Weg met de kiloknaller. Het stunten met goedkoop vlees moet worden uitgebannen, zegt staatssecretaris Sharon Dijksma van Landbouw, in reactie op onderzoek van Wakker Dier. Daaruit blijkt dat er vorig jaar maar liefst 316 keer vlees werd aangeboden voor de prijs van kattenvoer. In 2013 was dat nog 266 keer. Dus dat is dan meteen een zeer 'zorgwekkende' stijging van 19 procent.
Dat Wakker Dier de Nederlandse supermarkten hinderlijk volgt en de consumenten bewust wil maken van de werkelijke kosten van hun stukje vlees voor het dierenwelzijn, is lovenswaardig. Maar waarom zou Sharon Dijksma zich daar nu ineens bij aansluiten? Eerder zei ze nog dat ze er niets aan kon doen vanwege EU-regelgeving. Altijd een goeie dooddoener. Wel gek dat die kennelijk niet geldt in België, want Albert Heijn klaagt juist dat hij daar niet onder de kostprijs mag verkopen.
Misschien wil de staatssecretaris van Economische Zaken dus ook in Nederland weer terug naar prijsregulering voor eerste levensbehoeften? Zo bestonden er ooit maximumprijzen voor voedingsmiddelen. Maar in dit geval moet eerder worden gedacht aan een minimumprijs die voor brood ooit werd ingevoerd om te voorkomen dat ze daarmee gingen stunten en zo de warme bakkers uit de markt zouden prijzen. Maar dat lijkt ook niet haar oogmerk. Dijksma wil wel van de kiloknallers af, maar zegt vervolgens dat ze zal "blijven hameren op het verduurzamen van de vleesproductie in overleg met de supermarkten". Zo laveert Dijksma handig tussen de klippen door. Ze spreekt ferme taal voor de burger die gevoelig is voor het dierenwelzijn en legt tegelijkertijd de (super)markt en de consument die graag veel en goedkoop vlees eet geen strobreed in de weg. (Bron: FD, 07 januari 2015)