Daarna ging deze naar de examencommissie ter controle. Inmiddels moeten voor elke leerling ongeveer 20 formulieren worden ingevuld en ondertekend. Daarnaast moet al het examenwerk verzameld worden en in een map aan de examinator gegeven. Cijfers worden niet meer vertrouwd. Als iets zoekgeraakt is, is er direct een probleem en moeten alle archieven en kasten overhoop gehaald worden, wat een enorm karwei is.
We hebben het dan nog niet eens gehad over de toename van het aantal leerlingen met gedragsstoornissen, zoals ADHD of ASS. Deze vergen meer tijd, zowel in begeleiding van de leerling als voor overleg met ouder en hulpverleningsinstanties.
Om de werkdruk te verlichten wil de mbo-raad graag een week minder zomervakantie voor docenten, maar niet voor leerlingen. In de praktijk schiet dit niet op omdat het werk nu eenmaal leerlinggebonden is. In de extra week kan een docent weinig uithalen.
De eis van de bonden is dus heel realistisch: 3 procent loonsverhoging, concrete afspraken over het verminderen van de werkdruk en het behouden van de ouderenregeling. De staking zal gepaard gaan met een landelijke manifestatie die waarschijnlijk in Amsterdam zal plaatsvinden, maar dat is nu nog niet bekend.