Goedemorgen kameraden en vrienden,
Ik wil graag beginnen met het bedanken van de kameraden die deze bijeenkomst hebben georganiseerd en mij en andere gasten hebben uitgenodigd om naar Amsterdam te komen. Ik ben verheugd om hier te zijn, in de prachtige hoofdstad van Nederland, echter, dit keer om te spreken over de arbeidersklasse en de communistische partij. West-Europa, zoals vele andere delen van de wereld, heeft de neiging om haar klassenkwesties te vergeten. Als we dit begrip niet hebben, dan is Amsterdam slechts een toeristisch centrum; een ware parel voor haar bezoekers. Maar wij weten dat, net zoals elke belangrijke stad op het continent, ook Amsterdam een centraal punt van de klassenstrijd is. Ik wil de kameraden bedanken dat zij mij en anderen aan deze realiteit herinneren.
Het is waar: de wereld vergeet het klassenvraagstuk, maar wij blijven de Grote Oktoberrevolutie herdenken en vieren. Wij zullen dit blijven doen, want de Oktoberrevolutie verdient het om groot genoemd te worden om vele redenen. Daartoe behoren: het algemeen kiesrecht, ook voor vrouwen, en het afschaffen van eigendomsprivileges; democratie op georganiseerde massabasis, niet slechts voor de algemene verkiezingen; het recht op een baan en werk voor iedereen; een thuis voor alle mensen die politiek onderdrukt werden door de reactionairen over de gehele wereld; deze regering is een regering van en voor de arbeiders; het Rode Leger tegen de contrarevolutie eerst, en toen tegen de nazi's: de lijst gaat door en door. Daarnaast bracht de Oktoberrevolutie ons een radicaal nieuwe betekenis voor het woord 'partij'. Een politieke partij was iets geheel nieuws, een eeuw vóór de Oktoberrevolutie. Het concept van de partij bevond zich in een omvangrijk tranformatieproces dat aangepast werd aan het ontstaan van een moderne arbeidersklasse.
De Communistische Partij werd geboren te midden van de burgerlijke revolutie, en haar vroege karakteristieken werden gevormd uit het milieu waar zij in opkwam. De politieke organisatie van de arbeidersklasse was voor een tijd aan verandering onderhevig, de ene keer volgens het model van samenzwering, een andere keer volgens het model van de massa-organisatie. In 1917 had het organisatorische model van communisten slechts één model dat veralgemeniseerd kon worden, de sociaaldemocratie. En de sociaaldemocratie zat in een diepe crisis vanaf het begin van de Eerste Wereldoorlog. Het probleem zat hem niet alleen in het aanvaarden van het oorlogsbeleid door de leidende sociaaldemocratische partijen: dus een politieke verschuiving van linkse krachten richting de bourgeoisie. Deze afwijking had een politieke betekenis en een ideologische achtergrond, maar was ook gebaseerd op een bepaalde sociale werkelijkheid en had een organisatorische dimensie.
De sociaaldemocratie van de late 19e en vroege 20e eeuw zat vol met leden die helemaal niet revolutionair waren, in ieder geval niet op de manier waarop Marx dat had geformuleerd. De 19e eeuw was het theater van een diepgaande en massale transformatie van de oude werkende klassen naar de moderne arbeidersklasse. De moderne klassenstrijd was een zeer recent gegeven. Dit waren de eerste ervaringen van de arbeiders. De massa's waren gretig om hun rechten op te eisen, maar wanneer men hen vroeg naar de noodzaak van het socialisme als productiemodus, als maatschappelijk model, als sociale organisatie, als politieke heerschappij... Dan was het bewustzijn van de massa's nog niet rijp.
Maar de sociaaldemocratie steunde op de massa's, zowel in de economische strijd als in de politieke strijd. De sociaaldemocratie was zowel een vakbeweging als een politieke beweging. Gevolgd door massa's die zeer ontevreden waren met het bestaande kapitalisme, maar niet uitgerust met het bewustzijn van een sociale en politieke revolutie, was de sociaaldemocratie een organisatorisch model en een middel om te zien wat er werkelijk gaande was binnen de rangen van de arbeidersklasse. Maar dit middel was niet in staat om als revolutionair leiderschap te dienen.
Het resultaat was een tragedie; de sociaaldemocratie schaarde zich achter haar eigen nationale bourgeoisie. Niet slechts een tragedie, maar ook een crisis; een crisis voor het organisatorische probleem van de arbeidersklasse. Hoe kon een politieke partij, een organisatorisch model, een leiderschap, de arbeidersklasse, het kapitalisme omver laten werpen? Met hen vechten tegen het imperialisme, oorlogen voorkomen enz.? De Oktoberrevolutie bood een antwoord op deze vraagstukken. Leninistische theorieën van organisatie en leiderschap hebben hun wortels in de geschiedenis van de bolsjewistische partij, en werd niet slechts geschapen in het jaar van de revolutie. Het leninisme is een grote sprong voorwaarts, maar er is óók de continuïteit van het Communistisch Manifest van 1848.
Onze leninistische politieke en organisatorische erfenis is echter hoofdzakelijk geschapen in de jaren 1917-1919. Vijftien jaar na het perspectief dat Lenin bood in 'Wat te doen?' probeerde de partij zichzelf in een leiderschapspositie te plaatsen temidden van een revolutionaire golf. Toen zij daarin slaagde, transformeerden de bolsjewieken de internationale sociaaldemocratische partijen naar communistische partijen, die tot de creatie van de Tweede Communistische Internationale leidde in 1919. De Oktoberrevolutie gaf ons een alomvattend model, bestaande uit een ideologie die een revolutie nastreeft, de verovering van de politieke macht door de voorhoedepartij, namens en samen met de arbeidersklasse. Deze partij is niet alleen een weerspiegeling van de situatie van de arbeiders, maar in hoofdzaak een middel om hen te scholen, om haar leden tot revolutionairen om te vormen, en grotere massa's te leiden in de strijd tegen het (kapitalistische, nvdr) systeem.
De partij is een school die proletarische revolutionairen voortbrengt. De partij is niet het directe resultaat van het leven van de arbeiders, maar een historisch resultaat van de strijd van de arbeidersklasse. De historische missie van de moderne arbeidersklasse moet ondersteund worden door een revolutionaire intelligentsia en het klassenbewustzijn is iets dat door hen onder woorden moet worden gebracht. Het leninisme is altijd aangevallen door zowel de klassenvijand, alsook vanuit linkse kringen, zelfs in de communistische beweging. Ik denk dat elke afwijking van de klassenpositie in verhouding staat met gaten die geslagen zijn in het leninistische geheel als gevolg van deze aanvallen. Om problemen te kunnen oplossen is ook vandaag, tientallen jaren ná de Oktoberrevolutie, het verdedigen van het leninisme nodig.
De makkelijke en bekende weg is om het historische belang en de prestige van het leninisme te 'accepteren', maar slechts voor het verleden! "Het leninisme was een revolutionaire manier, denkwijze en strijdvorm van de vroege 20e eeuw, en in Rusland!" Hier betekent een tijdslimiet dat men het 'na de genoemde tijdsperiode kan vergeten'. De geografische grenzen stellen betekent dat het leninisme slechts voor achtergestelde landen bruikbaar is en 'niet voor ons'. Dit is niet waar. Europa heeft noodzakelijkerwijze vooral behoefte aan revolutionair leiderschap. Zonder dit gegeven vergeten we de betekenis van de arbeidersklasse. Ja, de arbeidersklasse werd geboren samen met de klasse van kapitalisten, en haar bestaan is materieel en objectief. Maar wat betekent het als dit materiële en objectieve bestaan niet gekoppeld wordt aan revolutionaire politiek?
Dus Amsterdam, Nederland, Europa, en de wereld als geheel is het theater van klassenstrijd. Deze strijd heeft haar 'actoren' nodig. Arbeiders, wanneer zij niet georganiseerd zijn, kunnen zich nog een deel van een sociale klasse voelen, dankzij herdenkingen, dankzij de geschiedenis, maar zij zijn niet in staat als actoren van de sociale strijd te handelen, om gezamenlijk klassenstrijd te voeren. Dit is waarom we een communistische partij nodig hebben vandaag de dag, in elk land. Een communistische partij die streeft naar optreden - als voorhoede van de arbeidersklasse - als actor in een strijd. Er zijn vandaag de dag immers verschillende soorten communistische partijen...
Onze generatie zag een globale contrarevolutie met de val van de Sovjet- Unie. Dit gebeurde niet zomaar en spontaan, maar was voorbereid, mede door discussies in de communistische partij zelf. Sommige discussies als: "Wat als het socialisme en het kapitalisme in elkaar overlopen?" Vergeten waren de principes van het socialisme zoals een centraal geplande economie, en mengt deze met de zogenaamde wetten van de markt. Dit soort overwegingen aanvaarden de mogelijkheid van democratisering dankzij de interventie van kapitalistische staten. "Is de arbeidersklasse nog een revolutionaire kracht, of is zij simpelweg veranderd? Zodat de arbeidersklasse slechts strijd mag voeren voor democratische hervormingen etc. En, als dit zo is, zou het dan niet stompzinnig zijn van communisten om andere sociale klassen toe te laten en ophouden met het zijn van een klassenpartij?"
Deze opvattingen hebben als doel de liquidatie van de politieke activiteiten en organisatie van de arbeidersklasse. In Turkije liquideerde de communistische partij, opgericht in 1920 als onderdeel van de Communistische Internationale, zichzelf; in eenzelfde soort ontwikkeling zoals die in Nederland plaatsvond. Veel andere partijen veranderden hun naam, namen reformistische en neorevisionistische standpunten in. De jaren '90 van de vorige eeuw waren een periode van liquidatie en verzet. Vandaag is hier een Cubaanse kameraad aanwezig. Staat u mij toe om onze dankbaarheid wederom te tonen aan de Communistische Partij van Cuba die het symbool is van revolutionaire weerstand tegen liquidatie en opportunisme.
Na deze aanval in de vroege jaren '90 van de vorige eeuw moeten wij ons gereedmaken voor een tweede golf na de crisis van het kapitalisme in 2008. De crisis, een van de grootste en diepste van het wereldkapitalisme, heeft de neoliberale structuur in haar geheel op haar grondvesten doen wankelen, en bedreigt het systeem. Deze problemen krijgen vanuit imperialistische hoek antwoord op politiek en ideologisch vlak. Syriza, Podemos, Europees Links maken alle deel uit van dit scenario. Ik bedoel niet per se dat deze stromingen zijn gecreëerd als deel van een complot, om de rol te negeren van de arbeidersklasse, de revolutionaire verandering van het kapitalisme, de noodzaak van een socialistische revolutie en een voorhoedepartij. Niet per se. Maar het raamwerk dat ontworpen is door burgerlijke actoren is klaar voor een nieuwe golf van de collaborateurs binnen de linkse beweging. Dit is waarom we in Turkije sinds geruime tijd twee vormen van sociaaldemocratie hebben. De klassieke sociaaldemocratie volstaat niet om de rol van de partij van de arbeidersklasse (ergo van het communisme) in te dammen, omdat zij geen militante elementen bevat en voor lange tijd onderdeel uitmaakt van de gevestigde orde.
De Koerdische beweging, met haar guerrillabeweging, dat wil zeggen militant en radicaal van vorm, gesteund door zogenaamde marxistische groeperingen, is ten tonele verschenen. Dit is een 'radicale' vorm van sociaaldemocratie waarvan de zusterpartijen deel uitmaken van de coalitie van de VS in Syrië en Irak, in hun strijd tegen ISIS (de islamistische terroristen). De HDP partij gebruikt een tamelijk sterk religieus verhaal in haar verkiezingscampagne!
De arbeidersklasse heeft vanaf het begin een revolutionaire partij nodig gehad. Vandaag de dag zijn anticommunistische en antipartijstromingen nauw verbonden met het kapitalistisch proces om arbeiders en de oppositiedynamiek binnen het systeem te assimileren. Onze strijd is niet slechts een strijd om principes, maar voor de enige weg om de arbeidersklasse, en daarmee de mensheid, te bevrijden. Wij vechten niet slechts voor het bestaansrecht van een eervolle traditie, maar wij bereiden ons voor op een stralende en zegevierende toekomst.
Vertaling vanuit Engels